VVAM Nieuwsbrief 53 – Februari- 1994
Vrienden van het Airborne museum
Utrechtseweg 232
6862 AZ Oosterbeek
Tel. museum 085-337710 Tel. Penningm. 085-333406
NIEUWSBRIEF No. 53, februari 1994
14e Algemene Ledenvergadering
Redactie:
Drs. R.P.G.A. Voskuil
C. van Roekel
G.H. Maassen jr. (085-337515)
Algemeen Verslag 1993
Wij nodigen u uit tot het bijwonen van de 14e Algemene Ledenvergadering, tevens Jaarvergadering, van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum Oosterbeek. De bijeenkomst wordt gehouden in ZALENCENTRUM LEBRET (Lebretweg 51 te Oosterbeek, telefoon 085-333168) op zaterdag 9 april a.s., aanvang 14.00 uur.
De agenda ziet er als volgt uit:
1. Opening
2. Notulen Algemene Ledenvergadering van 3 april 1993
3. Algemeen Verslag 1993
4. Financieel Verslag 1993
5. Verslag Kascommissie
6. Begroting 1994
7. Bestuursverkiezing
8. Benoeming reservelid Kascommissie
9. Rondvraag
10. Sluiting
Toelichting bij punt 7 vande agenda.
Aan de beurt van aftreden zijn mevrouw J.M. de Langen en de heer W.T. de Ruyter. Beiden stellen zich herkiesbaar. Volgens artikel 8 van de statuten kunnen leden een tegenkandidaat stellen. Een voordracht hiertoe dient uiterlijk 10 dagen voor de vergadering schriftelijk bij de secreta¬resse (Utrechtseweg 232,6862 AZ Oosterbeek) te wor¬den ingediend, ondertekend door minstens 10 leden en vergezeld van een bereidverklaring van de kandidaat, die lid moet zijn van de vereniging en meerderjarig.
De financiële stukken zullen u separaat worden toe-gezonden. Een half uur voor de aanvang van de vergadering zal het verslag van de Kascommissie ter inzage liggen. Na afloop van de vergadering zal een film worden vertoond.
(Het bestuur)
Kunstschilder Huub Milder legt de laatste hand aan de achterwand van het nieuwe diorama.
(foto: B. de Reus)
Het aantal leden steeg mede dankzij de nieuwe wervingsfolder van 1014 naar 1127. Dit ondanks het feit dat 9 leden hun lidmaatschap opzegden, 18 Nederlandse en 13 Britse leden werden afgevoerd wegens nalatigheid in betaling, en 14 leden overleden. In totaal kreeg de vereniging er 167 leden bij, waarvan 10 voor het leven. Door overlijden ontvielen ons mevrouw J.M. van Kooten-van Brummelen en de heren
A. van Maanen, G.J.J.M. van Vaessen, F.P.K. de Jong, P.H. Jolink, J.W.H. Klein, H. Braam, H. Bruggeman, G. Shepherd, J.P. Barnett, F. Young, J.E. Nicolson, W. Wright en E. Coleman.
Vier Nieuwsbrieven en Ministeries verschenen, en vanaf nr. 50 waren deze in een nieuw jasje gestoken.
De excursie van 3 juli en de themamiddag van 12 december werden druk bezocht.
Het scholenproject liep ook in 1993 goed.
Dankzij de verzekeringsmaatschappij ‘Het Zilveren Kruis’ konden weer tien zwaar gehandicapte veteranen worden uitgenodigd voor de septemberherdenking.
De vereniging was met een propaganda/verkoop- stand aanwezig bij de Airborne Wandeltocht, de Pegasus Wandeltocht, de viering 80 jaar Koninklijke Luchtmacht op de vliegbasis Eindhoven (twee dagen), de reünie van verzetsmensen te Nunspeet, de veteranen-reünie te Oosterbeek, en de Luchtvaart- beurs in de Jaarbeurs te Utrecht (twee dagen). De totale opbrengst voor het Airborne Museum en voor de vereniging was respectievelijk ƒ 3887,15 en ƒ 3654,-.
Twee nieuwe boeken werden door de vereniging uit-gegeven. In april verscheen ‘Een Regimental Aidpost’ door wijlen mevrouw Kate ter Horst-Arriëns, in zowel de Nederlandse als de Engelse taal, en op 12 december zag de vernieuwde versie van de ‘Roll of Honour’ van J.A. Hey het licht.
Door de vereniging werd een Panasonic Video Presenter aan het Airborne Museum geschonken. Deze wordt nu ook gebruikt op de verkoopstands om videobanden over de Slag om Arnhem te vertonen. De toegezegde aanschaf van een nieuwe vitrine werd i.v.m. de renovatie van het museum verschoven naar 1994. De loterij en de verkoop van vierkante decime¬ters achterwand van het nieuwe diorama, beide ten behoeve van de renovatie, zijn een succes geworden. (J.M. de Langen)
Oproep van de penningmeester
Leden die hun contributie voor het jaar 1994 nog niet hebben betaald, wordt verzocht dit zo spoedig moge¬lijk te doen. Een individueel lidmaatschap bedraagt ƒ 20,- en een gezinslidmaatschap ƒ 30,- per jaar. Het gironummer van de vereniging is 4403641.
Loterij facelift
Op 15 december j.1. verrichtte notaris Docter uit Oosterbeek de laatste trekking van onze loterij. Zoals u weet, speelden alle ingeleverde en betaalde loten hierin mee, hetgeen betekende dat 153 prijzen een eigenaar kregen. Deze zijn inmiddels verstuurd of thuisbezorgd, hetgeen een niet te onderschatten klus was voor de leden van de werkgroep. Hierna werd de loterij afgesloten met het toekennen van de bonus¬geschenken aan degenen die verschillende tientallen loten hadden verkocht. Ruim zestig leden hadden kans gezien zo’n huzarenstukje te verrichten.
De toppers waren de dames Rieken (220) en Feith (137) en de heer Purmer met maar liefst 433 loten. Zonder de andere verkopers tekort te willen doen, want we weten wat een tijdrovende bezigheid het was, willen we deze ‘verkoopkampioenen’ extra bedanken.
Er werden precies 7607 loten verkocht en de bruto opbrengst was dus ƒ 38.035,-. Onze totale onkosten (prijzen, drukwerk, porto) bedragen ongeveer ƒ 5000,- zodat we binnenkort ruim ƒ 33.000,- kunnen overdra-gen aan het bestuur van de Stichting Airborne Museum. Dit mooie resultaat werd bereikt door de gezamenlijke inspanning van bijna alle leden. Bovendien bracht de loterij de naam van ons museum en van de vriendenkring door het hele land, hetgeen weer resulteerde in een aanzienlijke ledentoename. De hoofdprijs, een schitterende wandklok met een winkelwaarde van ruim ƒ 800,-, viel ten deel aan mevrouw Van Tongeren uit Oosterbeek.
Ons rest nu nog de afwikkeling en de verantwoording van onze financiële ‘handel en wandel’ aan de gemeente Renkum, maar we durven nu al wel te zeg¬gen: ‘Het was bereveel werk, maar het was de moeite waard en we hebben het met plezier gedaan’. Overigens hoeft niemand ons de komende 25 jaar te vragen voor de organisatie van een loterij!
(C.v.Roekel)
Roll of Honour gepresenteerd
Op de thema-middag van 12 december j.1. werd de nieuwe editie van de ‘Roll of Honour’ aan de leden van onze vereniging gepresenteerd. Sinds de eerste druk in 1986 waren zoveel nieuwe feiten aan het licht gekomen dat het de hoogste tijd werd om alle muta¬ties in de bestaande tekst op te nemen. Dankzij het vele werk van Jan Hey, Chris van Roekel en Truus Oosterhaar is dit werk tot een goed einde gebracht. In een van de volgende Ministories zal uitgebreid wor¬den ingegaan op een aantal nieuwe gegevens die in deze ‘Roll of Honour’ zijn verwerkt.
Het boek telt 230 pagina’s, die onder andere relevante gegevens bevatten van alle ten gevolge van de Slag om Arnhem om het leven gekomen Geallieerde mili¬tairen. Het is verkrijgbaar in het Airborne Museum (ƒ 20,-) of door storting van ƒ 27,50 (incl. verpakkings¬e-en portokosten) op giro 4403641 t.n.v. Vereniging Vrienden van het Airborne Museum o.v.v. ‘Roll of Honour’.
In de studio van Bal Bedrijfsvideo werken Berry de Reus en Joop Bal aan de audio-visnele presentatie voor het vernieuwde Airborne Museum.(foto: Jenneke Bal)
ƒ 53.000,- van Airborne Runners
Begin 1993 nam de heer Harm Altena uit Heelsum het initiatief om met een sponsorloop geld bijeen te bren¬gen voor de renovatie van het Airborne Museum. Er werd gekozen voor de marathonloop in New York. Dertig sporters uit Oosterbeek en omgeving besloten hieraan mee te doen.
Na negen maanden van intensieve training vertrok de groep naar Amerika om daar op 14 november j.1. de marathon te lopen. Alle dertig slaagden erin de 42 kilometer en 195 meter met succes uit te lopen. Daarmee brachten zij in totaal 53.000 gulden bijeen, die door verschillende sponsors was toegezegd.
Op vrijdag 17 december 1993 werd het bedrag via een cheque op feestelijke wijze overgedragen aan de Stichting Airborne Museum. De voorzitter van de stichting, de heer J.W.A.M. Vertinden, dankte de Airborne Runners voor deze fantastische aktie, waar¬bij zij op een originele en sportieve manier een reus¬achtig bedrag voor de verbouw en vernieuwing van het Airborne Museum hadden bijeengebracht.
Museum-weekend en boekenbeurs
Op 16 en 17 april a.s. wordt het jaarlijkse museum-weekend gehouden. In het Airborne Museum zal op die twee dagen aandacht worden besteed aan de res¬tauratie van museale voorwerpen, die in de afgelopen tijd als aanwinst konden worden begroet.
Op zaterdag 7 mei is in het museum de boekenbeurs, waar vele oude en nieuwe boeken over de Tweede Wereldoorlog en in het bijzonder over de Slag om Arnhem te koop zullen zijn.
Vijftig jaar geleden
In dit herdenkingsjaar worden in het Airborne Museum iedere week Britse, Duitse en Nederlandse kranten van dezelfde week in 1944 tentoongesteld.
Schuttersputten worden beschermd
Op verschillende plaatsen in de bossen in de gemeenten Renkum en Arnhem bevinden zich nog schuttersputten uit de Slag om Arnhem. In de afgelopen vijftig jaar zijn de meeste weliswaar volgeslibt met bladeren en zand, maar ze zijn vaak toch nog goed zichtbaar in het terrein.
De putten zijn van historisch belang omdat ze behoren tot de weinige tastbare overblijfselen uit september 1944. Hun ligging geeft inzicht in de strategie en het verloop van de strijd.
De nog aanwezige mangaten bestaan echter uit natuurlijk materiaal en zijn zeer kwetsbaar. Om ze voor totale verdwijning te behoeden, heeft de Vereniging Vrienden zich in het najaar van 1993 schriftelijk tot de beide gemeentebesturen gewend en hen gevraagd de overgebleven putten te beschermen. Het gaat hierbij om locaties op de Hemelse Berg en de Bilderberg in Oosterbeek, en op de Johannahoeve (Arnhem).
Het gemeentebestuur van Renkum heeft inmiddels positief gereageerd. De betrokken putten zullen worden aangegeven op de zgn. ‘boslegger’, zodat medewerkers die belast zijn met het beheer en het onderhoud van de bossen weten waar ze liggen. Op die manier kunnen ze niet per ongeluk worden dichtgegooid. Het is beslist niet de bedoeling ze te gaan uitgraven en ze tot een toeristische trekpleister te maken. Van Arnhem is helaas nog niets vernomen.
Een opmerkelijke vondst
Getipt door een kennis kwam het Airborne Museum onlangs in contact met een aannemer die werkzaamheden verrichtte aan een huis in Arnhem. Op de begane grond waren onder de vloer een aantal Duitse papieren gevonden. De heer Boersma onderzocht de kruipruimte en daar bleek naast duizenden glasscherven, puin en rommel ook een deel van de administratie van een SS-tandartsenpost te liggen.
De vondst bestond voornamelijk uit tandenkaarten (gebitskaarten) en röntgenfoto’s met betrekking tot Duitse militairen.
Op de kaarten staat bij de naam helaas slechts zelden de eenheid vermeld, maar bij nadere bestudering blijkt dat het voornamelijk gaat om soldaten van het SS Ausbildungs- und Ersatz Bataillon 12, dat in de Coehoorn-kazerne in Arnhem was gelegerd. Ook zijn er enkele papieren van het SS Ausbildungs- und Ersatz Bataillon 16, waarvan eenheden in Oosterbeek lagen in september 1944.
Uit de aanwezigheid van een Engelse krant van april 1945 zou kunnen worden afgeleid dat het materiaal na de oorlog bij het opruimen van het huis onder de vloer is terechtgekomen.
Van de vondsten was het meest interessant een kaart met de röntgenfoto op naam van SS Sturmbannführer Sepp Krafft, de commandant van het bovengenoemde 16e bataljon, dat op zondag 17 september 1944 het 3rd Parachute Battalion en het Reconnaissance Squadron verhinderde direct door te stoten naar de verkeersbrug in Arnhem. Of hij daarbij kiespijn had, is echter niet na te gaan. Zijn kaart en de andere papieren zijn opgenomen in het archief van het museum. Een kleine selectie daaruit is tijdelijk tentoongesteld in een vitrine in de eerste zaal.
Luitenant Jongen van de Gravendienst legt de stoffelijke resten bloot van een Britse soldaat.
(foto: B. de Reus)
Boekennieuws
Kort geleden verscheen het boek ‘History of the Polish Parachute Badge – Polish Airborne Forces in World War 11’ door Lorys. Het boek bevat een historische inleiding en een lange lijst met 6200 namen van Poolse en Geallieerde militairen die gedurende de Tweede Wereldoorlog de Poolse para badge verdienden.
Deze publicatie kan worden besteld door het zenden van een Eurocheque ter waarde van 10 Engelse Ponden naar The Polish Institute and Sikorski Museum, 20 Princes Gate, London SW7 1PT, England.
De Stichting
Airborne Herdenkingen
In juli 1992 werd de Stichting Airborne Herdenkingen officieel een feit. Deze stichting werd opgericht met als doel het vaststellen en coördineren van het officië¬le programma van de jaarlijkse herdenkingen van de Slag om Arnhem. Daarnaast moeten de juridische en financiële aspecten van de verschillende herdenkings-activiteiten worden gebundeld en gestroomlijnd.
De stichting is als volgt samengesteld. In het algeme¬ne bestuur zitten vertegenwoordigers van verschil¬lende organisaties die zich met de herdenkingen en de activiteiten eromheen bezig houden. Ook de voorzit¬ter van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum maakt daarvan deel uit. De betrokken gemeenten hebben een adviseur aangewezen om de vergaderingen van het algemene bestuur bij te wonen.
Het dagelijkse bestuur wordt gevormd door een voor-zitter, een vice-voorzitter, een secretaris en een pen-ningmeester. De commissaris der Koningin en de bur-gemeesters van Arnhem, Ede, Heteren en Renkum hebben zitting in de Stuurgroep, die zich voorname¬lijk bezig houdt met de hoofd lijnen en de officiële aspecten van het programma.
Voor de herdenkingen van dit jaar is het Coördine¬rend Comité 1994 opgericht. Dit bestaat uit het dagelijkse bestuur van de Stichting Airborne Herdenkingen, de gemeentelijke adviseurs en een vertegenwoordiger van de Provinciale Militaire Commandant en van de (regionale) Politie.
Met het oog op de 50ste herdenking van de Slag om Arnhem is voor secretariële en organisatorische ondersteuning een beroepskracht aangetrokken. Het secretariaat is gevestigd in het gemeentehuis van Renkum: mw. M. van Tilburg, Postbus 9100, 6860 HA Oosterbeek, tel. 085-348220.
Onze leden, met name degenen die Arnhem-veteraan zijn, worden er wellicht ten overvloede op gewezen dat voor bepaalde activiteiten, waaronder de Memorial Service op de begraafplaats, toegangskaarten vereist zijn. Via het bovengenoemde secretariaat is hierover desgewenst meer informatie te verkrijgen. (Margriet van der Velden, Bureau Voorlichting Gemeente Renkum).
Reactie op Ministory No. 40
Aan het eind van zijn lezenswaardige Ministory No.40 over de (ruiming van) mijnenvelden in en om Oosterbeek, zou – zo vrees ik – de auteur het slachtoffer kunnen zijn van een toen nog al eens heersend misverstand. Hij schrijft dat na 5 mei 1945 de ruiming van de mijnenvelden onder toezicht van de Royal Engineers geschiedde door krijgsgevangen Duitse poiniers, en vermeldt dat deze “nadat een veld door hun commandant ‘schoon’ was verklaard in linie over het terrein werden gestuurd”. Daargelaten dat deze controle-methode inderdaad niet ongebruikelijk was, dient in het oog te worden gehouden dat deze vorm alleen effectief was ten opzichte van anti-personeel- mijnen…
Mijn bezwaar richt zich tegen de benaming krijgsgevangenen. Immers, de toen geldende Conventie van Geneve van 1929 bepaalt in artikel 32 nadrukkelijk dat het verboden is krijgsgevangenen te benutten voor gevaarlijke werkzaamheden. De zaak ligt dan ook anders: krachtens punt 3 van ‘The Instrument of Surrender’ van 4 mei 1945, waarbij ook de Duitse troe¬pen in Nederland capituleerden, was het Duitse opperbevel verplicht alle verdere geallieerde bevelen “on any subject”, “without argument or comment” uit te voeren.
Voor ons land kreeg een en ander een nadere uitwerking in de bepalingen van de Wageningse capitulatie: het Duitse opperbevel kreeg de plicht opgelegd een Duitse pionierbrigade aan te wijzen voor de ruiming van de (Duitse) mijnenvelden in Nederland, die deze taak onder Duitse leiding en geallieerd toezicht had te vervullen. Daartoe werd aangewezen de Pionier Brigade Draeger in de “Festung” Hoek van Holland. Het personeel van deze brigade kreeg aldus de ongeregelde status van “capitulant” – ter onderscheiding van “krijgsgevangen”. In de praktijk werd zoveel mogelijk het bepaalde in de conventie van 1929 op hen toegepast.
Dat de bevolking van ons land deze Duitse militairen na 5 mei 1945 voor krijgsgevangenen hield is begrijpelijk: zij waren dat echter niet! Omdat ik van juli 1945 tot juli 1946 met deze mensen heb gewerkt – in Limburg, Noord Brabant en Gelderland – meen ik gekwalificeerd te zijn het misverstand recht te zetten. (Mr. F.J.N. Engel, Haarlem)
Stoffelijke resten gevonden
Op donderdag 20 en maandag 24 januari j.1. werden op een terrein in het noordwestelijke deel van Oosterbeek (op het voormalige landgoed De Sonnenberg, in het gebied tussen de Utrechtseweg en de Valkenburglaan) door de Gravendienst van de Koninklijke Landmacht de stoffelijke resten geborgen van twee Britse militairen. Luitenant H.J.R. Jongen en zijn mannen waren opgeroepen nadat Hans van der Velden uit Renkum bij graafwerkzaamheden op men¬selijke resten was gestoten. In het kader van gemeen¬telijk beleid om toekomstige bouwterreinen e.d. te onderzoeken op mogelijk aanwezige munitie en explosieven, was Hans ter plekke in de weer geweest met zijn metaaldetector. Voor het vervoeren van een dergelijk apparaat is een ontheffing van het college van burgemeester en wethouders vereist.
De experts van de Gravendienst vonden onder andere een embleem van The Glider Pilot Regiment, een portefeuille, een gouden zegelring met initialen, een officiersfluitje, een zilveren sigarettendoos, een horloge, een Lee Enfield geweer met bajonet, en een parachutistendolk. Van slechts één soldaat werd de schedel met een volledig gebit gevonden.
Luitenant Jongen heeft goede hoop dat het met de benodigde hulp van onder andere de Britse autoritei¬ten nog vóór de 50e herdenking tot een identificatie kan komen. Leden van onze vereniging die menen relevante informatie te kunnen aandragen, wordt verzocht contact op te nemen met de redactie van deze nieuwsbrief.
Plaats een Reactie
Vraag of reactie?Laat hier uw reactie achter.