VVAM Nieuwsbrief 101 – Februari- 2006
Van de Voorzitter
Bij het uitkomen van dit eerste nummer van de Nieuwsbrief van 2006, wil ik graag nogmaals iedereen bedanken die zich het afgelopen jaar heeft ingezet om de evenementen van de WAM en in het bijzonder het 25-jarig jubileum, tot een succes te maken. Gezien de vele positieve reacties die we kregen, kunnen we er met extra veel plezier op terugkijken.
Het sturen en leiden van een vereniging betekent echter vooral vooruitkijken. Ook in dit nieuwe jaar zal weer veel werk moeten worden verzet om allerlei lopende en nieuwe zaken te organiseren. Het bestuur doet dat graag, maar dan kan wederom niet zonder de hulp van welwillende leden.
Al enige tijd geleden gaf Wybo Boersma te kennen dat hij graag meer voor de VVAM zou willen doen, maar dat drukke werkzaamheden als directeur van het Airborne Museum hem in zijn mogelijkheden beperkten. Nu hij de leiding van het museum heeft overgedragen aan zijn opvolger, heeft Wybo eindelijk wat meer tijd gekregen en hij wil deze voor een deel gaan besteden aan werkzaamheden voor de Vereniging Vrienden. Hij zal o.a., nog meer dan in het verleden, mee gaan werken aan de organisatie van themadagen en excursies. Daarnaast neemt hij zitting in de redactie-commissie van de Nieuwsbrief. Het spreekt vanzelf dat het bestuur van de WAM zeer blij is met dit aanbod van Wybo.
(Ben Kolster, voorzitter)
In Memoriam Cora Baltussen
Op 18 november jl. overleed op 93-jarige leeftijd Cora Baltussen. De naam Cora Baltussen is onverbrekelijk verbonden met de rol van de Eerste Poolse Onaf-hankelijke Parachutisten Brigade tijdens de Slag om Arnhem.
In de dagen dat de Poolse troepen in en om Driel vochten, hielp zij bij de verpleging van gewonde sol-daten. Die periode maakte een onuitwisbare indruk op haar en het was het begin van een diepe vriendschap met de Poolse bevrijders, die zou duren tot het eind van haar leven.
Samen met haar broer Albert en een aantal anderen in het dorp vormde zij in 1946 het Comité Driel- Polen. Dit comité zorgde voor de oprichting van het eerste monument voor de omgekomen Poolse sol-
De op 18 november jl. overleden Cora Baltussen, nam op 18 september 2005 nog deel aan de herdenkingsplechtigheden in Driel. Hier zit zij tussen tussen de Poolse majoor TJ. Herman (Retd) en de kleinzoon van generaal-majoor Stanislaw Sosabowski, Mr. Michael Sosabowski.
daten. De onthulling vond plaats in september 1946. In de jaren daarna onderhield Cora de kontakten met de Polen en organiseerde zij samen met de andere leden van het comité de jaarlijkse herdenkingen in het dorp Driel.
Het is triest dat zij het niet meer meemaakt dat de Poolse brigade en haar commandant, generaal- majoor Stanislaw Sosabowski, nu uiteindelijk toch het eerbetoon krijgen, waarop zij, gezien hun prestaties, recht op hebben.
Jaarvergadering
De 26ste Algemene Ledenvergadering, tevens jaarvergadering, van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum zal worden gehouden op zaterdag 8 april 2006. Plaats en programma zijn vermeld op een los inlegvel, dat bij deze Nieuwsbrief is bijgesloten.
Koninklijke onderscheidingen
Vijf mensen zijn onlangs geëerd met een hoge Britse koninklijke onderscheiding voor hun inzet bij het levend houden van de herinnering van de Slag om Arnhem en voor hun aandeel bij de organisatie van de jaarlijkse Airborne herdenkingen.
Wybo Boersma, Eugène Wijnhoud en Chris Petter kregen op 22 november jl. uit handen van de Britse ambassadeur in Nederland, Mr. L. Parker, het onder-scheidingsteken dat behoort bij de status van
22 November 2005. Wybo Boersma ontvangt uit handen van de Britse Ambassadeur in Nederland, Mr. Lyn Parker, de versierselen die behoren bij de Britse koninklijke onderscheiding ‘Member of the British Empire’.
‘Member of the British Empire’ (MBE). De Renkummer Chris Petter is waarschijnlijk wat minder bekend dan de andere heren. Hij verzorgt al gedurende een groot aantal jaren de graven van een tiental Britse en Canadese militairen in Oosterbeek, Heteren en Groesbeek en onderhoudt intensief contact met de nabestaanden.
Voorzitter Marius van Pelt en secretaris Pouwel Vos van de Stichting Airborne Herdenkingen kregen op 23 november jl. de versierselen die behoren bij de onderscheiding ‘Most Excellent Order of the British Empire’ (OBE).
Social evening
Op vrijdagavond 17 maart is er weer een ‘Social Evening’ in het Airborne Museum. U bent vanaf 19.30 uur weer van harte welkom. De bibliotheek en het depot zijn open en enkele leden van de WAM zullen wat resultaten van hun historisch onderzoek laten zien. De avond wordt afgesloten om ca. 10.00 uur.
Het pistool van generaal Kussin
In september 2004 ontving het Airborne Museum uit handen van de heer T.J. Pieterse, voorzitter van het comité ‘Lest we Forget’, een opmerkelijk wapen. Het is een 6,35 mm pistool, merk Orgies’ Patent gemaakt in Erfurt in Duitsland. Het is afkomstig van Sergeant K.B. Costello, 3e Parachutisten bataljon, die de volgende geschiedenis erbij leverde. ’17 september 1944. Om 10.30 verlieten wij Engeland en kwamen om 1.30 uur aan op de Renkumse heide. We trokken op door het bos langs de weg. Voor ons werd af en toe geschoten. We bereikten de weg naar Oosterbeek. We hoorden een auto aankomen en gingen in dekking. Toen de wagen in zicht kwam opende B compagnie het vuur. Een aantal jonge soldaten was veel te fanatiek en zij schoten de wagen bijna in tweeën. De militairen in de wagen waren dood en wij gingen verder, passeerden Hartenstein, en kwamen bij een kruispunt. Daar kwamen we onder hevig mortiervuur te liggen. Omdat we niet verder konden oprukken, kregen we orders terug te trekken op Hartenstein. Ik werd teruggestuurd naar de auto om te kijken of er nog nuttige documenten in lagen.
Toen ik het lichaam van de generaal fouilleerde, bleek hij een klein automatisch pistool in een schouderholster onder zijn linker arm te hebben. Ik pakte het holster met het pistool en stopte dat in mijn smock. Vervolgens nam ik wat papieren en enkele andere wapens mee naar het hoofdkwartier. Het kleine pistool hield ik in mijn smock, omdat ik wist dat een van de officieren het zou willen hebben, als ze het zagen.’
Later raakte Kevin Costello gewond bij gevechten rond de Oude Kerk in Oosterbeek en werd hij als gewonde krijgsgevangene naar het St. Elisabeths Gasthuis gebracht. Hij werd niet gefouilleerd, waardoor het pistool in zijn smock niet werd gevonden. Vanuit het St. Elisabeths Gasthuis werd hij naar Apeldoorn gebracht en vandaar zou hij met een trein naar Duitsland worden vervoerd. Costello weet echter uit de trein te ontsnappen en komt na drie weken met hulp van het verzet over de Rijn bij eigen troepen.
Tot zover de (ingekorte) verklaring van sergeant Costello. Het pistool heeft hij jarenlang als souvenir bewaard en in 2003 gaf hij het aan de heer Pieterse. Deze heeft het nu aan het Airborne Museum overgedragen.
Activiteiten in 2006
Hieronder volgt worden georganiseerd: een lijst van activiteiten die door de VVAM en het Airborne Museum in 2006
Datum, Activiteit, Georganiseerd door, Toegankelijk voor niet leden
17 maart Social Evening in het Airborne Museum V.V.A.M. Ja Alleen leden, ja
8 april Jaarvergadering V.V.A.M. met excursie V.V.A.M.
20 mei Boekenbeurs 2e Wereldoorlog rond het Airborne Museum Hartenstein Airborne Museum Ja ja
24 – 28 mei Battlefield tour Normandië Airborne Museum Ja
9 september 60 Jaar film ‘THEIRS IS THE GLORY’ in de Concertzaal in Oosterbeek. V.V.A.M. ja Ja
22 september Social Evening in het Airborne Museum V.V.A.M. ja ja
28 sept. -1 okt. Battlefield tour Ardennen Airborne Museum
14 oktober Excursie Lonsdale Force, Oosterbeek V.V.A.M.
15 november Lezing in restaurant Kleyn Hartensteyn V.V.A.M.
15 September 2005. Het door Sergeant Kevin Costello in september 1944 buitgemaakte pistool uan de Duitse generaal Kussin, wordt door de heer Tanno Pieterse overgedragen aan Frans Smolders, directeur van het Airborne Museum. (FOTO: BERRY DE REUS)
‘Martiale Monumenten’ gemarkeerd
In de gemeente Renkum zijn onlangs vijf ‘martiale monumenten’ met een informatiebord gemarkeerd. Martiale monumenten zijn stille getuigen van de Slag om Arnhem, die nu nog zichtbaar zijn in het landschap en die beschermd moeten worden. Het gaat hierbij om restanten van loopgraven, schuttersputten, de voormalige landingsterreinen en andere bijzondere locaties. De aangewezen plekken vormen een bijzondere categorie in de Renkumse gemeentelijke monumentenverordening.
Op 2 februari werd het eerste informatiebord onthuld bij het spoorviaduct tussen de Klingelbeekse- weg en de Benedendorpsweg in Oosterbeek. Dit gebeurde door Francisca Ravestein, wethouder van de gemeente Renkum. In de muren van het genoemde viaduct herinnert een groot aantal kogelgaten aan de gevechten die hier in de middag van 17 september 1944 plaats vonden tussen mannen van de B compagnie van het Tweede Parachutisten Bataljon en Duitse troepen, die de opmars van de Britten naar de Arnhemse brug trachtten te stoppen.
Dergelijke borden, met teksten in de Nederlandse en in de Engelse taal, zijn ook geplaatst bij de duiker onder de spoordijk tussen Wolfheze en Oosterbeek, bij de landingsterreinen langs de Telefoonweg in Renkum, bij het restant van een Duitse loopgraaf in de bossen langs de Kerklaan in Doorwerth en bij ‘de Hel’, een dal in het park De Hemelse Berg, waar tijdens de Slag om Arnhem tientallen Oosterbeekse burgers hun toevlucht zochten.
De panelen zijn een geschenk van de Stichting CITER (Cultuur, Informatie, Toerisme, Evenementen in Renkum). Ze hebben dezelfde vorm als de borden die de ‘Perimeter route’ markeren.
Poolse Brigade krijgt eerherstel
De Eerste Poolse Onafhankelijke Parachutisten Brigade krijgt 61 jaar na de oorlog alsnog de Militaire Willemsorde. Deze hoogste Nederlandse militaire onderscheiding is een eerbetoon aan de Poolse para’s voor hun inzet tijdens de Slag om Arnhem in september 1944. Hun commandant, generaal-majoor Stanislaw Sosabowski (1892-1967) wordt postuum geëerd met de Bronzen Leeuw.
Het eerbetoon is gebaseerd op een diepgaand onderzoek van de Kanselarij van de Nederlandse Orden en het Kapittel der Militaire Willems-Orde en op onderzoek in het Sikorski Instituut in Londen. Verschillende mensen hebben zich in de loop der tijd ingezet voor dit eerherstel, waaronder de onlangs overleden Cora Baltussen en haar neef Arno Baltussen. Ook ZKH Prins Bernhard heeft niet lang voor zijn dood nog in duidelijke bewoordingen aangegeven dat de Poolse brigade alsnog moet worden geëerd met een hoge Nederlandse onderscheiding.
Veel is ook te danken aan ons lid Erik van Tilbeurgh van de Stichting ‘Wojtek, Poolse Bevrijders op Alle Fronten’ uit Boxtel. Niet alleen is hij een van de initiatiefnemers voor het eerherstel, maar dankzij zijn jarenlange archiefonderzoek, o.a. in het Polish Institute and Sikorski Museum in Londen, beschikt hij over een schat aan voor deze zaak belangrijke historische documenten, die uiteindelijk van cruciaal belang zijn geweest voor de beslissing om alsnog tot onderscheiding over te gaan. Bovendien gaf Erik regelmatig zijn medewerking aan artikelen in kranten en aan TV documentaires over de rol van de Poolse troepen in de Tweede Wereldoorlog.
In de volgende nummers van de Nieuwsbrief komen we op dit onderwerp terug.
Waarom dat boek?
Het onlangs verschenen boek ‘The Royal Air Force at Arnhem’, uitgegeven door onze eigen vereniging, heeft bij een aantal leden vragen opgeroepen. Op zich zijn die begrijpelijk in het licht van de eerdere publicaties ‘Tugs and Gliders to Arnhem’ en ‘Green On!’ van de hand van Arie-Jan van Hees. Sommige mensen vroegen mij, als Coördinator Publicaties van de Vrienden, dan ook: wat voegt de nieuwe uitgave daaraan toe? Om te beginnen is het van belang iets van de ontstaansgeschiedenis te weten. Daarvoor moet ik u even mee terugnemen in de tijd. In 2002 organiseerde Philip Reinders (lid van de Arnhem Battle Research Group) in het gemeentehuis in Oosterbeek een tentoonstelling met de titel ‘WINGS by air to Arnhem. De rol van de Royal Air Force tijdens zweefvliegtuig- en bevoorradings- vluchten, 17-25 september 1944’. Die expositie was in september en oktober van dat jaar te bekijken, en bij het samenstellen daarvan had Philip hulp van Luuk Buist en mij. Ik mocht dat doen omdat ik toen nog gemeentearchivaris van Renkum was. De tentoonstelling was een groot succes, en vele bezoekers vroegen: kunnen jullie daar een boekje van maken? Wij hadden daar wel oren naar. Een jaar later was het zover dat Luuk en Philip een kant-en-klaar manuscript konden aanbieden aan het bestuur van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum Oosterbeek, met de vraag of zij bereid en in staat waren daar een boek van te maken. Inmiddels was ik bij de Vrienden aangesteld als Coördinator Publicaties, dus dat kwam goed uit. Chris van Roekel, Eugène Wijnhoud en Robert Voskuil lazen het verhaal, en zij zeiden zonder omhalen: dat moeten we uitgeven.
Het bestuur besloot vervolgens om de tekst in de vorm van een echt boek te gieten, en ik kreeg de taak om een en ander in goede banen te leiden. Allengs werd mijn aandeel in het werk zodanig groot dat mijn naam op dringend verzoek van de beide samenstellers aan die van hen werd toegevoegd. Dat neemt niet weg dat ik hier nadrukkelijk opmerk dat ik vind dat het hun product is. Het was de bedoeling om in mei 2004 een boekje over het voorgedragen onderwerp uit te geven. Het kant-en-klare verhaal bleek bij een grondige bestudering en controle van de bronnen echter nog helemaal niet af te zijn, en het desbetreffende tijdpad moest al gauw geheel en al worden bijgesteld. Geleidelijk aan werd het manuscript ook nog eens dikker en dikker.
Het gevolg van dit al was dat het veel langer heeft geduurd dan verwacht en gedacht was, maar tegelijkertijd heeft het bijgedragen aan een drastische verbetering van de kwaliteit. Er zitten onvolkomenheden in, dat weet ik zeker, maar wij hebben in ieder geval ons uiterste best gedaan om ze te vermijden of te corrigeren.
In de tussentijd verscheen, in september 2004, Arie- Jan van Hees’ boek ‘Green On!’, maar dat was geen reden om het Vriendenproject af te blazen. Naar de mening van de samenstellers van het oorspronkelijke RAF-manuscript waren er in grote mate voldoende verschillen die een separate uitgave rechtvaardigden.
Zo is het in de eerste plaats een feit dat Arie-Jan over de sleeptoestellen en de zweefvliegtuigen schreef (‘Tugs and Gliders to Arnhem’), en over de bevoorradingsvluchten (‘Green On!’). Wij vervaardigden een publicatie over de 38 en 46 Group van de Royal Air Force.
Uiteraard komen in ons product onderwerpen voor die ook in de andere twee boeken staan. Dat kan moeilijk anders. Wie heden ten dage een publicatie wijdt aan de Slag om Arnhem, geeft automatisch gegevens en afbeeldingen aan de openbaarheid prijs die eerder al elders werden gebruikt.
Waar het om gaat is dat in ons boek informatie staat over ALLE missies die in september 1944 door de genoemde onderdelen van de Britse luchtmacht werden gevlogen. Er is GEEN ANDERE publicatie (ons bekend) waarin de correcte gegevens staan van elke vlucht.
Van alle missies, en dat zijn er 1331, worden in ieder geval de rang, de voorletters en de naam van de gezagvoerder, het type vliegtuig met het registratie-nummer, het squadron, het vliegveld, en het tijdstip van vertrek en aankomst vermeld. Deze vluchten zijn onderverdeeld in 12 Pathfinder missies, 710 Glider vluchten en 609 bevoorradingsmissies. Van de toestellen die niet gewoon op hun thuisbasis terugkeerden, zijn ook verdere bijzonderheden gegeven. Bijvoorbeeld informatie over de andere bemanningsleden, en over wat met hen en het vliegtuig is gebeurd. Onze uitgave is dan ook in de eerste plaats een naslagwerk, opzoekboek of referentiepublicatie. Juist omdat er al zoveel verhalen van ooggetuigen bekend en gepubliceerd zijn, en juist omdat ALLE daarbij horende inhoudelijke gegevens nog niet eerder elders zijn geopenbaard.
Daarnaast hebben we in het RAF-boek de nodige ervaringen opgenomen van mensen die het meege-maakt hebben. Die wederwaardigheden vormen ons inziens een welkome aanvulling en afwisseling op/van de ‘droge’ statistische informatie.
‘The Royal Air Force at Arnhem’ bestaat uit 23 hoofdstukken, en is voorzien van een index met 1182 namen. Het overgrote deel daarvan heeft betrekking op piloten, navigators, radiotelegrafisten enzovoorts. Voor de goede orde, het boek gaat wel over de Britse luchtmacht, maar onder de betrokke-nen bevinden zich ook Canadezen, Nieuwzeelanders, Australiërs, Amerikanen en Zuidafrikanen Het maken en presenteren van ‘The Royal Air Force at Arnhem – Glider and re-supply missions in September 1944’ kon gebeuren mede dankzij de hulp van de volgende personen en instanties.
– Cees van den Bosch, die de algehele, met name spirituele, begeleiding verzorgde, zelfs als dat nodig was vanuit Frankrijk;
– Peter Clark, die er verantwoordelijk voor was dat de Engelse taal niet al te veel geweld werd aangedaan;
– Michel Hildebrand, die namens Hildebrand DTP te Wageningen op een fraaie manier zorgde voor het omslag en de complete lay-out;
– en tenslotte Van Eek & Oosterink drukkers, gevestigd te Dodewaard. Wat zij deden, kunt u wel vermoeden.
Met het bovenstaande hoop ik duidelijk gemaakt te hebben waarom wij vonden dat we een boek moesten maken dat
– er zeer fraai en goed verzorgd uitziet;
– een degelijke en verantwoorde inhoud bevat;
– voor een acceptabele prijs kan worden aangeschaft. Het bestuur van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum Oosterbeek was het gelukkig unaniem helemaal met ons eens, en daarom is de publicatie er gekomen.
Luuk, Philip en ondergetekende zijn er blij mee!
‘The Royal Air Force at Arnhem’ is in ieder geval te koop bij het Airborne Museum ‘Hartenstein’ en de lokale boekhandelaren in de regio Arnhem. De prijs bedraagt € 37,50. Als u bij het museum wilt bestellen, kan dat via 026 3337710 of info@airbornemuseum.org. Opsturen in Europa kost € 37,50 + 7,50 (inclusief verpakkings- en verzendkosten); naar de overige landen in de wereld: € 37,50 + 15 (inclusief). (Geert Maassen)
Redactieadres: Utrechteseweg 232, 6862 AZ Oosterbeek, e-mail: vvam@airbornemuseum.org Penningmeester/ledenadministratie: Frits Miedema, telefoon (026) 333 64 76, e-mail: fymiedema@planet.nl Coördinatie verzending, archivering & distributie losse nummers: Chris van Roekel, Oosterbeek.
Vormgeving: Hildebrand DTP, Wageningen. Druk: Drukkerij Verweij Wageningen B.V.
COLOFON
De Nieuwsbrief is een uitgave van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum Oosterbeek (Utrechtseweg 232, 6862 AZ Oosterbeek) en verschijnt vier keer per jaar. Het doel is bekendheid te geven aan het Airborne Museum, de Vereniging Vrienden en de geschiedenis van de Slag om Arnhem.
Telefoon museum: (026) 333 77 10
Redactie: drs. R.P.G.A. Voskuil en W. Boersma
Plaats een Reactie
Vraag of reactie?Laat hier uw reactie achter.