Vrienden van AIRBORNE museum

Utrechtseweg 232
6862 AZ Oosterbeek
Tel. museum (026) 333 77 10
Tel. penningm. (026) 334 13 40
ISSN 1383-3413
Nieuwsbrief No. 79, augustus 2000

Redactie:
Drs. R.P.G.A. Voskuil
C. van Roekel
G.H. Maassen jr. (026) 334 01 42

Corridor excursie
Op zaterdag 7 oktober a.s. organiseert onze vereniging een busexcursie door een gedeelte van de ‘Corridor’, de opmarsweg van het Britse 30e Legerkorps door Brabant, die bekend zou worden als Heli’s Highway, en waarlangs de doelen lagen die moesten worden veroverd door de Amerikaanse 101e en 82e Airborne Divisies. De tocht zal worden geleid door ons lid Jacques Haegens. Hij zal tijdens de rit en op een aantal geselecteerde excursie-punten uitleg geven.

Het programma ziet er als volgt uit:
9.00 uur: Vertrek van de bus vanaf het parkeerterrein bij de Goede Herderkerk in Oosterbeek, oostelijk van het Airborne Museum, naar Neerpelt in België. Onderweg wordt kort gestopt in Grave, waar deelnemers uit Zuid-Nederland eventueel kunnen opstappen. Deze opstapplaats is het parkeerterrein bij het busstation voor ‘Het Wapen van Grave’, aan de N324, aan de zuidzijde van de Maasbrug.
11.00 uur: Aankomst in Neerpelt en begin van de tocht over Hell’s Highway. Excursie-punten zijn o.a. de brug over het Schelde-Maaskanaal, de markt in Valkenswaard (tevens koffiestop), de brug over het Wilhelminakanaal in Son, en het Joe E. Mann monument in Best.
Ca. 13.00 -14.00 uur: Lunch in Best.
14.00 uur: Vertrek voor het tweede deel van de excursie, met bezoeken aan o.a. de landingsterreinen ten noordwesten van Son, het monument voor de 501st Parachute Infantry in Eerde, de brug over de Zuid- Willemsvaart in Veghel, en de Maasbrug in Grave. Indien de tijd het toelaat, zal ook een bezoek worden gebracht aan de (voormalige) sluisbrug in Heumen.
De kosten voor deelname bedragen ƒ 75,- per persoon. Hiervoor krijgt u de bustocht, de lunch en de excur- siegids. Dit bedrag kan worden overgemaakt op post- gironummer 4403641 van de Vereniging Vrienden, onder vermelding van ‘Corridor excursie’. Dit bedrag moet uiterlijk op 20 september a.s. binnen zijn. Inschrijvingen worden behandeld in volgorde van binnenkomst. Er zijn maximaal 48 plaatsen beschikbaar. U krijgt bericht wanneer u mee kunt. Wilt u zo vriendelijk zijn op uw girokaart te vermelden of u in Grave wilt opstappen?

Het monument van de Amerikaanse 501st Parachute Infantry in Eerde staat op een van de plekken die bezocht zullen worden bij de ‘Corridor excursie’ op 7 oktober aanstaande. (foto Engine Wijnhoud)

Oproep aan leden in Engeland
Er zijn plannen om in juni 2001 in Oosterbeek een the- ma-weekend over de Slag om Arnhem te organiseren, speciaal voor onze leden uit het Verenigd Koninkrijk. Voor twee achtereenvolgende dagen, bijvoorbeeld een vrijdag en een zaterdag, wordt een programma samengesteld, dat waarschijnlijk zal bestaan uit een bus- en wandelexcursie, een lezing, een bezoek aan het Airborne Museum onder leiding van Engels sprekende gidsen, en een diner. Het geheel zal worden georganiseerd door onze vertegenwoordiger in Engeland, Niall Cherry, in samenwerking met de excursie-commissie van de Vereniging Vrienden. De overtocht naar Nederland en overnachtingen in Oosterbeek of omgeving dienen door de deelnemers zelf te worden geregeld, hoewel hierbij, indien nodig, vanuit Nederland assistentie kan worden verleend. De uitvoering van dit plan hangt uiteraard af van een voldoende aantal deelnemers. Daarom verzoeken wij leden in het Verenigd Koninkrijk die in principe belangstelling hebben voor een dergelijk themaweekend in Oosterbeek, contact op te nemen met Niall Cherry, 3 Church Road, Warton, Lancs, PR4 1BD, UK. Telefoon thuis 01772632764 en op het werk 01772854593, e-mail Niall.Cherry@bae.co.uk.
Wij zullen u op de hoogte houden van de resultaten.

Herdenkingsenvelop 2000
De traditionele herdenkingsenvelop van het Airborne Museum heeft dit jaar als thema het monument voor de Air Despatchers. Deze envelop is de vijfde in de serie ‘Monumenten van de Slag om Arnhem’. Vanaf 17 september a.s. is hij voor ƒ 7,- te koop in ‘Hartenstein’. Hij kan ook worden toegestuurd. Hiervoor dient u ƒ 8,50 over te maken op gironummer 4184300 t.n.v. het Airborne Museum in Oosterbeek, onder vermelding van ‘Envelop 2000’. Enveloppen van de voorgaande jaren zijn nog in een beperkte mate verkrijgbaar in het museum. Zie ook de website www.airbornemuseum.com.

Bijzonder fotoboek geschonken
Via Wybo Boersma is het Airborne Museum in het bezit gekomen van een vrijwel gaaf exemplaar van een fotoboek over de Slag om Arnhem, dat werd samengesteld in het najaar van 1944. Hiervan werden slechts tien exemplaren vervaardigd op fotopapier, en dit gebeurde door de Foto Afdeling van de lst British Airborne Division. Het boek bevat hoofdzakelijk afbeeldingen die in september van het genoemde jaar werden gemaakt door de fotografen van de Army Film and Photographic Unit.

Portemonnee terug
Jaren geleden ontving het museum de portemonnee die oorspronkelijk had toebehoord aan soldaat Edward Emmanuel Hird, die diende bij het lst Batal- lion The Border Regiment. Hird sneuvelde op 23 september 1944, maar zijn stoffelijke overschot is nooit gevonden. Toen bleek dat zijn moeder nog leefde, kon de portemonnee door de bemiddeling van de Britse ambassade enkele jaren geleden aan haar worden geven. Toen zij onlangs overleed, besloot de familie dat dit persoonlijke souvenir weer terug moest naar het Airborne Museum. En aldus geschiedde.
(W. Boersma)

Gevechtsmes met inscriptie
Het Airborne Museum heeft onlangs door ruiling een bijzonder exemplaar van de Fairbairn-Sykes Commando dolk aan haar collectie kunnen toegevoe- gen. Deze dolk met koperen heft heeft oorspronkelijk toebehoord aan kapitein C.C. Chidgey, plaatsvervangend commandant van de lst Airborne Ordnance Field Company, Royal Army Ordnance Corps. Hij had in Engeland bij de REME zijn naam in de dolk laten graveren. Kapitein Chidgey raakte tijdens de Slag om Arnhem zwaar gewond, en werd krijgsgevangen gemaakt. Hij kan zich niet herinneren waar hij het mes is kwijt geraakt, in Engeland of tijdens de Slag om Arnhem.

‘Getuigen van de Slag’
Van 25 november 2000 tot 18 februari 2001 wordt in het Airborne Museum een kleine tentoonstelling gehouden onder de titel ‘Getuigen van de Slag’. Na het succes van de expositie ‘Graven in het verleden’ in 1999, wil het museum ook dit jaar de winter-tentoon- stelling inrichten in samenwerking met leden van de Vereniging Vrienden. Velen van hen bezitten voorwerpen, documenten en foto’s, vaak met een verhaal erachter, die bijna nooit iemand te zien krijgt. ‘Hartenstein’ wil deze mensen graag de gelegenheid geven met dit materiaal naar buiten te treden.
In 1999 was er veel belangstelling om aan de expositie mee te werken, en het bestuur van de Stichting Airborne Museum gaat ervan uit dat dit deze keer weer het geval is. Wie mee wil werken aan de aanstaande tentoonstelling, en materiaal beschikbaar wil stellen, kan contact opnemen met W. Boersma, telefoon (privé) 0318 639633, e-mail w.boersma@wxs.nl of overdag in het museum (026 3337710).
(W. Boersma)

Expositie 2001
Er zijn plannen om de traditionele tentoonstelling in het Airborne Museum volgend jaar te wijden aan ‘De Royal Engineers van lst Airborne Division’. Ons lid Patrick Pronk wees ons erop dat deze eenheid in 2001 haar 60-jarige bestaan viert. Patrick werkt momenteel aan een boek over de Airborne Engineers, dat vermoedelijk in september volgend jaar zal verschijnen, en hij heeft reeds zijn medewerking aan de expositie toegezegd. Leden die eveneens aan de samenstelling en opbouw hiervan willen meewerken, of materiaal, foto’s en/of documenten ter beschikking willen stellen, kunnen contact opnemen met ondergetekende. (W. Boersma)

Fout
Door een betreurenswaardig misverstand tussen de drukker en de uitgever, was de kwaliteit van de vorige editie van onze Nieuwsbrief niet helemaal van het niveau dat u van ons gewend bent. Met name waren de pagina’s niet in de volgorde gedrukt, gesneden en gevouwen zoals had mogen worden verwacht. De redactie biedt u daarvoor excuses aan.

Registratie van museum objecten
Museummedewerker Roland Boekhorst heeft samen met de vrijwilligers Theo Diepenbroek en Jaap Jansen alle voorwerpen in het depot van het Airborne Museum geregistreerd. In totaal bleken daar ca. 2700 objecten te worden bewaard. Momenteel zijn ze bezig met het registreren van alle voorwerpen die in het museum worden tentoongesteld. De verwachting is dat het project in de loop van dit jaar kan worden afgerond.

‘Red Berets and Red Crosses’ (II)
In september 1999 werd mijn boek ‘Red Berets and Red Crosses’ gepresenteerd, en iets meer dan zeven maanden later was de eerste druk uitverkocht. Ook voor de tweede editie is veel belangstelling, en deze is o.a. te koop in de winkel van het Airborne Museum. Een van de aardigste brieven die ik naar aanleiding van de publicatie ontving, was van de Arnhem-veteraan Roland MacFarlane, die mij een zeer interessant verhaal vertelde. Roland was als lid van het Royal Army Medical Corps toegevoegd aan het Hoofdkwartier van Ist Airborne Corps van generaal Browning. Hij vertrok op 17 september 1944 per glider van het vliegveld Harwell met als bestemming Groesbeek. Hij bereikte Nederland die dag echter niet, omdat het zweefvliegtuig een noodlanding moest maken bij het plaatsje Melksham in Wiltshire. In een plaatselijke krant werd gemeld dat, nadat de glider perfect was geland in een veld vlakbij een dorp, een aantal soldaten met volle bepakking uitstapte. Staande bij het toestel rookten ze een sigaret, terwijl een politiekordon nieuwsgierige toeschouwers op een afstand moest houden.
Roland was zo vriendelijk mij zijn album uit te lenen, dat hij kort na de oorlog samenstelde. Daarin schrijft hij dat de lading van de Horsa bestond uit een jeep, een aanhangwagen, twee motorfietsen, negen man met een complete uitrusting, plunjezakken, slaapzakken, en een grote hoeveelheid voedsel en medische voorraden.
Iemand heeft een foto van de Horsa gemaakt, die hierbij is afgedrukt. Het lijkt er op alsof het in de krant genoemde politiekordon slechts bestond uit de lokale politieagent, en dat slechts één burger was komen kijken, hetgeen overeenkomt met Rolands verhaal. Hij zei ook dat na het uitladen van de jeep, de slaapzakken boven op de aanhangwagen werden geladen en vastgebonden. Op de foto is de volgeladen aanhangwagen duidelijk te zien.
Roland vertrok op een dag later opnieuw naar Nederland, maar in plaats van bij Nijmegen landde hij in de buurt van Renkum. Daar aangekomen vroeg hij zich vervolgens af wat hij moest doen, en uiteindelijk kwam hij terecht in hotel de Tafelberg, waar hij zich de rest van de slag heeft nuttig gemaakt. Maar dat is een ander verhaal.
Graag zou ik in contact willen komen met mensen die meer informatie hebben over deze vroegtijdig neer-gekomen glider. Wie waren bijvoorbeeld de gliderpiloten, en wie waren de andere passagiers? Op de achterkant van de foto staat een stempel van ‘No. 1 Mobile Photographic Enlargement Section (Airborne)’. Weet iemand iets over deze eenheid?
Verder is nieuwe informatie binnengekomen over de in hotel Schoonoord genomen Duitse foto van Brits medisch personeel, dat, na de beëindiging van de strijd op 26 september 1944, is gefotografeerd, staande rond een piano. We komen hier in een van de volgende nieuwsbrieven op terug.
Ook aan een ander onderwerp uit de geschiedenis van het Royal Army Medical Corps in Arnhem wordt gewerkt, namelijk de moord op Brian Brownscombe. Ons lid Bob Gerritsen uit Duiven heeft het plan om hierover een boekje uit te geven. (Niall Cherry)

De Horsa glider die op 17 september 1944 een vroegtijdige landing maakte bij het dorp Melksham in Engeland, (foto via Niall Cherry)
Het stempel op de achterzijde van de foto van de Horsa. Wie weet iets over deze eenheid? (foto via Niall Cherry)

Pegasus Wandeltocht
In tegenstelling tot wat in de bijgevoegde folder van de Stichting Airborne Herdenkingen staat, wordt op 28 oktober a.s. (en niet een week eerder) in de omgeving van Bennekom en Renkum voor de 17e keer de Pegasus Wandeltocht gehouden. Deze volgt voor een groot deel de route die in de nacht van 22 op 23 oktober 1944 werd afgelegd tijdens operatie Pegasus I, waarbij een groot aantal geallieerde militairen met behulp van het Nederlandse Verzet over de Rijn wist te ontsnappen.
Voor informatie en inschrijving kunt u bellen naar het VVV: 0318 614444.

Battlefield tour
Op zaterdag 9 september a.s. organiseert het Airborne Museum weer een algemene battlefield tour over de voormalige slagvelden. Deelname is voor iedereen mogelijk. De kosten bedragen ƒ 55,- per persoon. Leden van de Vereniging Vrienden betalen ƒ 47,50. Liefhebbers kunnen zich opgeven door de storting van het verschuldigde bedrag op postgironummer 2494354 t.n.v. W. Boersma te Ede, onder vermelding van ‘Battlefield tour september’. (W. Boersma)

BBC-documentaire
Eind juni jl. vertoefde een televisieploeg van de BBC in Nederland om opnamen te maken voor een docu-mentaire over Operatie Market Garden. De presentator van deze film is Professor Richard Holmes. Deze is o.a. bekend van de documentaire-series ‘War Walks’ en ‘The Western Front’, die de afgelopen jaren zijn vertoond op de Britse televisie. De nieuwe reeks, waaraan nu wordt gewerkt, zal volgend jaar worden uitgezonden.

Professor Richard Holmes voor de camera in het weiland bij de Oude Kerk te Oosterbeek, tijdens de opnamen voor de BBC-docnmentaire over Operatie Market Garden. (foto: Roberl Voskuil)

Onbekende soldaat begraven
Op dinsdag 11 juli jl. werd op de Airborne Begraafplaats in Oosterbeek tijdens een eenvoudige ceremonie een onbekende Britse militair begraven. Zijn stoffelijke overschot was eind 1995 gevonden bij graafwerkzaamheden in de omgeving van de Westerbouwing in Oosterbeek. De Bergings- en Identificatiedienst van de Koninklijke Landmacht heeft in samenwerking met de Commonwealth War Graves Commission alles in het werk gesteld om de stoffelijke resten te identificeren, maar helaas ontbraken alle aanknopingspunten om dit mogelijk te maken. Daarom is besloten hem als een onbekende soldaat zijn laatste rustplaats te geven.

‘A Heil of an Education’
De heer Doug F. Willies uit Engeland heeft onlangs een boek geschreven over de militaire loopbaan van soldaat Jack Hewett, getiteld ‘A Heil of an Education. The story of a British paratroeper signaller 1942-1947′.De auteur beschrijft de opleiding van Hewitt, de acties in Noord Afrika, Italië en Arnhem, en de inzet in Denemarken, Maleisië, Java, en Palestina, tot aan zijn demobilisatie in 1947. In de twee hoofdstukken over de Slag om Arnhem vertelt hij over zijn ervaringen tijdens de gevechten rond Hartenstein, en de ontsnapping over de Rijn. Tevens bevat het boek een overzicht met technische gegevens over de gebruikte radio’s bij Arnhem.
Deze uitgave is te bestellen bij het Airborne Museum (contactpersoon: W. Boersma). Omdat het boek vanuit Engeland geïmporteerd moet worden, dient rekening te worden gehouden met een ruime levertijd. ‘A Heil of an Education’ telt 140 pagina’s, en is voorzien van illustraties. Het werd gedrukt bij Interprint, Norwich (May 2000), en is uitgevoerd met een eenvoudige ringband. De prijs bedraagt ƒ 27,50 + porto. Een Engelse pond van elk verkocht exemplaar is bestemd voor het Airborne Forces Security Fund. (W. Boersma)

‘Arnhem Spookstad’ op Internet
In 1995 schreef de journalist van de Arnhemse Courant André Horlings het boek ‘Arnhem Spookstad, Herinneringen en foto’s van evacués, gastgezinnen en achterblijvers na de Slag om Arnhem, 1944-’45’. Uit de opbrengst werd een ‘monument van de evacuatie’ bekostigd, een plaquette aan het begin van de Apeldoornseweg in Arnhem. De publicatie is al enkele jaren uitverkocht, maar de auteur heeft hem in zijn geheel op Internet gezet. Het adres is: http:/ / www.geocities.com/capitolhill/ 1557/arnhemO.html.

Tweedehands boeken gezocht
Bij de balie van het Airborne Museum wordt regelmatig door bezoekers gevraagd naar boeken over deSlag om Arnhem. Zoals bekend zijn hierover nog maar weinig Nederlandstalige publicaties in de handel. Men is dus aangewezen op tweedehands titels. Voor leden van de Vereniging Vrienden bestaat de boekendienst, die altijd zeer goed voorzien is. Om ook niet-leden op dit gebied te kunnen helpen, is men in het museum bezig met het aanleggen van een voorraad van de meest gangbare boeken over de Slag. Als er leden zijn die voor dit doel exemplaren over hebben, of deze op rommelmarkten goedkoop op de kop weten te tikken, dan houdt het museum zich aan- bevolen ze over te nemen. Het is echter beslist niet de bedoeling om naast de voortreffelijke boekendienst van Okko Luursema, een tweede, soortgelijke service in het leven te roepen.Voor verdere inlichtingen hierover kan contact worden opgenomen met de heer A. Groeneweg. (W. Boersma)

Download

VRIENDEN VAN HET AIRBORNE MUSEUM

Utrechtseweg 232
6862 AZ Oosterbeek
Tel. museum (026) 333 77 10
Tel. penningm. (026) 334 13 40
ISSN 1383-3413
Nieuwsbrief No. 80, november 2000
Redactie:
Drs. R.P.G.A. Voskuil
C. van Roekel
G.H. Maassen jr. (026) 334 01 42

De Herdenkingsdienst op de Airborne Begraafplaats te Oosterbeek was op zondag 17 september 2000, en daarbij waren drie geestelijken betrokken. De Britse Keverend R.A.W. Boyce, geflankeerd door twee Nederlandse vrouwelijke collega’s: dominee M.M. van Zoest (links) en pastor M.H.A. Wiendels-Neijenhuis.(foto Berry de Reus)

Website Scholenproject
Al ruim 15 jaar kunnen leerlingen van de bovenbouw van het basisonderwijs en van de onderhouw van het voortgezet onderwijs bij hun bezoek aan het Airborne Museum gebruik maken van een werkstuk, dat als doel heeft structuur te geven aan de indrukken die zij tijdens hun bezoek opdoen.
Honderden scholen, zowel Nederlandse als Britse, en vele duizenden leerlingen hebben in deze jaren gebruik gemaakt van dit Scholenproject, en volgend jaar kunnen we waarschijnlijk de 50.000ste deelnemer verwelkomen.
In de inrichting van het museum worden echter voortdurend wijzigingen aangebracht van lijdelijke of permanente aard. Zo wordt de collectie regelmatig verrijkt met aanwinsten, en worden jaarlijks grote en kleinere thema-ten toonstellingen georganiseerd. Hierdoor lopen de expositie en het Scholenproject vaak ‘uil de pas’. De gedrukte werkstukken in die gevallen aanpassen, is zeer arbeidsintensief en vooral erg kostbaar. Ook op didactisch en organisatorisch gebied is het nodig van tijd tot tijd het project aan te passen. Zo werden groepsopdrachten ingevoerd, waarbij werk-groepjes de opdracht krijgen bepaalde aspecten van de gebeurtenissen in september 1944 nader te bestuderen, om vervolgens met andere groepen tot een uitwisseling van informatie te komen. Een rijke variatie aan vragen en opdrachten daagt de deelnemer uit tot een extra inspanning. Tot nog toe werden de gedrukte Scholenprojecten via de post opgestuurd naar de scholen die te kennen gaven dat zij het Airborne Museum wilden bezoeken. Toen de voorraad van deze gedrukte projecten opraakte, is besloten een andere weg in te slaan. Gebruik werd gemaakt van de nieuwe communicatietechnieken die de afgelopen jaren hun intrede hebben gedaan, in dit geval het Internet. De nieuwste edities van zowel de Nederlandse als de Engelse versie van het Scholenproject zijn sinds kort in hun geheel op de website van het Airborne Museum ondergebracht. Daarmee kan iedere school, waar ook ter wereld, die toegang heeft tot Internet, het Scholenproject gratis ‘downloaden’. Dit is voor Nederland een unieke werkwijze, waarmee wij zelfs op Europees niveau een voortrekkersfunctie vervullen. De technische kant van hel project werd op een voortreffelijke wijze verwezenlijkt door de firma De Kleuver uit Veenendaal. Op vrijdag 15 september jl. was het zover. Na de decoratieplechtigheid van Wybo Boersma (zie hier-onder) heeft het bestuur van de Vereniging Vrienden het Scholenproject nieuwe stijl overgedragen aan de Stichting Airborne Museum. U kunt het vinden op www.airbornemuseum.com.

Wybo Boersma geridderd
Vrijdag 15 september 2000. Op een rommelige, geïmproviseerde, maar buitengewoon gezellige en ongedwongen bijeenkomst in Huize Hartenstein, kreeg Wybo Boersma, directeur van het Airborne Museum, en adviseur van de Vereniging Vrienden, door de burgemeester van de gemeente Renkum, drs. J.W.A.M. Verlinden, de versierselen opgespeld die behoren bij zijn benoeming tot Ridder in de Órde van Oranje Nassau. In zijn speech sprak de burgervader zijn waardering uit voor het vele werk dat Wybo deed en doet voor het museum. Sinds 1974 maakt hij deel uit van het Stichtingsbestuur, en na de beëindiging van zijn militaire loopbaan in 1991 heeft hij zich geheel aan de organisatie en opbouw van het museum gewijd. Wybo Boersma is verantwoordelijk voor het collectiebeheer, de educatieve initiatieven, de public relations, en de jaarlijkse tentoonstellingen en boekenmarkten. Verder houdt hij zich bezig met de organisatie van ‘battlefield tours’, en geeft hij lezingen. Vanaf 1986 fungeert hij, namens de Stichting, als adviseur voor de Vereniging Vrienden. Daarnaast is hij zeer actief in de Scoutinggroep Pieter Maritz, in het Verbindingsmuseum van de Koninklijke Landmacht in Ede, en als voorzitter van de Documentatiegroep ’40-’45. Het bestuur van de Vereniging Vrienden heeft gemeend dat zijn bijzondere verdiensten en onze waardering voor zijn werk voldoende aanleiding waren om hem voor te dragen voor een koninklijke onderscheiding, met, zoals blijkt, een prachtig resultaat. Nadat de burgemeester hem de versierselen had opgespeld, werd namens de Vereniging Vrienden het woord gevoerd door voorzitter Chris van Roekel. Hij onderstreepte zijn lovende en waarderende woorden door op het aanwezige videoscherm met een demonstratie van de website van het Scholenproject, een speciale pagina aan te klikken met daarop de tekst: ‘Wybo, van harte gefeliciteerd namens Mevrouw Nanna Boersma ontving een fraaie bos bloemen. Hierna verraste de heer Duyts, namens het stichtingsbestuur, de decorandus met de bij de onderscheiding behorende draagmedaille. Dat het een geslaagde, gezellige en ongedwongen bijeenkomst was, moge onderstreept worden door hel feit dat de klok al bijna twaalf wees voordat iedereen met een goed gevoel huiswaarts keerde.
Ridder Wybo I: proficiat; je hebt het verdiend!
(Chris van Roekel)

’15 september 2000. In het Airborne Museum ‘Hartenstein’ ontvangt Wybo Boersma uit handen van de Renkumse burgemeester Vertinden de onderscheiding Ridder in de Orde van Oranje Nassau.
(foto Berry de Reus)

Herdenkingsenveloppe
Tijdens de afgelopen herdenking van de Slag om Arnhem heeft het Airborne Museum wederom een herdenkingsenveloppe uitgegeven. Het is de vijfde uit de serie, met als onderwerp ‘Monumenten van de Slag om Arnhem’. De envelop toont het monument voor de in september 1944 omgekomen Air Despatchers van het Royal Army Service Corps. Dit werd zes jaar geleden geplaatst ten noorden van de Airborne Begraafplaats, nabij een van de voormalige droppingsterreinen. De enveloppen zijn gefrankeerd met de 100 cent Rembrandt-zegel. De oplage bestaat uit 500 genummerde exemplaren. Ze zijn gestempeld op 17 september 2000 met het filatelistenstempel van het postkantoor in Oosterbeek. Evenals in voorgaande jaren is enveloppe No. 001 aangeboden aan de ‘Leaderof the Pilgrimage’, dit jaar brigade-generaal M.D.K. Dauncey, tijdens de Slag om Arnhem sectiecommandant van het G Squadron, The Glider Pilot Regiment. De enveloppen zijn te koop in het Airborne Museum, en kosten ƒ 7,-. Na de overmaking van ƒ 8,50 op giro 4184300 t.n.v. het Airborne Museum, Oosterbeek, onder vermelding van ‘Enveloppe 2000’, wordt deze toegestuurd.

Nogmaals de glider van Melksham
Naar aanleiding van het stuk van Niall Cherry in Nieuwsbrief No. 79 over de bij Melksham in Engeland neergekomen glider, ontvingen wij van Peter Clark uit Deurne, de man die samen met zijn echtgenote onze nieuwsbrief en ministory ten behoeve van de Engelse editie vertaalt, de volgende reactie. ‘Ik groeide op in Melksham, een klein stadje, ongeveer zeven of acht mijl van vliegveld Keevil. Ik wist niets van dat zweefvliegtuig totdat ik enige jaren geleden een artikel las in het ‘Melksham News’, een krant die ik regelmatig ontvang van vrienden uit Engeland. De in Nialls artikel genoemde politieman was een zekere Mr. Coleman. Na de oorlog had hij een kleine winkel, toevalligerwijs niet ver van de plaats waar de ‘Melksham glider’ was neergekomen. Ik weet niet of het toestel later is opgehaald. Wel herinner ik mij dat een boer gedurende een groot aantal jaren na de oorlog een vier of vijf meter lang deel van de romp van een Horsa gebruikte alskippenhok. Hel had een ingang zonder deur, en banken aan beide zijden van de romp. De perspex ramen waren nog intact. Deze romp stond in een deel van Melksham dat Lower Forest heet, waar ik toen woonde. Dit is dicht bij de plaats waar op 17 september 1944 de eerder genoemde Horsa neerkwam.’

Oproep
Al enige jaren ben ik bezig met het samenstellen van een lijst met namen van alle militairen van de 1st British Airbome Division die in september 1944 deelnamen aan de strijd bij Arnhem. Hieronder vallen ook de mannen van het Glider Pilot Regiment en de Polen.
Op het moment heb ik in totaal 11.000 namen en bijbehorende gegevens (rang, eenheid, etc.) verzameld. Graag zou ik willen weten of er leden zijn die belangstelling hebben voor deze lijst. Indien voldoende aanvragen binnenkomen, kan deze mogelijk worden gepubliceerd. Wanneer u geïnteresseerd bent in het namenoverzicht, stuurt u dan even een bericht naar Philip Reinders, Margrietstraat 4, 6991 XH Rheden, e-mail adres: abre.reinders@12move.nl. (Philip Reinders)

Informatie over foto gevraagd
Van ons lid Bert Hougardy ontvingen wij een foto die hij had gevonden op Internet.
Bij de afbeelding staat dat het gaat om mannen van het 2nd Parachute Battalion tijdens hun opmars door het dorp Heelsum. Omdat de betreffende website (21para.freeserve.co.uk/airborne.htm) niet meer toegankelijk bleek te zijn, kon geen verdere informatie over de foto worden verkregen. Daarom doen wij een beroep op onze lezers. Is deze foto, die wij hierbij afdrukken, werkelijk in Heelsum gemaakt op 17 september 1944? Indien dat zo is, waar is dan de exacte locatie? Wie is de fotograaf, en wie heeft de originele afdruk? Mensen die hierover inlichtingen kunnen verschaffen, wordt verzocht contact op te nemen met Geert Maassen, gemeentearchivaris van Renkum, Generaal Urquhartlaan 4, 6861 GG Oosterbeek, telefoon 026 3348303.

CDs over ‘Arnhem’ en ‘ Varsity’
Op initiatief van Lt.Col. D.A. Armitage, conservator van het Museum of Army Flying in Middle Wallop, is onlangs een groot aantal originele archiefstukken uit de collectie van het museum op CD-Rom gezet. Twee daarvan bevatten documenten over de Slag om Arnhem.
Op ‘Operation Market Garden, Arnhem, Volume I staan iets meer dan 550 bladzijden, waaronder Intelligence Reports, en Operational Instructions voor HQ 9th Troop Carrier Command, 52nd Troop Carrier Wing, Glider Pilots, 4″’ Parachute Brigade en lst Airlanding Brigade. Verder Operation Reports en War Diaries van lst Airborne Division, lst Airlanding Brigade, lst Parachute Brigade, 7 KOSB en het Recce Squadron. Ook is de Engelse vertaling van het rapport van de Duitse SS-Sturmbannführer S. Krafft in zijn geheel opgenomen.

Dankzij hel Internet kwam deze afbeelding tevoorschijn. Wie weel waar en wanneer de foto werd gemaakt?
(foto via Bert Hougardy)

Volume II bevat o.a. rapporten van de South Staffords, 9’h Field Company Royal Engineers en REME, en een aantal verslagen van militairen die na de slag wisten te ontsnappen. Een groot deel van de schijf is gevuld met grond- en luchtfoto’s, zonder onderschriften.
De CD over Operation Varsity is gebaseerd op het boek ‘Battlefield Tour Operation Varsity’, uitgegeven door de ‘British Army on the Rhine’ in 1947. Deze Battlefield Tours werden kort na de oorlog samengesteld voor officieren die de voormalige slagvelden gingen bezoeken. Ze zijn slechts in een zeer beperkte oplage gedrukt, en daardoor uiterst zeldzaam. De inhoud van het hele deel ‘Operation Varsity’, dat bestaat uit meer dan 100 bladzijden plus kaarten en foto’s, is op de CD-Rom gezet. Voor eenieder die zich interesseert in de Rhine Crossing operaties in maart 1945 is het een onmisbare bron van informatie. Een kleine kanttekening: op de CDs staat dat het copyright van de documenten en beelden berust bij het Museum of Army Flying. Een deel van de originele papieren en foto’s is echter oorspronkelijk afkomstig uit het Public Record Office en het Imperial War Museum. De drie CD-Roms werden in de serie ‘Archive Britain Campaign’ geproduceerd door Realvision Imaging Solutions Ltd, Suite 407 Victoria House, Somers Road North, Portsmouth, Hampshire, PO1 1PJ England. Telefoon (vanuit Engeland) 023 9275 6275. E-mail: request@archivebritain.com. De prijs per CD bedraagt£ 9.95. (Robert Voskuil)

Identificatie gesneuvelde Duitse militair
Door zijn onderzoek naar Duitse militairen die in Oosterbeek en omgeving zijn gesneuveld, is ons lid Hans Timmerman erin geslaagd een belangrijke bijdrage te leveren aan de positieve identificatie van een soldaat. De man in kwestie stond tot voor kort als vermist geregistreerd, maar bleek onder een afwijkende naam op de Duitse Militaire Begraafplaats te Ysselsteyn (Limburg) te liggen. Het gaat hierbij om Bootsmann Alfred Steckhan, die, ingedeeld bij het Marine Auffanglager Zwolle, op 20 september 1944 om het leven kwam. Dit Auffanglager werd kort na de geallieerde landingen in Normandië in juni 1944 opgericht om terugtrekkende marine- troepen uit Frankrijk en België op te vangen. Na het begin van Operatie Market Garden werd in het Auffanglager een gevechtseenheid onder de naam Marine Schützen Bataillon 250 gevormd. Dit onderdeel, ook wel Kampfgruppe 642 genoemd, werd vanaf 19 september 1944 in Oosterbeek en omgeving tegen de Britse luchtlandingstroepen ingezet. Waarschijnlijk was Alfred Steckhan bij deze eenheid ingedeeld. Na de gevechten keerde het bataljon naar Zwolle terug om als mogelijke personeelsreserve te dienen. In 1945, na de bevrijding, trof men Alfreds veldgraf langs de Valkenburglaan in Oosterbeek aan, maar hij werd geregistreerd onder de achternaam Sterkhan. Zijn stoffelijke overschot werd overgebracht naar de Duitse militaire begraafplaats ‘Ehrenfriedhof Zypendaal’ in Arnhem. Ondanks een brief die zijn vrouw in 1947 aan de gemeente Arnhem stuurde in de hoop de laatste rustplaats van haar man te vinden, slaagde men er destijds blijkbaar niet in de combinatie te leggen tussen de naam van de vermiste, en de ‘Alfred Sterkhan’ die op de lijst stond van opgegraven Duitse militairen in de gemeente Renkum. In 1948 werd ‘Sterkhan’ overgebracht naar de Duitse Militaire Begraafplaats in Ysselsteyn, waar men begin jaren ’60 alsnog geprobeerd heeft zijn ware identiteit vast te stellen. Men twijfelde dus zelf blijkbaar aan de juistheid van de naam. Aangezien dat ook toen niet lukte, lag hij tot voor kort enkel onder de naam Alfred Sterkhan zonder verdere persoonsgegevens begraven. Doordat Hans Timmerman in 1999 de bovengenoemde brief in het gemeentearchief in Arnhem aantrof, kon 52 jaar na dato de desbetreffende informatie toch nog worden gecombineerd met de onjuiste naam op de lijst van de gemeente Renkum. Een goede samenwerking tussen verschillende Duitse instanties had de positieve identificatie tot gevolg, en men is er ook in geslaagd de dochter van Alfred Steckhan op te sporen. Alfreds graf is te vinden op de begraafplaats te Ysselsteyn in blok BM, rij 12, grafnummer 283. In de loop van dit jaar wordt zijn grafsteen voorzien van de juiste gegevens. (Hans Timmerman/Geert Maassen)

Boolsniaini Alfred Steckhan.
(foto via mw. Annelicse Bauer)

Heinz Harmel overleden
Wij ontvingen het bericht dat op 2 september jl. Op 94-jarige leeftijd in Duitsland is overleden Heinz Harmel. SS-Brigadefuhrer und Generalmajor der Waffen-SS. Harmel was tijdens de Slag om Arnhem commandant van de 10.SS-Panzerdivision ‘Frundsberg’. Deze tank divisie opereerde in september 1944 hoofdzakelijk bij de Rijnbrug in de Gelderse hoofdstad, en in de Betuwe, waar ze de doorbraak van het 30e Britse Legerkorps naar Arnhem trachtte te verhinderen. Harmel was onder meer Trager des Eichenlaubes mit Schwertern zum Ritterkreuz des eisernen Kreuzes. Met zijn verscheiden is de laatste generaal van de Slag om Arnhem gestorven.

For No Apparent Reason’
Het boek for no apparent reason, The Shooting of Captain Brian Brownscombe GM, R.A.M.C.’ zou nooit geschreven zijn als ons lid Bob Gerritsen geen nieuwsgierig mens was geweest. Na de lezing van de publicaties ‘Verscheurde Horizon’ van Chris van Roekel en ‘Red Berets and Red Crosses’ van Niall Cherry, bleef hij zitten met de vraag onder welke omstandigheden Captain Brownscombe om het leven was gebracht. Nauwgezet onderzoek leverde een boek op over een klein feil in de grote Slag om Arnhem, maar wel met een van de weinige oorlogsmisdaden die tijdens de septemberdagen van 1944 zijn gepleegd.
Bobs boek heb ik met interesse en bewondering gelezen. Het vertelt in korte hoofdstukken de levensgeschiedenis van Brownscombe. Zijn medische studie en zijn toetreden tot het Royal Army Medical Corps leiden er toe dat we Brownscombe eerst met het 2nd Battalion The South Slaffordshire Regiment in Sicilië, en later als Regimental Medical Officer in Arnhem terugzien. Hij wordt krijgsgevangen gemaakt, en in het Gemeenteziekenhuis in Arnhem te werk gesteld voor de behandeling van Duitse en Britse gewonden.
Bij de ingang van het ziekenhuis pratend met een Deense Waffen-SSer, wordt hij door een SS-sergeant doodgeschoten. De beide Duitsers behoren tot een peloton van de SS-Kriegsberichter-Abteilung 5, de eenheid die mogelijk de propaganda met een luidsprekerwagen verzorgde in de omgeving van Hotel Hartenstein. Het boek gaat in op de levensgeschiedenis van de Deen Helwig-Larsen en van moordenaar Lerche, en eindigt – via een aantal getuigenissen van Britse officieren met het strafproces tegen de laatstgenoemde. Waarom Lerche Brownscombe doodschoot, wordt ook in het proces niet helemaal duidelijk. Was hij alleen maar dronken, kreeg hij een opdracht, of dacht hij dat Brownscombe een vluchtpoging ondernam?
Ondanks helaas enkele oneffenheidjes in de tekst, is het toch een zeer leesbaar en aan te raden boek. Het telt 32 bladzijden, is uitgegeven door ons lid Robert Sigmond, en kost ƒ 15,-. De publicatie is verkrijgbaar bij het Airborne Museum en de lokale boekhandel. (Okko Luursema)

De schrijver van het boekje ‘For No Apparent Reason’, ons lid Bob Gerritsen, bij het graf van dokter Brownscombe op het Airborne Kerkhof in Oosterbeek. (foto: Robert Sigmond)

‘Tugs and gliders to Arnhem’
Het boek ‘Tugs and gliders to Arnhem’, geschreven en in eigen beheer uitgegeven door ons lid Arie-Jan van Hees, heeft als ondertitel: ‘A detailed survey of the British glider towing operations during operation Market Garden 17, 18 and 19 September 1944′. Hiermee wordt direct de opzet van de publicatie aangegeven: een naslagwerk voor eenieder die geïnteresseerd is in _de rol die zweefvliegtuigen gespeeld hebben bij de landingen rond Arnhem, en bij het Britse deel van de acties bij Groesbeek. No. 38 en No. 46 Group RAF trokken deze gliders.
Uitgesplitst per Group en per vliegveld worden per dag de vluchten beschreven. Het boek geeft tevens uitgebreide informatie over de zweefvliegtuigen die Arnhem niet bereikten, en ergens onderweg een noodlanding moesten maken of verongelukten. Geen droge opsomming, maar gegevens, aangevuld met verslagen van ooggetuigen. Waar mogelijk worden de namen van de piloten vermeld. In het laatste hoofdstuk (19) worden de verschillende ladingen beschreven, verduidelijkt met foto’s. Zo krijgt men een idee hoe een en ander vervoerd werd. Tevens is een overzicht opgenomen van het materiaal dat uiteindelijk in Arnhem aangekomen is.
Hoewel het boek niet bedoeld is om de verdere lotgevallen na de landing van bemanning en lading te beschrijven, wordt dat speciaal bij de minder bekende eenheden, zoals de US Air Support Signal Teams en de RAF Light Warning Units, wel gedaan. De lezer die wat meer in deze materie thuis is, zal verschillende verhalen herkennen omdat ze deels eerder gepubliceerd zijn of uit bekende documenten komen, maar voor het geheel van het boek is dat geen bezwaar. De veelheid van informatie is zo groot dat moeilijk te controleren is of alle gegevens juist zijn. Bij een werk van deze omvang zal het onvermijdelijk zijn dat er hier en daar iets doorslipt. Zo wordt de rang van de Nederlandse sergeant commando Luitwieler op pagina 212 als luitenant gegeven. Het boek is goed geïllustreerd met veel, deels onbekende, foto’s. De bronvermelding bij die afbeeldingen is helaas wat rommelig. Zo zijn veel foto’s die onmiskenbaar afkomstig zijn uit de collectie van het Imperial War Museum, of tenminste ‘Crown Copyright’ zijn, vermeld als afkomstig uit andere archieven of van particulieren. Bij de 1WM foto’s was het juister geweest als ook het archiefnummer vermeld was, zoals het museum vraagt als het toestemming tot publicatie geeft.
Een misser is het dat het boek, dat pretendeert een naslagwerk te zijn, geen index heeft. Overigens is het wel de bedoeling dat deze alsnog los wordt uitgegeven. Dat de uitgave in het Engels geschreven is, zal voor de meeste Nederlanders geen bezwaar zijn.
Al met al is het boek een ‘must’ voor alle geïnteresseerden in de Slag om Arnhem. Een werkstuk waar de auteur trots op kan zijn, en dat voor de koper een aanwinst is voor zijn Arnhem bibliotheek. ‘Tugs and gliders to Arnhem’ telt 288 bladzijden, en is geïllustreerd met veel foto’s en kaarten. Het kan worden besteld bij de schrijver, door overmaking van ƒ 79,95 (ƒ 69,95 plus ƒ 10,- voor porto- en verpakkings- kosten) op gironummer 4594667 t.n.v. AJ. van Hees, Courtpendu 7, 6245 PE Eijsden. Het boek heeft geen ISBN nummer. (Wybo Boersma)

‘From Pacifist to Glider Pilot’
Onder de intrigerende titel ‘From Pacifist to Glider Pilot’ verscheen een boek dat werd geschreven door Alec Waldron. De auteur, die in 1920 werd geboren, beschrijft hierin de eerste 26 jaar van zijn leven, met de nadruk op de periode 1937 tot 1946.
Alec Waldron groeit op in een zeer godsdienstige gemeenschap met strenge regels. Een daarvan is een verbod om in militaire dienst te gaan. Na een moeizaam proces maakt hij zich definitief los uit dit dogmatische, religieuze milieu, wanneer hij in november 1940 dienst neemt bij het Royal Corps of Signals. In januari 1942 gaat hij over naar het Glider Pilot Regiment. Na zijn training op Horsa gliders succesvol te hebben volbracht, wordt hij ingedeeld bij de Sectie Inlichtingen van het hoofdkwartier van No. 1 Battalion, The Glider Pilot Regiment. Hij neemt in juli 1943 deel aan de landing op Sicilië, waar hij met zijn zweefvliegtuig in zee terechtkomt. In januari 1944 keert hij terug naar Engeland. No. 1 Battalion GPR is dan inmiddels omgevormd in No. 2 Wing GPR.
Op 17 september 1944 landt Waldron met zijn Horsa op de bouwlanden bij Wolfheze, en de volgende dagen neemt hij deel aan de gevechten in Oosterbeek. Hij opereert vanuit het hoofdkwartier van No. 2 Wing, dat is gevestigd in een huis aan de Hartensteinlaan. Aan het eind van de strijd weet hij met het restant van de divisie over de Rijn te ontsnappen. Na de Slag om Arnhem blijft hij bij het Glider Pilot Regiment, tot zijn demobilisatie in 1946.
De hoofdstukken over Sicilië en Arnhem vormen eigenlijk maar een bescheiden deel van het boek. Veel meer aandacht wordt besteed aan de opleidingen, de vliegtrainingen, en aan het leven in het regiment; dit alles vlot en met humor beschreven.
Er zijn niet zoveel persoonlijke verhalen van zweefvliegtuigpiloten gepubliceerd, en mede daarom is de uitgave een aanwinst voor de lijst met publicaties over de Britse luchtlandingstroepen tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Het boek telt 194 bladzijden, en is geïllustreerd met tientallen foto’s, waaronder drie grote, uitvouwbare, achterin. Een daarvan toont een prachtig mozaïek van Amerikaanse luchtfoto’s, genomen op 18 september 1944, met daarop de honderden op de landingszones ‘S’ en ‘Z’ neergekomen gliders. ‘From Pacifist to Glider Pilot’ (ISBN 1-873203-53-5) verscheen bij Woodfield Publishing, Bognor Regis, West Sussex, England, en kost £ 9.95. (Robert Voskuil)

‘Arnhem, The Fight To Sustain’
Bij de beschrijvingen van de Slag om Arnhem gaat de meeste aandacht uit naar de gevechtseenheden. Zoals alle strijdmachten beschikte ook de Britse Airborne Divisie over een aantal onderdelen die dergelijke troepen in staat stelden het gevecht te voeren. Van veel van deze eenheden is de geschiedenis bij Arnhem reeds beschreven. Zo kennen we onder andere de verbindingstroepen uit ‘Echo’s from Arnhem’ door Lewis Golden, de geneeskundige onderdelen uit ‘Red Berets and Red Crosses’ van de hand van Niall Cherry, de technische eenheden uit ‘With Spanners Descending’ door Joe Roberts, en de militaire politie uit ‘The Pegasus Patrol’ (auteurs J. Turnbull en J. Hamblet). Over andere, vooral kleine onderdelen, was tot voor kort nog weinig bekend.
Met het boek ‘Arnhem, The Fight To Sustain’ door Brigadier Frank Steer, dat in september jl. is uitgekomen, wordt de geschiedenis van de ondersteuningseenheden, die tegenwoordig in het Royal Logistic Corps bijeengebracht zijn, uitvoerig beschreven. Het gaat hierbij om het toenmalige Royal Army Service Corps, het Royal Army Ordnance Corps, het Army Catering Corps, het Pioneer Corps, en de Royal Postal Section. Door deze onderdelen zijn na de slag zelden verslagen gemaakt. De beschikbare gegevens zijn incompleet. Zelfs is niet precies bekend welke militairen bij Arnhem zijn geweest. Met als bronnen de in Engeland en Nederland aanwezige, beperkte hoeveelheid gegevens en interviews van veteranen, heeft Frank Steer uiteindelijk een goed samenhangend boek geschreven; voorwaar geen sinecure.
Zeer systematisch worden eerst de opbouw en de taak van deze eenheden binnen de organisatie van de Airborne Divisie beschreven. Daarna volgen de planning, de overtocht, de landing, en de strijd; per eenheid. Dit geplaatst in het kader van het totale verloop van de slag. Doordat de operatie uiteindelijk niet volgens plan verliep, kwam van de eigenlijke taak van de logistieke eenheden niet zoveel terecht. Verschillende militairen van deze onderdelen kregen soms een heel andere opdracht. Uiteindelijk werden de meeste ingezet als infanterist, maar ook dat maakte deel uit van hun opleiding. Frank Sfeer toont aan dat et concept van de logistieke organisatie voor een luchtlandingsdivisie wel goed was, en als zodanig nog steeds gevolgd wordt.
Het aandeel van het ‘Seaborne’ deel van de divisie, dat Arnhem – over de grond – nooit heeft bereikt, blijft m dit boek niet onvermeld. Ook beschrijft de auteur de Airborne Forward Delivery Airfield Group (Al-DAG), die op 26 september 1944 bij Grave landde. Het geheel wordt afgewisseld met korte ooggetuigenverslagen, een afwisseling die de leesbaarheid ten goede komt. Een droge opsomming van onderdelen en feiten wordt zo vermeden.
Op verschillend plaatsen vermeldt de auteur waar het niet mogelijk was alle gegevens boven water te krijgen. Met voetnoten aan het einde van elk hoofdstuk worden de bronnen vermeld of wordt aangegeven dat afwijkende gegevens bestaan.
Van de ondersteuningseenheden zijn weinig foto’s tijdens de slag bekend. Maar de auteur heeft dit ondervangen door de plaatsing van veel niet eerder gepubliceerde beelden van de voorbereidingen in Engeland, en van veel portretfoto’s van militairen. Wel is het jammer dat de vormgever het merendeel van deze afbeeldingen op de rand van de pagina’s heeft geplaatst, waardoor vooral de foto’s aan de binnenkant van de bladzijden de lezer noodzaken het boek erg ver open te vouwen.
Helaas blijkt ook hier weer dat het vermelden van de juiste Nederlandse namen voor Britse schrijvers soms moeilijk is. Wat bijvoorbeeld te denken van een ‘resupply dropping’ aan de ‘Van Lehnehopweg’? Bij de beschrijving van het Air Despatch monument, niet in Arnhem zoals vermeld maar in Oosterbeek, wordt wel het 47 Air Despatch Squadron, The Royal Logistic Corps genoemd, die het in Engeland gemaakte monument in Oosterbeek opgebouwd zou hebben. Maar de leden van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum die belangeloos hel meeste werk gedaan hebben, blijven onvermeld.
Dit zijn echter kleine onvolkomenheden, en het boek is door mij dan ook in één adem uitgelezen. Een ‘must’ voor iedereen die de Slag om Arnhem serieus bestudeert! Ondanks de forse prijs van £ 25 (= ƒ 90,-) zal het zijn weg zeker vinden onder de leden van onze vereniging.
Overigens heeft de auteur besloten dat alle winst die op het boek wordt gemaakt, naar het RLC Benevolent Fund en het Airborne Museum gaat.
‘Arnhem, The Fight To Sustain – The Untold Story of the Airborne Logisticians’, door Frank Steer, uitgegeven door Leo Cooper, onderdeel van Pen & Sword Books Ltd, Barnsley, South Yorkshire, Great Britain, September 2000, ISBN 0 85052 770 8, 176 pagina’s, geïllustreerd. Engelse tekst. In Nederland is het te koop in het Airborne Museum ‘Hartenstein’. Het boek is in Engeland verkrijgbaar bij de Corps Adjudant RLC, RHQ The RLC, Dettingen House, Deepcut, Camberley Surrey, telefoon 01252 340864. Het is ook te bestellen bij Amazon, via het Internet, hetgeen misschien gemakkelijker is voor mensen die niet in het Verenigd Koninkrijk of Nederland wonen. (Wybo Boersma).

Militairen van hel Royal Army Service Corps laden een mand mei voorraden in een Dakota. Op de voorgrond zijn op de vloer de rollerbanen zichtbaar waarover de manden konden worden geschoven. Dit vergemakkelijkte en versnelde het laden en het uitworpen door de Air Despatchers. De foto staat ook in Frank Stoers boek ‘Arnhem, The Fight To Sustain’. (Courtesey Imperial War Museum, Londen; CH 12945)

Engelse editie van ‘Over & Over’
Van hel boekje ‘Over & Over – Ooggetuigenverslagen van de Slag om Arnhem’, dat werd samengesteld door Peter-Alexander van Teeseling uit Oosterbeek, en waarvan wij in een vorige Nieuwsbrief melding maakten, is nu een Engelse uitgave verschenen. Deze is getiteld ‘Over & Over – Eyewitness Accounts of The Battje of Arnhem’. De vertaling, die 96 pagina’s telt en is geïllustreerd met 120 foto’s, werd verzorgd door Kilty Brongers. Tevens is een gewijzigde herdruk van de Nederlandse uitgave verschenen. ‘Over & Over’ werd uitgegeven bij ‘Kontrast’ in Oosterbeek. De prijs bedraagt ƒ 25,-.

‘Blik Omhoog 1940-1945’ is af
Over het vierde en laatste boek in de serie ‘Blik Omhoog 1940-1945’ (ondertitel ‘Wolfheze en de Zuid- Veluwe in oorlogstijd’) berichtten wij kort in de Nieuwsbrief van oktober 1999, maar omdat het de afsluiting van een memorabele reeks betrof, komen we er hieronder uitgebreider op terug. Met de in deze Band S opgenomen index van zo’n 3100 persoonsnamen en ruim 900 plaatsnamen is het karakter van de boekenreeks wel aangetoond: namen noemen bij gedetailleerd beschreven oorlogsepisodes. Het is de streek tussen Arnhem en Wageningen/Ede die zo ruimschoots de aandacht krijgt; bezien vanuit het middenpunt van het gebied, Wolfheze, het geboortedorp van de auteur, ons lid Cor Janse. Naast registers geeft deze publikatie aanvullingen en toelichtingen op de eerder verschenen delen. Want hoewel deze keer ‘slechts’ 144 pagina’s tellend, bevat dit boek toch veel interessante onderwerpen. De achtergronden van de 48 bevrijden uit het Arnhemse Huis van Bewaring (na een overval door de KnokPloegen op 11 juni 1944) zijn stuk voor stuk achterhaald en beschreven in 25 pagina’s. Vijftien bladzijden zijn gevuld met de luchtoorlog, V-wapens en oorlogsslachtoffers in de streek. Het supplement- gedeelte (40 pagina’s) omvat naast aanvullende informatie over alle boekdelen, hoofdstukken met nieuwe feiten: over de razzia op de Buunderkamp, een vervolg op het hoofdstuk ‘Joodse Lotgevallen’, de in de omgeving verblijvende ‘Mata Hari’ Bintje Vos, de geschiedenis van ’t Wijde Veld op de Ginkel, en over de Nederlandse SS-ers tijdens de Slag om Arnhem.
Het boek is verkrijgbaar bij de regionale boekhandelaren van de Zuidveluwezoom, en in het Airborne Museum. Het kost ƒ 25,-.
Ruim tien jaar is de auteur bezig geweest historisch materiaal te verzamelen over het verloop van de oorlogsperiode 1940-1945 in de gemeente Renkum, met name in Wolfheze en omgeving. Hij zocht en vond honderden (voormalige) bewoners en andere betrokkenen, die hij interviewde of met wie hij correspondeerde, en hij raadpleegde archieven, bibliotheken en documentatiecollecties in binnen- en buitenland. De auteur bouwde aldus zo’n schat aan gegevens op die het waard zijn te worden vastgelegd, dat het noodzakelijk is gebleken de beoogde publikatie in vier banden uit te geven. Het werden uiteindelijk 1388 geïllustreerde pagina’s in een degelijke uitgave op het formaat 19,5 x 26,5 cm. Band I van het boek werd vijf jaar geleden gepresenteerd. Het behandelt de periode van 1939 tot 17 september 1944. De publikatie is niet meer op voorraad bij de uitgever en is nog slechts hier en daar verkrijgbaar. De tweede loot aan de Blik-Omhoog- stam, over de Slag om Arnhem, zag in 1997 het levenslicht. Boek III verscheen vorig jaar, en dit deel bevat uitsluitend teksten en illustraties die betrekking hebben op de periode na de Slag om Arnhem. Het werkstuk behandelt onder andere uitgebreid de evacuatie van de bevolking, de Rotterdamse schanswerkers, de bevrijding, de terugkeer, de vergelding, en de wederopbouw. Deze beide publikaties zijn nog gewoon in de handel.
Heet van de naald kunnen we u melden dat besloten is dat Boek I wordt herdrukt. Er is gelukkig nog steeds vraag naar, en door de nieuwe oplaag blijft de serie voorlopig als geheel verkrijgbaar. Naar verwachting is deze band op het moment dat u dit leest weer te koop in de regionale boekhandel en bij het Airborne Museum ‘Hartenstein’. Nadere informatie over de serie ‘Blik Omhoog’ is verkrijgbaar bij de auteur, tevens uitgever: Cor Janse te Rheden (026 4951033). (Geert Maassen)

‘Overal waar het lot en de roem ons brengen’
‘Quo fas et gloria ducunt’ is het motto in het wapen van de Royal Artillery, dat gedurende het afgelopen verenigingsjaar de enveloppen sierde waarin onze nieuwsbrieven werden verstuurd. De envelop waarin dit nummer bij u in de bus viel, is de laatste met dit wapen. Volgend jaar zal het embleem van de Royal Engineers worden gebruikt, omdat die dan 150 jaar bestaan. Op verzoek van leden die de enveloppen bewaren en die zo langzamerhand een aardige collectie regimentswapens hebben opgebouwd, zullen we vanaf nu wat informatie over de betreffende eenheden geven. Het ‘Royal Regiment of Artillery’, zoals het officieel heet, is een van de oudste Britse regimenten. Ofschoon toen nog niet ‘Royal’, was tijdens de regering van Hendrik VIII (1509-1547) al sprake van een artillerie-eenheid van 13 man, die was gelegerd in de Tower van Londen. Gedurende de binnenlandse oorlogen tussen de aanhangers van de Stuarts en van Hannover, met als inzet de Britse Kroon, bleek het nodig deze kleine eenheid uit te breiden tot de sterkte van twee compagnieën. De naam ‘Royal Artillery’ dateert uit 1722.
Toen de strijd om de macht in Europa ontbrandde in een reeks van oorlogen, waarvan de negenjarige (1739-1748) en de zevenjarige (1756-1763) het meest bekend werden, en de overzeese gebieden (het latere Gemenebest) werden bevochten op de Fransen en de Spanjaarden, speelden de artillerie-eenheden een grote rol. Bij het beleg van San Sebaslian in 1813 tijdens de oorlog met Frankrijk was voor het eerst sprake van tactische artillerie-ondersleuning voor infanterie- onderdelen. Deze tactieken werden verder ontwikkeld gedurende de Krim Oorlog, en de inzet van de Royal Artillery werd hier gewaardeerd met maar liefst negen Victoria Kruizen.
Gedurende de Boerenoorlog in Zuid-Afrika nam de belangrijkheid van artillerie-eenheden nog verder toe. Maar het was vooral gedurende de Eerste Wereldoorlog dat zowel de vuurkracht als de mobiliteit zich enorm ontwikkelde, en dat de samenwerking tussen de artillerie en de infanterie een hoogtepunt bereikte.
In de Tweede Wereldoorlog werden de trekpaarden vervangen door motortractie, en namen zowel de vuurkracht als de nauwkeurigheid toe. Dit laatste ook door het gebruik van radar en door de artillerie- observatie met vliegtuigen. Op een zeker moment kon gezegd worden dat ongeveer 40% van het Britse leger uit ‘gunners’ bestond. Er was geen oorlogsgebied waar de Royal Artillery niet werd ingezet, en het opschrift ‘Ubique’ (‘overal’, ‘waar dan ook’) siert met recht het wapen. Hare Majesteit Koningin Elizabeth II is ‘Colonel in Chief’ van de eenheid. (Chris van Roekel)

Download

Vrienden van het AIRBORNE museum
Utrechtseweg 232
6862 AZ Oosterbeek
Tel. museum (026) 333 77 10
Tel. penningm. (026) 333 64 76
ISSN 1383-3413
Nieuwsbrief No. 81, februari 2001

Redactie:
Drs. R.P.G.A. Voskuil
C. van Roekel
G.H. Maassen jr. (026) 334 01 42

Twintig jaar Vrienden
Twintig jaar Vrienden van het Airborne Museum! Dat betekent tweehonderd bestuursvergaderingen, tachtig Nieuwsbrieven, vijftig lezingen en excursies, vijf-tigduizend scholenprojecten en meer dan driehon-derdduizend gulden (fl. 300.000,—!!) voor ons museum. Dat is niet mis! Oplettende lezers vertalen al deze inspanning naar uren arbeid. Hoeveel belangeloze uren zitten hierin? Hoeveel woorden en besluiten werden hiervoor geuit en genomen? Ik moet u het antwoord schuldig blijven, maar ik ben er zeker van dat de schrik u en mij om het hart zou slaan als we het voorgerekend zouden krijgen.
Om kort te gaan, veel bestuursleden hebben samen met enthousiaste leden hard gewerkt om onze Vereniging in stand te houden en uit te breiden, en u het gevoel te geven lid te zijn van een fijne organisatie, die in samenwerking met het museum de herinnering aan de Slag om Arnhem levend wil houden. Een club met 1400 leden in binnen- en buitenland bezorgt ons veel werk, en elke dag van het jaar ben ik er trots op dat zoveel mensen ons hierin met positieve raad en daad terzijde staan. Bijna alle bestuursleden hebben een volle baan, en doen het werk voor de vereniging er in hun vrije tijd bij. Daardoor loopt een enkele keer wel eens wat mis, wanneer bepaalde werkzaamheden veel meer tijd blij-ken te kosten dan verwacht. Maar gelukkig kan meestal wel op een oplossing worden gevonden. In al die jaren heb ik bijvoorbeeld slechts één keer gehoord dat twee leden een vertraging van de Nieuwsbrief met “schandalig” betitelden. Gezien al het werk dat voor deze uitgave moet worden verzet, vond ik deze uitspraak zeer ongepast!
Het nieuwe jaar belooft weer interessant en spannend te worden. De tweede Market-Garden excursie, met als onderwerp de sector Grave-Driel, is in voorbereiding. Deze tocht wordt het vervolg op de battlefield tour Neerpelt-Grave van vorig jaar. Mede in verband hiermee brengen wij als sluitstuk van onze jaarvergadering op 7 april a.s. een bezoek aan het pas heropende Bevrijdingsmuseum. Evenals vorig jaar zal voorafgaand aan de bustocht naar Groesbeek worden geluncht in het Zalencentrum Lebret.
Dit jaar zullen de voorbereidingen en verkenningen plaatsvinden voor een mogelijke meerdaagse excursie naar het Ardennengebied in 2002. Uiteraard houden we u op de hoogte.
Een aantal van u zal kennis hebben genomen van de discussie die is ontstaan tussen de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum en de Stichting Airborne Museum over een te bouwen lift voor gehandicapten. Hiervoor is de Stichting Airlift opgericht, die bestaat uit vertegenwoordigers van de Stichting Airborne Museum en de Stichting Gehandicapten Overleg Renkum. Onze vereniging kan zich uiteraard geheel vinden in dit initiatief om het gebouw beter toegankelijk te maken. Niet alleen voor rolstoelgebruikers en zij die moeilijk ter been zijn, maar ook voor visueel en auditief gehandicapten. Echter, een verschil van mening is ontstaan over de wijze waarop die lift zou kunnen worden gerealiseerd. Moet deze inpandig worden gebouwd of dient er een glazen lifttoren aan de buitenzijde te komen? De voorkeur van uw bestuur gaat uit naar een inpandige oplossing, als dit bouwkundig tot de mogelijkheden behoort. Wij vinden namelijk dat geprobeerd moet worden te voorkomen dat het historische gebouw Hartenstein (een Rijksmonument) uiterlijk wordt aangetast. De Stichting Airborne Museum en de Stichting Airlift kiezen voor de externe oplossing. Voor alle duidelijkheid moet worden opgemerkt dat de Stichting Airborne Museum, als van rechtswege eerst verantwoordelijke voor het museum, besloten heeft dat het bouwplan voor een buitenlift in procedure gebracht moet worden. Ondanks dat, is de soms pittige maar zeker constructieve discussie tussen de Vrienden en de Stichting Airborne Museum op dit moment nog in volle gang. Wij zullen u tijdens de komende jaarvergadering op de hoogte brengen van de laatste ontwikkelingen.
Sinds kort is het voor scholen mogelijk ons volledige scholenproject vanaf de website van het museum te ‘downloaden’, een gegeven waarop we met recht trots kunnen zijn. Dankzij de enthousiaste inzet van onze Britse vertegenwoordiger, Niall Cherry, zal een groep Britse leden op 22, 23 en 24 juni a.s. een battlefield tour maken in onze streek.
Alle andere evenementen vindt u samengevat op een bijlage van deze nieuwsbrief. Het wordt weer een druk jaar, waarvan ik hoop dat we er in 2002 met tevredenheid op terug zullen zien.
(C. van Roekel)

Het uniform van de Nederlandse commando Tom Italiaander, dat onlangs door zijn weduwe werd geschonken aan het Airborne Museum. Korporaal Italiaander nam in september 1944 deel aan de Slag om Arnhem. Zie ook Ministory No.68, bij Nieuwsbrief No. 80. (foto: Berry de Reus)

Excuses
Van de vorige Nieuwsbrief was de onderzijde van de pagina’s niet afgesneden. Daardoor was u genoodzaakt om deze los te snijden voordat u kennis kon nemen van de inhoud. De drukker heeft inmiddels per brief zijn excuses aangeboden, en beterschap beloofd.

Eigen ruimte voor de Vrienden
Conservator Berry de Reus bewoonde tot medio vorig jaar de zolderetage van het Airborne Museum. In de nu vrijgekomen ruimte is door de Stichting Airborne Museum een kamer + bergplaats beschikbaar gesteld aan de Vrienden. We beschikken binnenkort over een grote vergaderruimte, en kunnen onze papieren en voorraden op een goede manier opbergen en indien gewenst tijdelijk ter tafel houden, zonder dat we bang hoeven te zijn dat het publiek ermee aan de haal gaat. De verhuizing en reorganisatie van de inventaris zullen enige tijd in beslag nemen. In verband hiermee is het tot eind april niet mogelijk om oude Nieuwsbrieven te bestellen. Daarna hopen wij u nog beter dan voorheen van dienst te kunnen zijn. (C. van Roekel)

Airborne Museum krijgt certificaat
Het Airborne Museum is op 11 november jl. samen met veertien andere Gelderse musea opgenomen in
het Nederlands Museum Register. Het museum ontving dit ‘keurmerk’ tijdens de jaarlijkse contactdag van het Gelders Oudheidkundig Contact in het Openluchtmuseum in Arnhem. Het certificaat wordt uitgereikt aan alle Nederlandse musea die aan bepaalde kwaliteitseisen voldoen. Voor zover bekend is ‘Hartenstein’ het eerste militaire museum dat het keurmerk heeft gekregen. De eisen hiervoor zijn o.a. dat al het materiaal goed beheerd wordt, en dat de collectie geregistreerd staat. Er worden kwaliteitseisen gesteld aan het personeel, dat goed opgeleid moet zijn, en dat geldt ook voor de vrijwilligers. Het doel van het keurmerk is de verdere kwaliteitsverbetering van de musea in Nederland te bevorderen.

Expositie 2001
Dit jaar zal de expositie in het Airborne Museum tot onderwerp hebben: ‘Airborne-genie tijdens de Slag om Arnhem’. De voorbereidingen zijn reeds in volle gang. Het is niet eenvoudig om het onderwerp te behandelen omdat de genie-eenheden tijdens in september 1944 nogal versnipperd waren, en vaak niet toe zijn gekomen aan hun eigelijke taak. Ook zijn weinig foto’s en voorwerpen voorhanden. Toch verwachten we dat het een interessante tentoonstelling zal worden. (W. Boersma)

Nieuwe medaillevitrine
Op 15 september van het vorige jaar werd door Captain (Retd.) Z.R. Gasowski, President of the Polish Airborne Forces Association, een nieuwe vitrine onthuld voor de medailles van veteranen die deelgenomen hebben aan de Slag om Arnhem. Een tweede vitrine was hard nodig omdat het aantal medailles dat aan het Airborne Museum wordt gegeven nog steeds toeneemt. In het jaar 2000 werden medaillesets van de volgende veteranen geschonken: Colour Sergeant P. Banks, 10″‘ Battalion, The Parachute Regiment; Lieutenant Colonel K.B.I. Smyth OBE, Commandant 10″‘ Battalion, The Parachute Regiment; Strzelec (Private) T. Sosków, 3rd Battalion, lsl Polish Parachute Brigade Group; Sergeant H.W. Walker, Royal Army Ordnance Corps; Lance Corporal G. Ward, 3rd Battalion, The Parachute Regiment.

Aanwinsten
Onlangs kreeg ons museum een exemplaar van het bekende Duitse propaganda-tijdschrift ‘Signaal’. In dit nummer uit 1944 (no. 19) staat een verslag over de Slag om Arnhem. Het is echter niet een gewone uitgave van dit tijdschrift, maar een verkleinde versie in het Engels. Deze exemplaren werden met V-ls naar Engeland afgeschoten. Exemplaren van deze Signaals zijn zeer zeldzaam.
Aan het eind van de oorlog bestond ook een ander Duits vlugschrift, ‘The Other Side’ geheten. Dit blad werd eveneens met een V-l verschoten. Ook hiervan kreeg het museum enige tijd geleden een nummer in bezit. (W. Boersma)

BBC documentaire over ‘Market Garden’
In de Nieuwsbrief van oktober vorig jaar werd melding gemaakt van de opnamen voor een televisie-documentaire over operatie Market Garden. Het museum heeft hieraan vier dagen van zeven uur in de ochtend tot negen uur ’s avonds meegewerkt. Het eindresultaat zal in mei a.s. op de BBC worden uitge-zonden als een deel uit een serie van vier.
De commentator, Dr. Richard Holmes, heeft tegenover de producenten/regisseurs David Wilson en Julian Hudson verklaard dat de Arnhem-aflevering de beste is die hij ooit gemaakt heeft. Voor deze serie trad hij op in ‘War Walks’, die op de BBC en de Belgische televisie werd uitgezonden.
De aflevering over ‘Arnhem’ is bijzonder omdat o.a. voor het eerst gefilmd is op de zolder van Zwarteweg 14 in Arnhem, waar generaal Urquhart, kapitein Taylor en luitenant Cleminson van maandagmiddag 18 tot dinsdagmorgen 19 september opgesloten zaten. Er zijn verder interviews te zien met majoor Tony Hibbert, Moffat Burris (die deelnam aan de Waaloversteek) en bovengenoemde Sir James Cleminson.
Na de uitzending op de BBC krijgt het museum een tape, die eventueel vertoond kan worden op een middag van de Vrienden. De film duurt veertig minuten. Het is niet bekend of alle opnamen die gebruikt worden in de film, authentiek zijn. Medegedeeld is dat zgn. re-enactment scènes zijn verwerkt. Raadpleeg uw televisiegids. (A. Groeneweg)

Nieuws van onze Engelse vertegenwoordiger
Een van onze leden in Groot-Brittannië, Mr. Gary Jucha, wiens vader in 1944 bij Driel vocht in de 4e Compagnie van het 2e Bataljon van de Poolse Parachutisten Brigade, is de coördinator van een kleine groep familieleden en vrienden van veteranen van de Poolse brigade, die regelmatig informatie uitwisselen over zaken die te maken hebben met deze voormalige eenheid. Zij doen dit per e-mail of per brief. Leden van deze groep wonen niet alleen in Engeland, maar ook in Frankrijk, Polen, Canada, de Verenigde Staten en Nederland. Iedereen die belangstelling heeft, kan contact opnemen met Gary Jucha, e-mail adres PniSKT44@ririel.fsnet.co.uk., huisadres: 160 Crown Street, Peterborough, Cambs, PE1 3HZ, England.
Gary deelde ons ook mee dat Major/Doctor Stanislaw Janusz (roepnaam Staszek) Sosabowski, de zoon van wijlen Major-General Stanislaw Sosabowski, op 6 november 2000 in Engeland is overleden, 83 jaar oud. Staszek werd blind door Duits granaatvuur tijdens de opstand in Warschau. Er bestaat een website over de familie Sosabowski: www.sosabowski.com. (Niall Cherry)

Namenlijst
In de vorige nieuwsbrief plaatste ik een oproep betreffende de samenstelling van een lijst met namen van alle militairen van de Ist British Airborne Division, die in september 1944 deelnamen aan de Slag om Arnhem.
Graag wil ik hierbij iedereen bedanken die heeft gere-ageerd. Indien mogelijk hoop ik de lijst dit jaar te publiceren. De volgende gegevens zullen er in worden opgenomen: naam, legernummer, leeftijd (indien gesneuveld), eenheid, ontsnapt of gevangen genomen (POW). De namen van de militairen worden in alfabe-tisch volgorde afgedrukt, en dus niet per eenheid. De namenlijst zal in boekvorm worden uitgegeven, en niet op CD-Rom. Door middel van de Nieuwsbrief houd ik u op de hoogte van de voortgang van dit project. (Philip Reinders)

Kruitdamp
Op vrijdagmiddag 15 september jl. werd op het terrein van de Westerbouwing in Oosterbeek een demonstratie gegeven van het afschieten van een 75mm Pack Houwitser. De organisatie hiervan was in handen van ‘Airborne Battle Wheels Oosterbeek’, en de stuksbemanning behoorde tot de ‘Living History Group Holland’. Verschillende mensen vroegen zich af hoe dit schieten technisch in zijn werk ging, en daarom gaf Dick Timmerman ons wat achtergrondinformatie.
Op de betreffende middag werden 5×5 schoten afge-vuurd. Er werd geschoten met ca. 250 gram zwart- kruit per keer, dat verpakt in een gewoon boterham- zakje, in een geprepareerde 75mm huls werd gestopt. Geprepareerd wil zeggen dat een scherpe 9mm aan- vuurpatroon onder in de huls was geplaatst. Deze aanvuurpatroon verving de oorspronkelijke slag- hoed, die was verwijderd. Verder werden nog wat papiersnippers in de huls gestopt om het visuele aspect iets te vergroten. Gezien de grote belangstelling die er was voor dit spektakel, is het voor herhaling vatbaar!

Een demonstratie van het afvuren van een 75mm Pack Houwitser op 15 september 2000, bij de Westerbouwing in Oosterbeek.
(foto: Kees Smulders)

Verkoop van publikaties
Hoewel dit reeds werd gemeld in Nieuwbrief no.69 van maart 1999, wil het bestuur van de Vereniging Vrienden de leden er nog eens nadrukkelijk op wijzen dat het verkopen van eigen publikaties tijdens een jaarvergadering, themadag of andere bijeenkomst alleen mag geschieden wanneer daarvoor toestemming is verleend door het bestuur. Hiervoor kan een schriftelijk verzoek worden ingediend. Een voor- beeld-exemplaar van de betreffende publikatie dient hierbij gevoegd te worden. Afhankelijk van de prijs van de uitgave zal aan de auteur een kleine bijdrage worden gevraagd om de kosten van betreffende themadag of excursie enigszins te verlagen. Voor vragen over dit besluit kunt u schrijven naar of bellen met Eugène Wijnhoud, Bernhardlaan 41-1, 6824 LE Arnhem, e-mail E.Wijnlioud@12move.nl, telefoon 026 3513100. (E. Wijnhoud)

‘Onbekend maakt niet onbemind’
De onbekende foto in de vorige Nieuwsbrief heeft menig lid in beweging gebracht. In totaal werden acht reacties ontvangen, maar ongetwijfeld zijn veel meer Vrienden ermee bezig geweest. De eerste persoon die opbelde, kwam niet verder dan de onthullende en opwekkende mededeling: ‘Het is niet Heelsuml’, maar daarna werden de brieven en telefonische gesprekken inhoudelijk steeds waardevoller.
Samenvattend is het niet onlogisch om de volgende conclusies te trekken of vragen te stellen.
1. De foto is niet in de regio Arnhem gemaakt. De topografische situatie en/of personen werden door niemand herkend.
2. De locatie lijkt wel Nederlands of zelfs Gelders te zijn, gezien de huizen, de tuinhekjes en de tramlijnpalen (maar waar zijn de rails?!). Anderen zeggen dat het Duitse dorpshuizen betreft.
3. De betrokken militairen zijn niet in een gevechtssituatie op de gevoelige plaat vastgelegd. Men loopt alsof het een oefening of een mars betreft. Er zijn geen persoonlijke wapens, munitietassen, handgra-naten of helmen te zien. Slechts een Vickers mitrail-leur op de schouder van een van de mannen is waarneembaar. Gaat het soms om krijgsgevangenen die afgemarcheerd worden? Is de man achteraan geheel rechts een Duitse militair, iemand van de Feldgendarmerie?
4. Gezien de schaduwen (zonnestand) loopt men in een westelijke richting.
5. De bladeren van de bomen, het fletse licht en de dikke shawls om de hals duiden op het voorjaar.
Alles op een rijtje zettend, komen we tot de hamvraag: zijn het mannen van de 6th Airborne Division in Duitsland in april 1945?
Reacties op het bovenstaande zijn uiteraard wederom van harte welkom. En degenen die reeds hebben doorgegeven wat zij ervan vinden, worden hartelijk bedankt. Wordt wellicht vervolgd. (Geert Maassen)

Battlefield tour ‘Market Garden 1’
Op zaterdag 19 mei as. zal de Documentatiegroep ’40- ’45 de battlefield tour ‘Market Garden 1′, die de Vereniging Vrienden op 7 oktober vorig jaar organi-seerde, herhalen. Zowel leden van de Vereniging Vrienden als van de Documentatiegroep kunnen hieraan deelnemen. Onze gids is wederom Jacques Haegens. De excursie begint om 10.00 uur bij het NS- station in ’s Hertogenbosch. Opgave vöór 15 april door overmaking van ƒ 65,- per persoon op giro 617000 t.n.v. Penningmeester Documentatiegroep ’40- ’45, Etten-Leur, onder vermelding van ‘Excursie 19 mei’. De inschrijving is in volgorde van binnenkomst van de giro-overschrijvingen. Alleen als er geen plaats meer is krijgt u bericht. Voor meer informatie kunt u bellen naar W. Boersma, 0318 639633. E-mailen kan ook: w.boersma@wxs.nl. (W. Boersma)

Normandië-reis
Ons lid de heer Jacques Haegens, die in 1999 voor de Vereniging Vrienden de excursie naar Normandië leidde, deelde ons mee dat hij in samenwerking met het reisbureau Kupers uit Weert opnieuw een vijfdaagse reis naar dit gebied zal maken. De busreis vindt plaats van 22 tot 26 augustus van dit jaar. Het programma zal in grote lijnen overeenkomen met dat van 1999. De prijs per persoon bedraagt ƒ 795,-. Leden (en niet-leden) die belangstelling hebben om mee te gaan, kunnen contact opnemen met Jacques Haegens, telefoon 046 4517065.

Oproep 11lh Parachute Battalion
In verband met een onderzoek naar de geschiedenis van het 11″‘ Parachute Battalion wil ik graag in contact komen met veteranen, familie of anderen die mij zou-den willen helpen met het vinden van informatie over deze eenheid. Het gaat daarbij niet alleen om Arnhem, maar ook over andere militaire operaties waaraan dit onderdeel heeft deelgenomen. Ook gegevens over het leven in het bataljon en over de training zijn welkom. Daarnaast wil ik veteranen van het 11e bataljon en familie die van plan zijn in september a.s. de Airborne-herdenking bij te wonen, uitnodigen voor een reünie op woensdag 20 september 2001. Deze bijeenkomst met ‘high tea’ zal worden gehouden in hotel Dreyeroord aan de Graaf van Rechterenweg in Oosterbeek, aanvang 14.00 uur. De toegang voor veteranen en familieleden is gratis. Aan anderen zal een bijdrage van ƒ 17,50 worden gevraagd om de kosten te dekken. Er dient wel van te voren te worden gereserveerd. Na de reservering krijgt u nadere informatie. Opgave gaarne voor 1 mei a.s. bij Peter-Alexander van Teeseling, Margrietstraat 30,6862 GP Oosterbeek, e-mail: nvdo.teeseling@wxs.nl. (Peter-Alexander van Teeseling)

Download

VRIENDEN VAN HET AIRBORNE MUSEUM
Utrechtseweg 232
6862 AZ Oosterbeek
Tel. museum (026) 333 77 10
Tel. penningm. (026) 333 64 76
ISSN 1383-3413
Nieuwsbrief No. 82, mei 2001
Redactie:
Drs. R.P.G.A. Voskuil
C. van Roekel
G.H. Maassen jr. (026) 334 01 42

23 april 200’1. Auteur Chris van Roekel overhandigt het eerste exemplaar van hel boek ‘The Torn Horizon’ aan de heer jan ter Horst.
(foto Ben Kolster)

‘The Torn Horizon’
In 1998 publiceerde onze voorzitter Chris van Roekel een boek over de Britse geestelijken die deelnamen aan de Slag om Arnhem, getiteld ‘Verscheurde Horizon’. Omdat vanuit het Verenigd Koninkrijk veel belangstelling bleek te bestaan voor deze publikatie, werd besloten tot de uitgave van een Engelstalige editie.
Deze verscheen eind april onder de titel ‘The Torn Horizon, The Airborne Chaplains at Arnhem’. Alle kosten voor deze uitgave werden gedragen door de familie Ter Horst uit Oosterbeek. Op maandag 23 april jl. overhandigde de auteur tijdens een informele bijeenkomst het eerste exemplaar aan de 96-jari- ge heer Jan ter Horst. De familie Ter Horst heeft besloten de opbrengst van het boek ter beschikking te stellen van de Anti Landmijn Stichting, een organisatie die zich inzet voor het wereldwijd uitbannen van landmijnen.
‘The Torn Horizon’ telt 134 pagina’s en 71 afbeeldin-gen. De prijs bedraagt ƒ 35,-. Indien het moet worden opgestuurd komt daar ƒ 5,- bij. Het boek is verkrijgbaar bij het Airborne Museum ‘Hartenstein’.

Nieuwe penningmeester
Op de afgelopen Jaarvergadering op 7 april jl. nam Erik van der Meiden na vier jaar afscheid als penning-meester van de Vereniging Vrienden. Hij werd opge-volgd door Frits Miedema. Erik heeft aangeboden om de nieuwe penningmeester en onze Britse vertegen-woordiger Niall Cherry voorlopig te assisteren en te adviseren bij een aantal werkzaamheden, omdat de financiële administratie van een grote vereniging met leden in zowel binnen- als buitenland zeer veel werk met zich mee brengt.
Wij danken Erik voor al het werk dat hij in de afgelo-pen jaren met zoveel zorg en nauwkeurigheid heeft gedaan, en voor de bereidheid om de vereniging te blijven assisteren. (Namens het bestuur, Chris van Roekel)

Hartelijk dank!
Op de Ledenvergadering van 7 april heb ik mijn functie als penningmeester in het bestuur van de Vereniging Vrienden overgedragen aan Frits Miedema.
Graag wil ik van deze gelegenheid gebruik maken om iedereen te bedanken voor de plezierige medewerking die ik de afgelopen vier jaar heb gekregen. Mijn speciale dank gaat uit naar alle vrijwilligers, die door hun inzet de kosten voor onze vereniging zo laag mogelijk houden, en naar Niall Cherry, onze Britse vertegenwoordiger, die in zijn eentje, naast zijn drukke baan, allerlei uiteenlopende werkzaamheden uitvoert voor onze 400 leden in het Verenigd Koninkrijk. Ik hoop Niall op financieel terrein voorlopig nog te mogen bijstaan.
Graag spreek ik de wens uit dat uw nieuwe penning-meester Frits Miedema op uw medewerking mag rekenen. Nogmaals mijn hartelijke dank! (Erik van der Meiden)

‘Social evening’
In het weekend van 22, 23 en 24 juni a.s. brengt een aantal Britse leden van de Vereniging Vrienden een bezoek aan Oosterbeek. Ter gelegenheid hiervan wordt op vrijdagavond 22 juni een ‘Social Evening’ georganiseerd in het Airborne Museum. Nederlandse leden worden hierbij uitgenodigd om aan deze avond deel te nemen om met hun Britse collega’s kennis te maken en van gedachten te wisselen. De bibliotheek en het depot zullen die avond open zijn voor bezichtiging. De avond begint om 19.30 uur. Drankjes zijn voor eigen rekening.
In verband met de organisatie dienen Nederlandse leden die deel willen nemen aan deze Social Evening zich vóór 18 juni a.s. op te geven bij Eugène Wijnhoud, Bernardlaan 41-1, 6824 LE, Arnhem, telefoon 026 3513100.

Uit de Jaarvergadering: de lift
Het zal u niet ontgaan zijn dat uw bestuur ernstige bedenkingen heeft geuit met betrekking tot de plannen om een glazen lift ten behoeve van minder- validen aan de buitenzijde van het Airborne Museum te laten aanbrengen.
U weet allen dat wij in het verleden een lans gebroken hebben voor het behoud van de voorzijde van huize ‘De Tafelberg’, en het behoud van een deel van het viaduct over de Klingelbeekseweg waar op 17 september 1944 het bataljon Frost haar eerste ernstige verliezen leed bij haar opmars naar Arnhem, en waar de sporen van de kogelregen nog duidelijk zichtbaar zijn. In het licht van dit standpunt moet u onze bedenkingen zien.
Een poging het meningsverschil met de Stichting Airborne Museum niet te laten escaleren in een situatie die de algemene samenwerking ten behoeve van ons museum zou kunnen verstoren, door een gezamenlijke verklaring uit te geven, heeft op dit moment nog geen volledige consensus tussen beide besturen opgeleverd.
Enkele dagen vóór de Jaarvergadering bleek dat de opvattingen over een door ons bestuur geschreven verklaring nog steeds uiteenliepen, maar dat het meningsverschil wel voor een groot deel is opgelost. Daarom hebben wij moeten besluiten u slechts een verklaring onzerzijds over de gang van zaken te geven. Deze verklaring, die hieronder volgt, werd op de Jaarvergadering voorgelezen door de heer Ben Kolster, en moet beschouwd worden als het slot van onze bemoeienissen en de discussie.
‘Het Airborne Museum te Oosterbeek is momenteel in beperkte mate toegankelijk voor minder validen. De aangebrachte voorzieningen voldoen niet meer aan de eisen van deze tijd. Daarom is het plan opgeval dit te verbeteren.
Het bestuur van de Stichting Airborne Museum heeft de speciaal hiervoor ingestelde Stichting Airlift verzocht de mogelijkheden voor de toegankelijkheid voor minder-validen te onderzoeken en de hiervoor noodzakelijke voorzieningen te realiseren.
Het door de Stichting Airlift voorgestelde ontwerp van een glazen lift aan de buitenzijde van het gebouw wordt door het bestuur van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum echter gezien als een ontoelaatbare aantasting van de monumentale waarde van het historische pand. Daarom heeft het bestuur van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum een alternatief plan voorgesteld: een ondergrondse uitbreiding van het museum met hierin geïntegreerd een inpandige liftvoorziening. Tussen de besturen van de Stichting Airborne Museum en de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum is naar aanleiding van de plannen een heftige discussie ontstaan over de weg welke ingeslagen dient te worden. Beide besturen hebben kennis genomen van elkaars argumenten en motieven. De meningen over de te realiseren optie blijven echter verschillen. Uiteindelijk heeft het bestuur van de Stichting Airborne Museum besloten verder te gaan met de door de Stichting Airlift voorgestelde glazen liftvoorziening aan de buitenzijde van het gebouw. Zij is van mening dat een ondergrondse uitbreiding niet binnen afzienbare tijd te realiseren is, en hierdoor ook een voorziening voor minder-validen zal worden vertraagd. Het museumbestuur hecht veel waarde aan het op zeer korte termijn toegankelijk maken van het museum, hetgeen met het door de Stichting Airlift voorgestelde plan mogelijk lijkt. Wel erkent het museumbestuur dat voor de kwaliteit van het museum een ondergrondse uitbreiding in de toekomst wenselijk is. Ook begrijpt men dat een glazen lift, zoals in de eerste plannen is voorgesteld, het aanzien van het gebouw ‘Hartenstein’ in de ogen van het vriendenbestuur onevenredig aantast. Het liftont- werp is inmiddels aangepast. De liftkoker gaat zodanig diep de grond in, dat in de toekomst op eenvoudige wijze aansluiting verkregen kan worden aan een te realiseren ondergrondse uitbreiding. De bovenste etage van het museum, waar zich het documentatiecentrum, de kantoren en de opslagruimte bevinden, zal via deze lift niet toegankelijk worden gemaakt. Hierdoor wordt de Liftkoker minder hoog en in de ogen van het museumbestuur minder beeldbepalend. Het bestuur van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum betreurt het dat haar voorstel niet aan een deskundig haalbaarheidsonderzoek is onderworpen, en dat slechts door aanpassing van het oorspronkelijke ontwerp is getracht rekening te houden met haar bezwaren. Zij blijft tegenstander van de voorgestelde buitenlift, doch erkent de verantwoor-delijkheid en de beslissingsbevoegdheid van de Stichting Airborne Museum, en respecteert het genomen besluit.
Beide besturen zijn in gezamenlijk overleg tot de con-clusie gekomen dat een voorziening om het museum voor minder-validen toegankelijk te maken van groot belang is voor het museum, en dat de wijze waarop dit zal worden gerealiseerd niet mag leiden tot verwijdering tussen beide besturen. Voorop staat dat allen streven naar een kwalitatief hoogwaardig museum met een duidelijke boodschap, waar iedereen terecht moet kunnen. Daarmee is de discussie gesloten.’ Leden kunnen desgewenst een gift t.b.v. het liftproject overmaken op giro 85.35.432 of bankrekening 38.50.66.473 t.n.v. Stichting Airlift te Oosterbeek.

Royal Engineers Expositie
Op 23 april jl. werd in het Airborne Museum de expositie over de Britse genie-troepen tijdens de Slag om Arnhem geopend. Dit gebeurde door Mr. E.C. O Callaghan. In september 1944 was hij in de rang van kapitein commandant van het 2e peloton, 9″‘ Field Company (Airborne) Royal Engineers. Dit peloton vocht van 17 tot en met 20 september 1944 bij de Rijnbrug in Arnhem.
Met behulp van foto’s, documenten en voorwerpen wordt op de tentoonstelling een overzichtelijk en inte-ressant beeld gegeven van de rol die de genie heeft gespeeld.
De opening vormde tevens het moment waarop de geheel gerestaureerde Clark Air Bulldozer officieel aan het Airborne Museum werd overgedragen. Het door de Vereniging Vrienden aangekochte voertuig heeft een plaats gekregen in een van de diorama’s. Bij deze gelegenheid verschenen het boek ‘Airborne Engineers, The Shiny 9‘h’ door Patrick Pronk (zie hieronder) en de brochure ‘De genie tijdens de Slag om Arnhem’ door Martin Peters en Jaap Korsloot. In het laatstgenoemde werkje wordt in 16 pagina’s de geschiedenis verteld van de genie-eenheden van de le Airborne Divisie tijdens de Slag om Arnhem. De publicatie volgt de loop van de expositie. Het vormt een nuttige aanvulling bij het bock van Patrick Pronk. Het werd uitgegeven door R.N Sigmond Publishing, en kost ƒ 7,50.
De tentoonstelling ‘Airborne Engineers, de genie tijdens de Slag om Arnhem’ duurt tot 4 november 2001.

Tijdens de opening van de tentoonstelling over de Royal Engineers op 23 april jl. bekijken de auteur van hel boek
Airborne Engineers, The Shiny 9th’, Patrick Pronk, en veteraan E.C. O’Callaghan de tentoongestelde foto’s, (foto Berry de Reus)

‘Airborne Engineers, The Shiny 9th’
Er is nog steeds veel te vertellen over de Slag om Arnhem. Dat blijkt uit ‘The Shiny 9,h’, het boek over de 9e (Airborne) Field Company van de Royal Engineers, dat werd geschreven door Patrick Pronk, een Vriend van het Airborne Museum. De 9th Field Company RE was en is nog bijzonder. Al oud – opgericht in 1787 – was zij een van de eerste Airborne-eenheden, en ze is nog steeds ‘airborne’. We volgen in het boek de compagnie in de Tweede Wereldoorlog, van de inzet in Frankrijk via Duinkerken, de ‘Home Army’, het begin van de Airborne-rol, de inzet in Noorwegen bij de aanval op de zwaarwaterfabriek, Noord-Afrika, Sicilië, Arnhem en weer Noorwegen. Over de rol van de genie in of bij Arnhem schreven reeds de samenstellers van de Royal Engineers Battlefield Tour en de auteurs Mackay, Pakenham-Walsh, Purves en Henniker. Pronk heeft daar een leuk, in het Engels geschreven boek aan toegevoegd.
De toegewezen (sappeurs-) taak van de compagnie in Arnhem was de ondersteuning van de ‘Coup de Main’ van het Reconnaissance Squadron naar de Rijnbrug, het verwijderen van de explosieven aldaar en bij de spoorbrug in Oosterbeek, en verder alle voorkomende sappeurs- en genietaken. Dat bleek in een groot aantal gevallen de gewone infanterierol te zijn. Wc zien (delen van) de compagnie na de landingen bij dc gevechten tegen Kraffts SS Pantser Grenadierbataljon in Wolfheze, bij de spoorbrug in Oosterbeek, bij de Rijnbrug in Arnhem, rond Huize De Sonnenberg en bij de Oude Kerk in Oosterbeek, bij het Drielse veer, bij het leggen van witte banden ter markering van een van de twee routes voor de evacuatie over de Rijn, en in krijgsgevangenschap.
Pronks boek is wat persoonlijker dan ‘The 9th’ van Purves, en heeft daarom meer diepte. Het boek is door Sigmond Publishing mooi uitgevoerd, en leest prettig. ‘The Shiny 9‘h’ telt 109 pagina’s en kost f 27,50. (Okko Luursema)

Regels voor het gebruik van de bibliotheek
Het archief en de bibliotheek van het Airborne Museum zijn de afgelopen tijd overgebracht naar een nieuwe ruimte in de verbouwde bovenverdieping van ‘Hartenstein’. Om misverstanden te voorkomen is het goed om nogmaals te wijzen op de regels die er zijn voor het gebruik van de bibliotheek en het archief. Deze zijn voor iedereen na afspraak met de heer A. Groeneweg te raadplegen. Boeken en documenten worden niet uitgeleend. Kopieën, voor zover niet vallend onder copyright, kunnen tegen betaling worden besteld. (A. Groeneweg)

Medailleset
Het Airborne Museum is onlangs voor het eerst in het bezit gekomen van een medailleset van een ex-Air Despatcher van het Royal Army Service Corps. De medailles behoorden aan veteraan Ronald Arthur Clancy, die op 31 oktober 2000 op 76-jarige leeftijd overleed. Als R.A.S.C. Air Despatcher, behorende tot de 6e Britse Airborne Divisie (63 CompositeCompany, 6″’ Airlanding Brigade), was Ron Clancy in juni 1944 betrokken bij de bevoorrading van de Britse troepen in Normandië. Tijdens de Slag om Arnhem vloog hij op 19 september 1944 vanaf Keevil een re-supply missie naar Oosterbeek. De volgende dag was hij weer ingedeeld voor een bevooradingsvlucht, maar zijn groep werd op het allerlaatste moment teruggeroepen en vervangen door een andere. Ron Clancy was medeoprichter van het Air Despatch monument aan de Van Limburg Stirumweg in Oosterbeek, dat in 1994 werd onthuld. (Cees van den Bosch)

Directeur van het Airborne Museum Wybo Boersma neemt van Cees van den Bosch de medailleset in ontvangst, die toebehoorde aan de in oktober van het vorige jaar overleden ex-Air Despa tcher Ron Clancy.(foto via Wybo Boersma)

Fulbeck Hall
In het voormalige hoofdkwartier van de le Britse Airborne Divisie in Fulbeck Hall in Lincolnshire, Engeland, was tot voor kort een expositie over de Slag om Arnhem ingericht. Na het overlijden van eigenares Mrs Mary Fry is het huis gesloten en de tentoonstelling afgebroken. Het materiaal is aan de bruikleengevers teruggegeven.
Enkele veteranen besloten hun desbetreffende spullen te schenken aan het Airborne Museum. Zo kwam het museum in het bezit van een metalen bord met opschrift, dat voor de nissenhut van de Militaire Politie bij Fulbeck Hall heeft gestaan. Ook kreeg het museum een collectie foto’s en documenten. (W. Boersma)

Bodemvondsten
Al meer dan twintig jaar zoekt ons lid Hans van der Velden uit Doorwerth op de voormalige slagvelden met een metaaldetector naar resten van uitrustingsstukken uit de Slag om Arnhem. Dit gebeurt uiteraard met toestemming van de eigenaren van de grond. In die jaren is Hans regelmatig gestuit op zeer bijzondere vondsten. Een deel daarvan had hij in het verleden al in bruikleen gegeven aan ‘Hartenstein’. Dankzij ruime financiële steun van de Vereniging Vrienden heeft het Airborne Museum nu het grootste deel van de collectie bodemvondsten van Hans kunnen aankopen. Enkele stukken zijn opgenomen in de expositie over de Royal Engineers. In de loop van het jaar zal Roland Boekhorst, behoudsmedewerker van het museum, de overige voorwerpen conserveren, zodat ze in goede conditie blijven.

MBE voor Jan Hey
Ons lid Jan Hey uit Hengelo heeft onlangs de Britse onderscheiding ‘ Member of the British Empire’ ont-vangen. Deze hoge onderscheiding is hem toegekend voor al zijn werk voor de samenstelling van de ‘Roll of Honour, Battle of Arnhem’, en voor zijn jarenlange onderzoek ten aanzien van de her-identificatie van ongeveer 40 gesneuvelde militairen, die tot dan geen bekend graf hadden. Daarnaast is hij jaren bezig geweest met het samenstellen van de vele ‘Rolls of Honour’ van alle Britse en Canadese divisies en hun ondersteunende eenheden, die deelnamen aan de bevrijding van West-Europa vanaf D-Day. Deze Erelijsten liggen in de ‘Memorial Hall’ van het Bevrijdings Museum in Groesbeek. De Vereniging Vrienden van het Airborne Museum wil Jan Hey hierbij graag van harte feliciteren met deze welverdiende onderscheiding!

Oproep
Ons lid David Truesdale werkt momenteel aan een boek over de belevenissen van Ierse militairen tijdens de Slag om Arnhem. Het boek krijgt als titel ‘Brotherhood of the Cauldron’. Tot dusver heeft hij ongeveer 300 namen van militairen die deel uitmaakten van de ls‘ British Airborne Division. Van sommigen van deze mannen beschikt hij over hun volledige levensverhaal, terwijl van anderen alleen een naam bekend is. David doet hierbij een beroep op de leden van de Vereniging Vrienden. Mensen die iets weten over Ieren die dienden in de divisie tijdens de septemberdagen van 1944 wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen met David Truesdale, 16 Shiralee Drive, Newtownards, County Down, BT23 4BA, Northern Ireland, e-mail: david@truesdale59.freeserve.co.uk.

Het Airborne Monument
Naar aanleiding van een verzoek op de Algemene Ledenvergadering heeft het bestuur van de Vereniging Vrienden opnieuw contact opgenomen met de gemeente Renkum in verband met de toestand van het Airborne Monument tegenover Hartenstein. Het is gebleken dat het bij de gemeente heel duidelijk is wat er aan het monument dient te gebeuren. Men heeft voor het herstel en het behoud een plan opgesteld dat in een aantal stappen zal worden uitgevoerd. Hiervoor is geld gereserveerd. Een bemoedigend bericht.
BBC documentaire De vertoning op de Britse televisie van de in de vorige nieuwsbrief aangekondigde BBC documentaire over ‘Market Garden’ is uitgesteld tot oktober.

Download

Vrienden van het AIRBORNE Museum

Utrechtseweg 232
6862 AZ Oosterbeek
Tel. museum (026) 333 77 10
Tel. penningm. (026) 333 64 76
ISSN 1383-3413
Nieuwsbrief No. 83, augustus 2001
Redactie:
Drs. R.P.G.A. Voskuil
C. van Roekel
G.H. Maassen jr. (026) 334 01 42

‘Engels weekend’ werd groot succes
Dankzij het initiatief van Niall Cherry, de vertegen-woordiger van de Vereniging Vrienden in het Verenigd Koninkrijk, reisden vierentwintig Britse leden eind juni naar Oosterbeek om daar deel te nemen aan een unieke driedaagse battlefieldtour.
De groep verzamelde zich op vrijdagmorgen 22 juni in het Airborne Museum, waar zij werden verwelkomd door een aantal Nederlandse leden, waarna een rondleiding volgde met een bezoek aan de nieuwe archief-ruimte op de bovenste verdieping. Na de lunch begon de eerste wandeling in regen- en stormachtig weer. In twee groepen vertrokken we in noordelijke richting om daar achtereenvolgens de Stationsweg, de Airborne Begraafplaats, Hotel Dreyeroord, de Dreyenseweg en ‘Hackett’s Hollow’ aan de Valkenburglaan te bekijken.
’s Avonds was er een ontvangst in het museum, en kon een bezoek worden gebracht aan de opslagplaats en aan de ruimte waar voorwerpen worden gerestaureerd en geconserveerd.
Op zaterdag 23 juni werd gewandeld onder veel betere weersomstandigheden. Beginnend bij het museum werd gelopen langs de posities van het Border Regiment, vanaf de Hoofd laan tot aan de Westerbouwing, waar een uitstekende en welkome lunch werd gebruikt.
Hierna bezochten we het Drielse Veer, en wandelden we via het Kerkpad naar de Oude Kerk, waarbij we ook langs het huis van Kate ter Horst kwamen. Na een korte rustpauze liepen we terug naar Hartenstein, langs de plaats waar de wasserij van Van Hofwegen heeft gestaan, en langs de Tafelberg, dat waarschijnlijk zal worden afgebroken, maar waarvan hopelijk het voorste deel blijft bestaan.
Zondag 24 juni verzamelden we op de parkeerplaats bij het museum, waar we werden verdeeld over een aantal originele oorlogsjeeps en andere militaire voertuigen. Vervolgens vertrokken voor een tocht naar de landingsterreinen, waarbij we gebruik konden maken
van wegen die niet geschikt zijn voor gewone auto’s. Daarna volgden we de route van de jeeps van het Reconnaissance Squadron in hun poging om Arnhem te bereiken. We bezochten de plaats waar deze eenheid in een Duitse hinderlaag terechtkwam, en nadat we met de jeeps door de tunnel onder de spoordijk waren gereden, keerden we terug naar Wolfheze. Jn het middagprogramma waren opgenomen bezoeken aan het landingsterrein van de Poolse gliders op de Johannahoeve, de Acacialaan, de spoorbrug, het St. Elisabeths Gasthuis, het huis op de Zwarteweg waar Generaal Urquhart zich verborgen heeft gehouden, de Rijnbrug en Driel.
Graag wil ik namens de groep onze Nederlandse gas-theren: Eugène Wijnhoud, Jaap Korsloot, Robert Sigmond, Erik van der Meiden, Martijn Cornelissen en Martin Peters hartelijk danken voor de tijd die ze hebben besteed om onze kennis te vergroten over de strijd bij Arnhem in september 1944.
Ik denk dat ik namens alle deelnemers spreek wanneer ik zeg dat het weekend een groot succes was. Wanneer in de toekomst opnieuw een dergelijk evenement wordt georganiseerd, zal ik tot de eersten behoren die zich hiervoor inschrijft.
(Paul Hanson, Coventry, Verenigd Koninkrijk)

Deelnemers aan het ‘Engelse Weekend’ van 22 tot 24 juni 2001, poseren voor het Airborne Museum.
(foto 23 juni 2001: Berry de Reus)
De Nieuwsbrief verschijnt vier keer per jaar

‘Engels weekend’ 2003
Graag wil ik iedereen, zowel de Nederlandse organi-satoren als de deelnemers, bedanken voor hun deel-name aan het ‘Engelse weekend’. Een volgende battle- fieldtour, met een geheel ander programma, zal worden voorbereid voor 2003. Iedereen die hiervoor belangstelling heeft en daarover ideeën of suggesties heeft, kan contact met mij opnemen.
(Niall Cherry)

Excursie in het gebied van Nijmegen
Op zaterdag 6 oktober a.s. organiseert onze vereniging een busexcursie door het gebied rond Nijmegen. Het was 57 jaar geleden het middelste gedeelte van de ‘Corridor’, en het operatiegebied van de 82e Amerikaanse Airborne Divisie. De excursie zal worden geleid door Jacques Haegens. Marcel Anker zal uitleg geven op het laatste punt.
Het programma ziet er in grote lijnen als volgt uit: 09.00 uur: Vertrek van de bus vanaf het parkeerterrein bij de Goede Herderkerk in Oosterbeek, oostelijk van het Airborne Museum, naar Grave, waar we met de eigenlijke excursie beginnen. Via de Maasbrug gaan we naar de landingszones bij Overasselt, om daarna een bezoek te brengen aan de (voormalige) sluisbrug bij Heumen, en aan de plaats waar de tijdelijke begraafplaats van de 82e Amerikaanse Airborne Divisie lag. Daarna gaan we een aantal plaatsen bekijken op de landingszones in de omgeving van Groesbeek, zoals de DZ van het 508e Regiment en het gebied ‘De Bruuk’, waar luitenant-generaal Frederick A.M. Browning landde met zijn hoofdkwartier (Ist Airborne Corps). In het bos achter hotel de Wolfsberg bezoeken we de plaats waar brigade-generaal James M. Gavin (commandant van de 82l‘) zijn hoofdkwartier had.
Ca. 13.00 – 14.00 uur: LUNCH in de ‘Oude Molen’ in Groesbeek.
14.00 uur: Vertrek in de richting van Nijmegen. Bezoek aan de Canadese begraafplaats. Via Sionshof rijden we langs het schoolgebouw aan de Heyendaalseweg, waarin een deel van de op 26 september 1944 uit Oosterbeek teruggekeerde Airbornes werd opgevangen. Vervolgens rijden we via het Keizer Karelplein, de Oranjesingel en het Valkhof naar de Waalkade, waar we een goed overzicht hebben op de Waalbrug. Via de Hezelpoort en het Waterkwartier gaan we naar het kantoor van de NUON bij de centrale. Vanaf het dak hebben we een prachtig uitzicht over de plaats waar op 20 september 1944 majoor Julian Cook met het 3e Bataljon van het 504e Regiment onder zwaar Duits vuur de Waal overstak.
De kosten voor deelname bedragen ƒ 65,- per persoon. Hiervoor krijgt u de bustocht, de lunch en de excur- siegids. Dit bedrag kan worden overgemaakt op post- gironummer 4403641 van de Vereniging Vrienden, onder vermelding van ‘Corridor Excursie’. Het geld moet uiterlijk 27 september a.s. binnen zijn. Inschrijvingen worden behandeld in volgorde van binnenkomst. Er zijn maximaal 47 plaatsen beschikbaar. Bij overtekening krijgt u bericht als u niet mee kunt.

Lezing The Border Regiment
Op zondagmiddag 7 oktober a.s. zal de conservator van ‘The Border Regiment and King’s Own Royal Border Regiment Museum’ in Carlisle Castle, Mr. Stuart Eastwood, een lezing houden in restaurant Schoonoord (Pietersbergseweg 4) in Oosterbeek. De lezing begint om 14.00 uur. De heer Eastwood is een van de auteurs van het boek ‘When Dragons Flew, an illustrated history of the lsl Battalion The Border Regiment 1939-1945’, dat in 1994 verscheen. In zijn voordracht, die uiteraard in het Engels wordt gegeven, wil hij een aantal aspekten van de geschiedenis van dit bataljon de revue laten passeren, waaronder de akties op Sicilië in juli 1943. De toegang is gratis, maar in verband met de beperkte ruimte (ca. 60 plaatsen) wordt iedereen die er bij wil zijn vriendelijk verzocht zich vóór 27 september a.s. op te geven bij Eugène Wijnhoud, Bernardlaan 41-1, 6824 LE Arnhem, telefoon 026 3513100, e-mail E.Wijnhoud@12move.nl.

Themamiddag op 3 november a.s.
Op zaterdag 3 november a.s. organiseert onze vereniging een themamiddag in Zalencentrum ‘Lebret’ aan de Lebretweg in Oosterbeek.
Het programma ziet er als volgt uit:
13.30 – 14.00 uur: Ontvangst van de leden.
14.00 – 15.00 uur: Lezing met dia’s over de 9th (Airborne) Field Company Royal Engineers door Patrick Pronk. Patrick is de auteur van het dit voorjaar verschenen boek ‘Airborne Engineers, The Shiny 9th, an illustrated history of the 9th (Airborne) Field Company Royal Engineers 1939-1945’
15.00 – 15.45 uur: PAUZE
15.45 – 16.30 uur: Vertoning van een film over de Slag om Arnhem.
Ca. 17.00 uur: Einde themamiddag.

Op 22 juni jl. bezocht de 50.000e leerling het Airborne Museum in het kader van het Scholenproject. Hij kreeg van Vriendenvoorzitter Chris van Roekel een aantal cadeaus als aandenken aan deze dag. (foto Berry de Reus)

50.000e leerling
Viijdag 22 juni jl. was een bijzondere dag voor het Airborne Museum. Toen mocht de 50.000e leerling worden verwelkomd die ‘Hartenstein’ bezocht in het kader van het ‘Scholenproject’. Dit werd 17 jaar geleden ontwikkeld door Chris van Roekel namens de Vereniging Vrienden om schoolkinderen op een educatief verantwoorde manier te laten kennismaken met de Slag om Arnhem. Het is zo gemaakt dat onderwijzers het in hun eigen pedagogische situatie kunnen inpassen, en zo de leerlingen op een goede manier kunnen voorbereiden op een bezoek aan het museum. Sinds enige tijd staat het project geheel op internet, en kan men het daarvan afhalen.
De 50.000e leerling was Patrick Meijer van de basis-school de Arendhorst uit Ermelo. Hij kreeg, samen met een aantal klasgenoten een VIP-ontvangst, waarbij onze voorzitter Chris van Roekel als gastheer optrad.

Jachthoorn van Frost is terug
Het vorige nummer van de Nieuwsbrief was al naar de drukker toen het bericht binnenkwam dat de jachthoorn van John Frost, die in augustus 1998 uit het Airborne Museum werd gestolen, was teruggebracht. John Dutton Frost, die werd geboren in 1912, volgde een militaire opleiding in Wellington en Sandhurst. Hij werd ingedeeld bij The Cameronians (The Scottish Rifles), en diende in Engeland en Palestina. In juni 1938 werd hij geplaatst bij de Iraq Levies, een eenheid bestaande uit Assyriërs, Koerden en Arabische nomaden. Deze eenheid moest RAF vliegvelden en installaties bewaken, en eventueel de toevoerlijnen naar Jordanië open houden. Hun basis was het RAF vliegveld in Habbaniyah in het huidige Irak. Frost kreeg in de rang van kapitein het bevel over Landing Ground No. 5.
De Britse officieren hadden op de basis een jachtclub met de naam ‘The Royal Exodus Hunt’. Nadat Frost twee jaar dienst had gedaan in het Midden-Oosten, liep in 1940 zijn detachering af, en in december van dat jaar werd hij overgeplaatst naar Engeland. Tijdens de afscheidsparty kreeg Frost van de leden van de jachtclub een koperen jachthoorn met een zilveren mondstuk. In de hoorn staat de volgende inscriptie: ‘Capt. J.D. Frost, with best wishes from the members of the Royal Exodus Hunt’. In zijn boek ‘A Drop Too Many’ beschreef hij de jachthoorn als: ‘Een van de beste cadeaus die ik ooit gekregen heb’.
Na zijn terugkeer in Engeland volgde een korte plaatsing bij zijn oude regiment The Cameronians (The Scottish Rifles), waarna hij zich vrijwillig meldde bij het nieuw opgerichte Parachute Regiment. Op 27 februari 1942 leidde hij de aanval op een Duits radar- station bij Bruneval aan de noordkust van Frankrijk. Als commandant van het 2e Parachutisten Bataljon nam hij vervolgens deel aan de strijd in Noord-Afrika. Bij de landing bij Oudna in Tunesië op 29 december 1942 gebruikte John Frost de jachthoorn om zijn troepen te laten weten waar hij was: ‘Having landed, I made for a small mound at the edge of the dropping- zone and sounded a note or two on my hunting-horn (the one which I had been given when I left Habbaniyah) to let people know where I was.’
Op 17 september 1944 landde Frost met zijn bataljon bij Wolfheze. Ook hier gebruikte hij zijn jachthoorn om zijn troepen te verzamelen. Tijdens de gevechten bij de Rijnbrug raakte Frost gewond, en werd hij door de Duitsers gevangengenomen. Hierbij raakte hij zijn jachthoorn kwijt. In juli 1945 hield de heer E.R. Oosterwijk als lid van de Nijmeegse Luchtbeschermingsdienst toezicht op de opruimwerkzaamheden bij de Rijnbrug in Arnhem. Tijdens het laden van puin op een vrachtauto zag hij tussen de stenen iets glinsteren in de zon. Toen hij het opraapte, zag hij dat het een gedeukte jachthoorn was. Oosterwijk nam het voorwerp mee, maakte het schoon en deukte het een beetje uit. Op de hoorn zag hij een inscriptie waaruit bleek dat deze had toebehoord aan Captain J.D. Frost. Jarenlang bewaarde hij de hoorn thuis, maar in september 1997 nam hij contact op met het Airborne Museum. Hij besloot het bijzondere voorwerp te schenken aan het museum, waar het werd tentoongesteld in de vitrine met recente aanwinsten. In de nacht van 13 op 14 augustus 1998 werd de conservator gewekt door het alarm. Het bleek dat in het museum was ingebroken. Daarbij was de jachthoorn gestolen. Ondanks uitgebreide naspeuringen bleef het voorwerp meer dan tweeëneenhalf jaar spoorloos. Op een zeker moment kwam een inwoner van Arnhem de hoorn op het spoor. Dankzij zijn bemiddeling kwam het kostbare kleinood uiteindelijk eind mei jl. weer terug in het Airborne Museum.
(Wybo Boersma)

Frosts jachthoorn met inscriptie, die onlangs werd terug-gevonden.
(foto: Berry de Reus)

‘Old soldiers never die’
Van 7 september tot en met 4 november 2001 wordt in het Airborne Museum een expositie gehouden van portretfoto’s van Britse veteranen, onder de titel ‘Old soldiers never die’. De foto’s zijn genomen door Pim Limbeek uit Veenendaal. Een aantal jaren geleden raakte Pim tijdens de herdenkingen van de Slag om Arnhem onder de indruk van de karakteristieke gezichten van de veteranen. Vooral tijdens de jaarlijkse dropping op de Ginkelse Heide bij Ede kreeg hij de gelegenheid om hen op de gevoelige plaat vast te leggen.
Dit resulteerde in de loop der jaren in een indrukwek-kend archief van portretfoto’s. Om veteranen en andere belangstellenden in de gelegenheid te stellen kennis te nemen van zijn werk zocht Limbeek naar een gelegenheid om zijn foto’s in september te exposeren. Het Airborne Museum geeft hem nu deze mogelijkheid. Ruim dertig foto’s worden geëxposeerd. Niet alle namen zijn bij de fotograaf bekend. Vandaar dat de bezoeker die iemand op een foto herkent, een naamkaartje kan invullen.

‘German Armored Units at Arnhem’
Aan de immer groeiende reeks boeken over de Slag om Arnhem is onlangs een nieuwe titel toegevoegd: ‘German Armored Units at Arnhem, September 1944′, samengesteld door ons lid Marcel Zwarts. Marcel is een expert op het gebied van Duitse gepantserde voertuigen, en in de afgelopen jaren heeft hij een uitgebreide collectie foto’s en gegevens over dit onderwerp bijeengebracht. De meeste afbeeldingen die hij heeft verzameld waarop voertuigen staan die deelnamen aan de Slag om Arnhem, in totaal 166 stuks, zijn in dit fotoboek afgebeeld. Veel daarvan zijn nooit eerder gepubliceerd. De afbeeldingen van de voertuigen zijn in de eerste plaats gerangschikt per eenheid en verder volgens tijdstip en plaats. Het betreft opnamen uit zowel 1944 als 1945.
De onderschriften, waarin veel technisch details van de afgebeelde voertuigen worden genoemd, getuigen van Marcels encyclopedische kennis van het onderwerp. Naast de foto’s zijn in het boek zestien prachtige tekeningen in kleur opgenomen van Duitse pant-servoertuigen zoals die bij Arnhem hebben geopereerd. Een buitengewoon informatieve uitgave! Het boek telt 72 pagina’s, en werd in de serie ‘Armor at War’ uitgegeven door Concord Publications Company in Hong Kong, ISBN 962-361-691-0. Het is verkrijgbaar in het Airborne Museum, en kost ƒ 37,50 (Robert Voskuil)

‘Battlefields of the Second World War’
Battlefield-tourisme is geen nieuw verschijnsel. Reeds kort na de Eerste Wereldoorlog bezochten duizenden mensen de slagvelden in België en het noorden van Frankrijk. In Engeland waren het vooral Major en Mrs. Holt die in de jaren zeventig begonnen met een commerciële aanpak van tochten naar slagvelden over de gehele wereld. Vele touroperators hebben hen nagevolgd.
De BBC heeft op deze trend ingehaakt met een serie uitzendingen over slagvelden van de Eerste Wereldoorlog. Deze werd gevolgd door een reeks over de Tweede Wereldoorlog. Richard Holmes, professor in ‘Military and Security Studies’ aan de Cranfield University en aan het Royal Military College of Science, presenteert de uitzendingen. Dit najaar wordt aandacht besteed aan de gevechten bij El Alamein, Monte Cassino, en Operatie Market Garden, en aan de bombardementen van de Royal Air Force op Duitsland. Het begeleidende boek bij deze uitzendingen, dat eveneens werd geschreven door Richard Holmes, is onlangs verschenen onder de titel ‘Battlefields of the Second World War’. We zullen ons beperken tot het hoofdstuk over operatie Market Garden. Dit beslaat 40 pagina’s van de 224. Echt nieuwe feiten komen er niet in voor, maar dat is ook nauwelijks mogelijk. Wel gaat Holmes dieper in op de controverse tussen de verschillende geallieerde opperbevelhebbers. Ook de keuze van deze comman-danten wordt ter discussie gesteld. Hierbij wordt veldmaarschalk Montgomery niet gespaard. De radioverbindingen, de grond-luchtverbindingen, Brownings hoofd kwartier, de onverwachte sterkte van de Duitse troepen, en generaal Sosabowski staan ter discussie. Ook het negeren van de gegevens van het Nederlandse verzet, en de problemen door de smalle opmarsweg voor het grondleger komen aan bod. Ruime aandacht wordt besteed aan het succesvolle Amerikaanse optreden in het zuiden.
Een samenvatting is nauwelijks te geven, want er wordt veel in weinig woorden behandeld, en dat is ook het sterke punt van dit hoofdstuk. Ondanks de beperkte ruimte geeft Holmes een uitstekende analyse van de operatie. De beschrijving van de eigenlijke battlefieldtour over het slagveld beperkt zich in het algemeen tot een aantal bruggen, vanaf de Joe Mansbrug over het Maas-Scheldekanaal tot aan de brug in Arnhem, en tot bezoeken aan het Airborne Museum, de landingszones en de Airborne Begraafplaats.
Het boek is niet opgezet als een echte battlefield-gids, daarvoor is John Waddys uitgave, ‘A Tour of the Arnhem Battlefield’ veel geschikter.
De publicatie is helder geschreven. Helaas is in de tekst een enkele storende fout geslopen. Zo is het niet juist dat het Nederlandse verzet het mogelijk gemaakt heeft dat de haven van Antwerpen onbeschadigd in geallieerde handen kwam. Die eer komt toe aan de verzetsbeweging van onze zuiderburen.
‘Battlefields of the Second World War’ door Richard Holmes, telt 224 pagina’s, is geïllustreerd met foto’s en kaarten, en werd uitgegeven door BBC Worldwide Limited, Woodlands, 80 Woodland Lane, London W12 OTT, (ISBN 0 563 53782 5). De prijs bedraagt £ 17,99.
(Wybo Boersma)

Pegasus Wandeltocht
De 18e Pegasus Wandeltocht vindt dit jaar plaats op 27 oktober. Deze tocht volgt voor een groot deel de route die in de nacht van 22 op 23 oktober 1944 werd afgelegd tijdens operatie Pegasus 1. Daarbij werd een groot aantal geallieerde militairen met behulp van het Nederlandse verzet over de Rijn gezet, en overgebracht naar bevrijd gebied.
Voor informatie en inschrijving kunt u bellen naar het VVV: 0318 614444.

Download

Vrienden van het AIRBORNE Museum
Utrechtseweg 232
6862 AZ Oosterbeek
Tel. museum (026) 333 77 10
Tel. penningm. (026) 333 64 76
ISSN 1383-3413
Nieuwsbrief No. 85, februari 2002
Redactie:
Drs. R.P.G.A. Voskuil
C. van Roekel
G.H. Maassen jr. (026) 334 01 42

Jaarvergadering
Het bestuur nodigt u uit tot het bijwonen van de 22ste Algemene Ledenvergadering, tevens Jaarvergadering van de Vereniging Vrienden van hel Airborne Museum op zaterdag 6 april 2002. De bijeenkomst zal worden gehouden in Zalencentrum Lebret, Lebretweg 51 Oosterbeek (tel. 026-3333168), aanvang 10.30 uur.
De agenda ziet er als volgt uit:
1. Opening.
2. Overdracht voorzitterschap
3. Notulen Algemene Ledenvergadering van 7 april 2001
4. Algemeen verslag 2001
5. Financieel verslag 2001
6. Begroting 2002
7. Verslag Kascommissie
8. Benoeming reservelid Kascommissie
9. Rondvraag
10. Sluiting.

Het Algemeen Verslag en het Financieel Verslag krijgt u bij binnenkomst, en het Verslag van de Kascommissie ligt een half uur voor de aanvang van de vergadering ter inzage bij de ingang van de zaal. U kunt het Algemeen Verslag en het Financieel Verslag ook aanvragen bij de Penningmeester door een aan uzelf gerichte envelop met postzegel van 78 Euro-cent in een andere envelop te doen en die op te sturen naar de heer F. Miedema, Woudstralaan 24, 6862 XE Oosterbeek.
Tijdens deze jaarvergadering zal Chris van Roekel als bestuurslid en voorzitter aftreden. Zijn functie zal worden overgenomen door Ben Kolster. Er is besloten dit jaar geen nieuw lid toe te laten treden tot het bestuur.
Na afloop van de Jaarvergadering is er een gezamen-lijke lunch en een bezoek aan het Museum Vliegbasis Deelen. De kosten hiervoor bedragen € 10,-. Dit bedrag dient voor 1 april te zijn overgemaakt op girorekening 4403641 t.n.v. Penningmeester WAM te Oosterbeek, onder vermelding van ‘6 april’. Degenen die zich hiervoor hebben opgegeven, ontvangen bij binnenkomst in de zaal een voucher voor de lunch. U wordt vriendelijk verzocht zelf uw vervoer naar het Museum Vliegbasis Deelen te regelen. Leden die geen
vervoer hebben, kunnen dit opgeven bij E. Wijnhoud, tel. 026 3513100.

Evenementen-agenda 2002
In het jaar 2002 worden de volgende evenementen georganiseerd:
Vrijdag 22 maart: Bijeenkomst van leden van de WAM in het Airborne Museum, met als doel o.a. het uitwisselen van (historische) gegevens en nieuwtjes. Kortom, het sociale contact staat voorop, en daarmee kan om 19 30 uur worden begonnen.
Zaterdag 6 april: Jaarvergadering en middag-excursie.
Zaterdag 13 en zondag 14 april: Museumweekend en Perimeter-wandeling.
Zaterdag 20 april: Excursie Market Garden 2, in samenwerking met de Documentatiegroep ’40 – ’45. Zaterdag 25 mei: Boekenbeurs.
29 mei t/m 2 juni: Excursie Normandië, georganiseerd door het Airborne Museum.
Zaterdag 15 juni: Wandeling langs deel van de Perimeter, georganiseerd door de WAM.
25 augustus: Airborne Fietstour.
Zaterdag 7 september: 54e Airborne Wandeltocht. Zondag 8 september: Lezing Niall Cherry (nadere informatie volgt).
Vrijdag 20, zaterdag 21 en zondag 22 september: Herdenking van de Slag om Arnhem.
Zaterdag 12 oktober: Bus-excursie door het deel van de Betuwe dat tijdens de Slag om Arnhem een belangrijke rol heeft gespeeld, georganiseerd door de WAM.
Zaterdag 26 oktober: Pegasus Wandeltocht, Lunteren- Renkum.
Zaterdag 2 november: Lezing Marcel Zwarts over de Duitse voertuigen bij de Slag om Arnhem.

Expositie
Op 19 april zal in hel Airborne Museum de expositie ‘Market Garden in miniatuur’ worden geopend. Ons lid Guy DeLillio uit de Verenigde Staten heeft in de loop der jaren een groot aantal diorama’s gemaakt, op
De Nieuwsbrief verschijnt vier keer per jaar schaal 1 : 76, die betrekkingen hebben op operatie Market Garden. Tijdens een voorbereidend bezoek van DeLillio aan Oosterbeek in juni 2001 zijn er hiervan veertien geselecteerd, die in de maand januari naar het museum zijn opgestuurd.
Theo Diepenbroek, vrijwilliger in het museum, zal deze diorama’s, die in onderdelen verzonden zijn, weer samenvoegen en zonodig aanvullen. Cuy heeft hiervoor een hoeveelheid losse onderdelen meegestuurd zoals bomen, soldaatjes, etc. In de expositieruimte van het museum zullen deze diorama’s op een originele manier opgesteld worden. Daarbij zullen voorwerpen tentoongesteld worden die betrekking hebben op de locaties die door de diorama’s worden uitgebeeld.
Foto’s van DeLillio’s werk zijn eerder gepubliceerd in het november nummer van het Engelse tijdschrift Military Modeling. Een aantal jaren geleden waren foto’s van zijn modellen in het Imperia! War Museum in Londen te zien. De expositie is mede mogelijk door sponsoring van de MBNA bank in Amerika, die een deel van de hoge transportkosten voor haar rekening heeft genomen. Guy DeLillio hoopt gelijktijdig een fotoboek van zijn modellen uit te geven, hoewel de exacte datum van verschijnen nog niet vaststaat. De expositie is te zien van 19 april tol en met 3 november 2002.

Hel ‘Mae West’ reddingsvest dat tijdens de bevoorradings- vluchten boven Oosterbeek werd gedragen door Flight Engineer T. Haig.
(foto: Roland Boekhorst)

Het verhaal van een ‘Mae West’ reddingsvest
In september 1997 ontving het Airborne Museum een ‘Mae West’ reddingsvest van Mr. T. Haig, die hij tijdens de Slag om Arnhem als Flight Engineer van 620 Squadron RAF had gedragen. Op 17 september 1944 vertrok een aantal vliegtuigen van dat squadron vanaf de basis Fairford naar Arnhem. Een daarvan was toestel EF 303 met de vol-gende bemanning: pilot H.M. McLeod, navigator R. Newton, air bomber H. Bate, flight engineer T. Haig, radio operator C.C. King, air gunner J.R. Thomas en twee leden van het Royal Army Service Corps.
Twee dagen later vloog dezelfde bemanning met een ander toestel, de LJ 830, naar Arnhem om daar voor-raden te droppen. Samen met 35 andere vliegtuigen vertrokken zij om 13.30 uur, en kwamen om 18.10 uur terug op hun basis. De volgende missie vond plaats op 21 september. De LJ 830 vertrok om 18.10 uur voor een bevoorradings- vlucht naar de regio Arnhem, maar keerde daarvan niet terug.
Ter hoogte van Oosterbeek werd het vliegtuig aange-vallen door Duitse Focke Wulf jachtvliegtuigen, en werd het geraakt door luchtafweer. De achterste geschutskoepel werd getroffen, en boordschutter J.R. Thomas werd eruit geslingerd. Zijn lichaam kwam neer in een gebied westelijk van de Van Borsselenweg en noordelijk van de Van der Molenallee. Daar heeft hij ook zijn veldgraf gekregen. Later is hij herbegraven op de Airborne Begraafplaats in Oosterbeek (Plot 21.C.15). De Stirling kwam neer in de buurt van Renkum. Daarbij kwamen de twee militairen van het Royal Army Service Corps om. Waarschijnlijk waren dit S.L. Churchyard en J.F. Johnston.
De rest van de bemanning kwam er wel levend uit. McLeod and Bate werden gevangengenomen. Newton, King en Haig wisten zich schuil te houden in de bossen tussen Renkum en Wageningen. Ze zijn daar de volgende dag gevonden door een verzetsman, die hen geholpen heeft om met Operatie Pegasus I over de rivier te ontsnappen. (Roland Boekhorst, behoudsmedewerker)

Foto Stirling geïdentificeerd
Dat zelfs 57 jaar na de Slag om Arnhem nog foto’s die daarop betrekking hebben, kunnen worden geïdentificeerd, blijkt uit het volgende.
Een van onze (bestuurs-)leden, Cees van den Bosch, houdt zich (en anderen) al jaren bezig met een historisch onderzoek naar een gecrashte Stirling bommenwerper in het bosgebied Planken Wambuis bij Ede (zie Ministory No. 57). Ook is hij geïnteresseerd in het functioneren van de z.g. Air Despatchers van het Royal Army Service Corps, die tijdens de Slag verantwoordelijk waren voor het afwerpen van voorraden vanuit de lucht.
Naarstig was Cees al die tijd op zoek naar een grond- foto van het neergestorte toestel. Een luchtfoto was hem bekend (zie de genoemde Ministory), maar daarop zijn uiteraard geen details zichtbaar/
Tijdens de voorbereiding van de tentoonstelling “‘Green On’, Air Despatchers, de vergeten helden van Arnhem” zag hij twee jaar geleden in het Airborne Museum een foto van het wrak van een Stirling. De begeleidende tekst verwees naar de LJ 883, het toestel dat onderwerp was van Cees’ onderzoek. Echter, het getoonde vliegtuig lag ‘gewoon’ op de buik op de grond, terwijl de gezochte bommenwerper bij de buik-/crashlanding over de kop was geslagen. Althans, dat was de lezing van een van de twee overlevende bemanningsleden van destijds, Flight Sergeant George Wood, staartschutter.
Cees vestigde de aandacht op het verkeerde onderschrift, en het werd gewijzigd. De veranderde tekst riep ook weer vraagtekens op bij de onderzoeker, met name waar het de namen van omgekomen Air Despatchers betrof.
In de eerste plaats was er de vraag: welke Stirling is dan wèl te zien op de foto in het Airborne Museum? De oorspronkelijke locatie-aanduiding verwees nadrukkelijk naar Planken Wambuis, en in de omgeving daarvan kwam maar één toestel in aanmerking: de LJ 883.
Geert Maassen, archivaris van de gemeente Renkum, bleek in het bezit te zijn van een serie foto’s, gemaakt op 18 april 1945 door een Britse legerfotograaf, die een route volgde vanuit Arnhem richting Ede. Een daarvan toont een Stirling-wrak, gefotografeerd vanuit een iets andere positie, maar zeer duidelijk hetzelfde vliegtuig als in het museum te zien is. Ook is, net als overigens op de andere foto, heel goed een veldgraf zichtbaar, van wellicht een van de bemanningsleden. De volgende foto van deze serie is van een tijdelijke militaire begraafplaats op een terrein noordelijk van de rijksweg richting Ede, ten westen van het restaurant Planken Wambuis. Het is bekend dat hier o.a. de omgekomen bemanningsleden (op één na) van het bovengenoemde vliegtuig een eerste rustplaats hadden gekregen. De foto die vooraf gaat aan die van de Stirling, is gemaakt een eindje ten oosten van de eerder genoemde Edese horecagelegenheid.
Omdat in de serie dus een duidelijke lijn zit, konden we aannemen dat het vliegtuigwrak in (de omgeving van) het bosgebied Planken Wambuis is gefotografeerd. Een nauwkeurige bestudering van de eerder genoemde luchtfoto èn de daarop volgende uit de reeks, onder andere met behulp van een stereoscoop, leerde dat een grote slagschaduw van de staart zichtbaar was. Dat zou dus niet kunnen als het toestel ondersteboven lag! Mede ook gezien de lichtinval kwamen Cees en de redactieleden Geert Maassen en Robert Voskuil tot de slotsom dat het wrak op de twee grond- foto’s (toch) de LJ 883 moet zijn. En dat het dus niet anders kan dan dat George Wood zicht vergiste, hetgeen niet verwonderlijk is gezien de chaotische en gevaarlijke situatie waarin hij kort na de crash verkeerde. Dat verklaart dan meteen ook dat ene veldgraf, want zoals hierboven vermeld werd de bemanning op één na op het tijdelijke kerkhof ter aarde besteld.
Het slot van dit verhaal is dus dat het vliegtuig op de twee oorlogsfoto’s (één in het Airborne Museum en één in het Gemeentearchief Renkum) de Stirling met het serienummer LJ 883 (oproepcode V8K) is. Het toestel, van het 570e Squadron van de Royal Air Force, was destijds gestationeerd op de vliegbasis Harwell in Berkshire, en was met piloot Flying Officer William Kirkham een van de 13 van dezelfde eenheid die voorbestemd waren om op zaterdagmiddag 23 sep-tember 1944 een bevoorradingsmissie naar Arnhem te vliegen. De afloop is bekend: de bommenwerper werd aangeschoten door Flak, en stortte neer. Zes bemanningsleden kwamen daarbij om, en werden uit-eindelijk begraven op het Airborne Kerkhof te Oosterbeek. (Zie Ministory no. 57)

Het wrak van de Stirling LI 883 in hel gebied Planken Wambuis, waarschijnlijk gefotografeerd in oktober 1944. Rechts vooraan het veldgraf van Flying Officer (Air Bomber) Ernesl C. Brown.
(foto: collectie Airborne Museum)

‘Arnhem in de Jaren Dertig’
Het Gemeentearchief Arnhem heeft onlangs een cd- rom uitgebracht met 71 foto’s uit de jaren dertig van de 20l‘ eeuw. Deze afbeeldingen maken deel uit van een collectie van 136 glasnegatieven met Arnhemse straatbeelden, die werden gemaakt tussen 1930 en 1940, en die recent door het archief werden verworven. De oorspronkelijke opdrachtgever was Uitgeverij Spaarnestad BV, uitgeefster van geïllustreerde tijd-schriften.
De foto’s tonen de Gelderse hoofdstad zoals die er uit-zag vlak voor de Tweede Wereldoorlog, een periode waarin de Slag om Arnhem en de daarop volgende oorlogshandelingen het stadsbeeld ingrijpend zouden aantasten. De fraaie, haarscherpe foto’s zijn gerang-schikt per onderwerp. Vooral de afbeeldingen van het Rijnhotel, Onderlangs, de Oude haven en de Rijnbrug geven een goed beeld van de bebouwing zoals de Britse Airborne troepen die aan troffen toen zij op 17 september 1944 de stad binnentrokken.
De cd-rom is verkrijgbaar bij het Gemeentearchief Arnhem, Westervoortsedijk 2, 6827 AS Arnhem (tele-foon 026 3773650) en in het Airborne Museum. Prijs: € 10.

Oproep
Hoe was de berichtgeving in 1944 over de strijd bij Arnhem en wie waren de verslaggevers? Met dit onderwerp houd ik mij momenteel bezig. Van Britse zijde werd de berichtgeving verzorgd door een ‘Public Relations Team’, bestaande uit fotografen, filmers en verslaggevers van de BBC en de schrijvende pers. Van Duitse zijde waren fotografen, filmers en journalisten ingedeeld bij de zogenaamde ‘Propaganda Kompanien’. In het bijzonder over deze laatstgenoemde eenheden is heel weinig bekend. Alles hierover kan waardevol zijn voor mijn onderzoek. Hebt u informatie over dit onderwerp en wilt u mij hiermee helpen, dan kunt u contact opnemen met: Bob Gerritsen, Kennedystraat 4A, 6921 CW Duiven, telefoon 0316-263743, e-mail: Bob.Gerritsen@icu.nl.

‘Arnhem’ door A.D. Harvey
Sinds oktober 2001 verschijnt bij de Britse uitgeverij Cassell & Co in Londen de serie ‘Cassell’s Fields of Battle’ onder redactie van Richard Holmes. Holmes, die reeds verschillende boeken op zijn naam heeft staan, is in Nederland vooral bekend geworden door de BBC TV-serie “War Walks”, waarvan een van de laatste ‘Arnhem’ als onderwerp had.
In een poging om nog iets origineels te vinden, heeft de auteur van het deel ‘Arnhem’, A.D. Harvey, er voor gekozen de Slag om Arnhem te beschrijver vanuit het gezichtspunt van de commandanten. Zoals was te verwachten, levert dit geen nieuwe gezichtspunten op. Hij stelt dat de slag voornamelijk werd verloren door de slechte leiding bij de Britten, en door een combinatie van factoren, waarbij het gebrek aan voldoende geallieerde strijdkrachten gedurende de eerste dagen de belangrijkste was. De snelle Duitse reactie op de landingen maakte het voor de Britten onmogelijk om de eenheid van Frost bij de Rijnbrug te versterken.Voor de meeste Nederlanders zijn dit geen nieuwe gezichtspunten, maar misschien voor sommige Britten wel.
De eerste twee hoofdstukken, waarin Harvey het concept en de planning bespreekt, zijn het beste deel van het boek. In de overige hoofdstukken, over het verloop van de slag, komen we nogal wat foutjes tegen. Af en toe zelfs merkwaardige uitspraken. Enkele voorbeelden: op pagina 50 wordt gezegd dat er volgens generaal Urquhart te weinig plattegronden van Arnhem waren. Volgens Harvey waren er alleen maar plattegronden die door de burgers aan de Britten werden gegeven. Dit is onjuist, want zowel het archief van het Airborne Museum als verschillende verzamelaars bezitten plattegronden van Arnhem die de Britse troepen bij zich hadden, en die door de militaire autoriteiten in 1944 in Engeland waren uitgegeven. Op pagina 51 geeft de auteur aan dat de Amerikaanse Air Support Teams onvoldoende geoefend waren. Zijn bron voor deze veronderstelling is vermoedelijk het boek ‘Een brug te ver’. Het museumarchief beschikt echter over een brief van een van de leden van dit team, die aangeeft dat zij wel degelijk goed opgeleid waren op het type radiotoestel dat in Arnhem werd gebruikt.
De Duitsers zouden drie burgers bij Ede doodgeschoten hebben naar aanleiding van door de Geallieerden uitgeworpen pamfletten. Er zijn op 16 september 1944 weliswaar drie burgers in Ede in de bosjes tegenover de Simon Stevinkazerne gefusilleerd, maar niet naar aanleiding van uitgeworpen pamfletten. Volgens Flarvey moest de verkenningseenheid van de Britten langs de Amsterdamseweg optrekken naar Arnhem (pagina 57). Dit is onjuist, ze namen de weg ten noorden langs de spoorlijn Ede-Arnhem. Op de kaart op pagina 60/61 staat landingszone ‘Z’ voor de T’ Airlanding Brigade, en landden de Polen op 18 sep-tember op landingszone ‘L’. Dit is onjuist Veldmaarschalk Model had niet zijn hoofdkwartier in Hotel Hartenstein, zoals op pagina 64 vermeld staat, maar in Hotel De Tafelberg. Óm de sterkte van de eenheid van Krafft op “ruim 300” man te stellen (pagina 68), is wel erg overdreven. Het le Parachutistenbataljon onder Dobie volgde niet de route van de ver-kenningseenheid (pagina 68) maar de Amsterdamse-weg. Het kaartje op pagina 74 laat daarentegen zien dat het lc Parachutistenbataljon langs de spoorlijn oprukt. Op pagina 75 komen we weer het onjuiste verhaal tegen van de betonnen bunker op de Arnhemse Rijnbrug, die nu zelfs door 6-ponder anti- tankgranaten vernield wordt! Dit is slechts een kleine keuze uit een groot aantal missers. Jammer, want het boek leest vlot. Met een beetje meer moeite was het een betere publikatie over Arnhem geworden. Als u het koopt, lees het dan wel met de nodige reserve. Overigens probeert het museum het boek toch in de verkoop te krijgen.
A.D. Harvey, ‘Arnhem’, Cassell & Co, Wellington House, 125 Strand, Londen 2001,
ISBN 0-304-35699-9, 217 pagina’s, geïllustreerd, prijs £ 14,99. De prijs in euro’s is nog niet bekend.
(Wybo Boersma)

Download

Vrienden van het AIRBORNE Museum
Utrechtseweg 232
6862 AZ Oosterbeek
Tel. museum (026) 333 77 10
Tel. penningm. (026) 333 64 76
ISSN 1383-3413
Nieuwsbrief No. 86, mei 2002

Redactie:
Drs. R.P.G.A. Voskuil
C. van Roekel
G.H. Maassen jr. (026) 334 01 42

Bij zijn afscheid als voorzitter van de Vereniging Vrienden op 6 april jl. ontving Chris van Roekel uit handen van Robert Voskuil een bon voor de aanschaf van het standaardwerk ‘Market Garden, Then and Now’, dat in september a.s. verschijnt. Rechts Chris’ opvolger als voorzitter van de Vrienden: Ben Kolster.
(foto G.J. Koster)

Afscheid Chris van Roekel
Tijdens de Algemene Ledenvergadering van de Vereniging Vrienden op 6 april jl. heeft Chris van Roekel afscheid genomen als voorzitter. Hij is opge-volgd door Ben Kolster Chris heeft 19 jaar zitting gehad in het bestuur, en in die periode heeft hij een ongelooflijke hoeveelheid werk verzet van zeer uiteenlopende aard. Chris kwam in het bestuur op 12 maart 1983, toen Jan Smits voorzitter was. Vanaf het begin was het duidelijk dat hij bruiste van energie en nieuwe ideeën. Een van zijn eerste voorstellen was het toevoegen aan de Nieuwsbrief van een zogenaamde ‘Ministory’, waarin een bepaald op zichzelf staand aspect van de Slag om Arnhem aan de orde kon komen. Zelf schreef hij de eerste. Het was het verhaal over het gebruik van postduiven bij de Slag om Arnhem, en het verscheen bij Nieuwsbrief no. 10, van mei 1983. Vele Ministeries van zijn hand zouden nog volgen . Ook de organisatie van themadagen pakte hij voort-varend aan. Zo hield de vereniging onder zijn leiding de eerste grote themadag op 2 juli 1983. Wandel-, bus- en zelfs boottochten volgden. Later stelde hij voor om ook excursies naar het buitenland te organiseren. Dit resulteerde in de zeer succesvolle reizen naar Normandië, Engeland, en naar Hamminkeln in Duitsland. Als oud-hoofdonderwijzer heeft kennisoverdracht aan kinderen altijd zijn speciale belangstelling gehad. In februari 1984 nam hij het initiatief voor het ‘Scholenproject’, waarbij leerlingen op een bijzondere educatieve manier in het Airborne Museum kennis kunnen nemen van de gebeurtenissen in september 1944. Het bleek een schot in de roos, want de belang-stelling voor dit project was, en is nog steeds, groot. Het moet Chris enorme voldoening hebben gegeven, toen hij op 22 juni van het vorig jaar de 50.000ste deelnemende leerling in het Airborne Museum mocht verwelkomen.
In dit project en bij vele andere gelegenheden kwam zijn organisatietalent goed van pas. Chris kent iedereen en daardoor krijgt hij overal gemakkelijk toegang. Weinig mensen kunnen weerstand bieden aan zijn vriendelijke doortastendheid, want wat hij eenmaal in zijn hoofd heeft, krijg je er niet gemakkelijk uit.
Hij was de eerste die sponsors interesseerde om een bijdrage te leveren aan de kosten van bepaalde projec-ten van de vereniging, zoals het drukken van de instruktiemap bij het Scholenproject of het uitgeven van publikaties. De vereniging heeft daarmee aan-zienlijke bedragen uitgespaard.
Ook aan de verkoop van artikelen heeft hij een zeer werkzaam aandeel gehad. Jarenlang heeft hij samen met Mieke de Langen gezorgd voor de voor raad van het winkeltje van de vereniging. Wanneer de vereniging ergens een verkoopstand had ingericht, dan was hij daar vaak te vinden. Een misschien niet algemeen bekend feit is dat, dankzij zijn inspanningen, een aantal jaren achtereen invalide veteranen die dat zelf niet konden betalen, op kosten van een grote ziektekosten-verzekeringsmaat- schappij, de herdenkingen van de Slag om Arnhem konden bijwonen. Het is kenmerkend voor zijn karakter: hij komt altijd op voor mensen die het niet ruim hebben.
Aan het uitdragen van kennis over ‘september 1944’ heeft hij, naast het Scholenproject, in ruime mate bij-gedragen door middel van het stimuleren van publi-katies en het zelf schrijven daarvan.

AI in 1984 nam hij het initiatief tot het samenstellen van een aantal wandel-, fiets- en autogidsjes door het gebied van de Slag om Arnhem. Hij maakte zich sterk voor de uitgave van de ‘Roll of Honour’, die in 1986 verscheen en die verschillende malen is herdrukt. In 1987 volgde het boekje ‘De Tommies Komen’. Diepgravend onderzoek deed hij voor zijn eigen publikaties ‘Who was who during the Battle of Arnhem’ uit 1992 en ‘Verscheurde Horizon’ uit 1998. Jarenlang was hij dagelijks in het Airborne Museum te vinden. Hij regelde van alles, van de bouw van de sokkel onder de Sherman-tank in 1987 en het verven van de kanonnen tot het planten van bloembollen rond het museum.
Toen in 1993 plannen op tafel kwamen om het Airborne Museum te moderniseren, organiseerde hij met een team mensen de Loterij ‘Facelift’ om een deel van dit project te bekostigen. Het kostte hem een ongelooflijke hoeveelheid tijd en energie, maar de grote opbrengst van deze akte maakte veel goed. In België werd een kleine bulldozer gevonden van het type dat bij de Slag om Arnhem was gebruikt, en Chris rustte hij niet voordat die door de vereniging werd aangekocht. Na een lange restauratieperiode, waar hij zelf ook een werkzaam aandeel in had, staat dit voertuig nu te pronken in een van de diorama’s van het Airborne Museum.
In maart 1999 liet Chris zich overhalen om voorzitter van onze vereniging te worden, en vanaf dat moment kreeg hij het nog drukker. Veel leuke en ook minder leuke zaken moesten worden geregeld, en dat deed hij met verve, want hij staat voor zijn zaak.
Chris moet het nu om gezondheidsredenen wat kalmer aan gaan doen, en daarom is hij uit het bestuur getreden, dit tot ons verdriet. Maar tot onze grote vreugde heeft hij toegezegd om voor de vereniging een aantal werkzaamheden te blijven verrichten. Wij zijn hem daar zeer erkentelijk voor! De vereniging is Chris heel veel dank verschuldigd voor alles wat hij in de afgelopen 19 jaar heeft gedaan.
Chris, DUIZEND MAAL DANK!!
(Het bestuur van de Vereniging Vrienden)

Wandeling op 15 juni
Op zaterdag 15 juni a.s. organiseert de Vereniging Vrienden een wandel-excursie door een deel van de ‘Perimeter’ uit 1944.
De wandeling start om 10.00 uur bij het Airborne Museum. In de ochtend wordt een aantal punten bezocht in het noordelijk deel van de ‘Perimeter’, waaronder de posities van het 7e Bataljon van de King’s Own Scottish Borderers. Vervolgens lopen de deelnemers naar restaurant Schoonoord, waar wordt geluncht.
Na de lunch gaat de excursie verder naar de Annastraat (10,h Battalion), de Dam en de Oude Kerk in het Benedendorp. Daar wordt o.a. een aantal posities van het Light Regiment Royal Artillery bekeken. Vervolgens gaat de tocht verder naar de Pietersberg en vandaar naar de Tafelberg, waar de deelnemers met eigen ogen kunnen zien hoe ver dan de sloopwerkzaamheden zijn gevorderd, die eind april begonnen.
De wandeling eindigt om ca. 17.00 uur bij het Airborne Museum.
Wanneer u wilt deelnemen, wordt u vriendelijk verzocht vóór 10 juni contact op te nemen met Eugène Wijnhoud, Bernhardlaan 41/1, 6824 LE Arnhem, telefoon 026 3513100, email: E.Wijnhoud@12move.nl. De kosten voor deze wandelexcursie bedragen 6 20. Hiervoor ontvangt u de lunch en de excursiegids. Dit bedrag dient vóór 10 juni te zijn overgemaakt op gironummer 4403641, t.n.v. de Vereniging Vrienden Airborne Museum, onder vermelding van ‘wandelexcursie’. Er kunnen maximaal 50 leden aan deze wandeling deelnemen.
(E. Wijnhoud)

‘Market Garden in miniatuur’
Op donderdag 18 april jl. vond in het Airborne Museum de opening plaats van de tentoonstelling ‘Market Garden in miniatuur’, die tot 3 november zal duren.
Op de expositie is een aantal diorama’s op schaal 1: 76 te zien, die werden vervaardigd door Guy S. DeLillio uit Amerika, die al jaren lid is van de Vereniging Vrienden. De diorama’s beelden verschillende acties uit die plaatsvonden tijdens operatie Market Garden, waaronder de bevrijding van Eindhoven, de Baileybrug bij het Brabantse Son, en Heli’s Highway. Van de landingen en de gevechten bij Arnhem en Oosterbeek zijn er o.a. modellen van Hartenstein en van de Oude Kerk, de doortocht van de Britse troepen onder het viaduct in de Benedendorpsweg en de acties van Baskeyfield bij de Acacialaan.
Naast de diorama’s worden in de tentoonstelling voorwerpen getoond die te maken hebben met de in de diorama’s getoonde acties. Enkele van deze voorwerpen zijn recent gevonden bij opgravingen.
De opening werd verricht door de heer M. van Etten, van de Vereniging TWENOT. De leden van deze vereniging zijn modelbouwers van militaire voertuigen en diorama’s.
Tegelijk met deze expositie verscheen in Amerika het boek ‘Arnhem: Defeat and Glory, A Miniaturist’s

Modelbouwer Guy DeLillio en zijn vrouw Nina bij de opening van de tentoonstelling ‘Market Garden in miniatuur’ op 18 april 2002.
(foto: Berry de Reus)

Perspective’. Hierin geeft Guy DeLillio in tien hoofd- stukken een overzicht van Market Garden. Het boek cit pagina s telt, is fraai uitgevoerd met duidelijke kaarten en rijk geïllustreerd met kleurenfoto’s van de diorama’s. Veel nieuwe feiten staan er niet in, maar dat pretendeert de schrijver ook niet. Vandaar dat we aan het eind van elk hoofdstuk een duidelijke verwijzing aantreffen naar de door hem gebruikte bronnen. Hoewel de prijs nog niet precies bekend is, zal deze vermoedelijk rond de € 40 liggen. Het boek is binnenkort te koop in de museumwinkel van ‘Hartenstein’. Arnhem: Defeat and Glory, A Miniaturist’s Perspective , door G.S.W. DeLillio, werd uitgegeven bij Schiffer Publishing Ltd, 4880 Lower Valley Road, Atglen, PA 19310, USA, ISBN 0-7643-1443-2.
(Wybo Boersma)

Nieuws van Niall
Van onze vertegenwoordiger in Groot Brittannië, Niall Cherry, ontvingen wij het volgende bericht: ‘Van verschillende mensen die deelnamen aan het succesvolle ‘Britse Weekend’ in juni 2001, ontvingen wij de vraag wanneer opnieuw een dergelijk evenement wordt georganiseerd.
Wij kunnen hierop antwoorden dat het de bedoeling is een vergelijkbaar weekend te houden in juni of augustus 2003. Het programma zal weer bestaan uit een dag waarop het voormalige gevechtsterrein lopend wordt bekeken, en een dag dat we per auto een aantal punten zullen bezoeken. Opgemerkt moet worden dat het programma zeker niet hetzelfde zal zijn als dat van juni 2001.
Alle leden in Groot Brittannië die belangstelling hebben voor dit weekend in 2003 wordt vriendelijk verzocht zo spoedig mogelijk contact op te nemen met Niall Cherry (e-mail: niall.cherry@baesystems.com. Het maximum aantal deelnemers is gesteld op 25.’

Aanwinsten
Via het gemeentearchief van Renkum kreeg het Airborne Museum afgelopen december van de heer. G.R. Castendijk uit Rotterdam een aantal souvenirs uit de Slag om Arnhem. Het gaat hierbij om een Engels instructieboekje voor vliegtuigherkenning, een boekje met informatie over Duitse uniformen en rang- onderscheidingstekens, een boekje getiteld ‘The new dictionary for nurses’, verschillende Duitse en Britse emblemen en een Engels blikje voor ontstekers. Het merendeel van het materiaal werd tijdens en kort na de gevechten in september 1944 door de heer Castendijk gevonden op het landgoed Ommershof in Oosterbeek. Dit landgoed werd in die jaren door de Rotterdamse familie Castendijk gebruikt als zomerverblijf.

Oproep
In Nieuwsbrief nummer 84 maakten wij melding van het overlijden van Dave Morris. In dit stuk noemden wij een Duitse foto waarop Dave zichtbaar is terwijl hij door een Duitser wordt ondervraagd. Omdat wij graag willen weten waar die foto werd gemaakt, hebben wij hem in deze nieuwsbrief afgedrukt. De vraag is dus: bij welk huis (in Oosterbeek, Arnhem, Velp??) is deze foto gemaakt? Let u vooral op het halfronde raam, vaag zichtbaar boven de voordeur. Andere informatie (wie staan nog meer op de foto, en van welke eenheden zijn zij? Wanneer en door wie werd de fotocamera gehanteerd?) is ook van harte welkom. Wanneer u kunt helpen, neemt u dan contact op met Geert Maassen, Gemeentearchief Renkum, Postbus 9100, 6860 HA Oosterbeek, tel. 026 3348303, email gmaassen@renkum.nl.

De ondervraging van Regimental Quartermaster Sergeant Dave Morris (ll’h Battalion), nadat hij op 24 september 1944 in de Beneden Weverstraat in Oosterbeek krijgsgevangen was gemaakt. Waar is deze (Duitse) foto genomen? (foto: collectie R.Voskuil)
Onderhoud diorama’s
Elk jaar wordt in de wintermaanden aan een van de diorama’s in het museum groot onderhoud gepleegd. Dit jaar was het diorama met de 75 mm Pack Houwitser aan de beurt. Aan deze van oorsprong Amerikaanse artillerie werd door de Britten tijdens de oorlog een aantal veranderingen aangebracht. Zij brachten ondermeer een verstelbare bevestiging aan tussen de onderzijde van de loop en de as van het kanon, en wijzigden de trekhaak. Deze modificaties zitten niet aan ons kanon, want dat stuk is pas in 1993 uit Amerika gekomen en niet door de Britten gebruikt. Met hulp van de heer Van Vugt uit Soest, bekend van de jaarlijkse demonstraties met een 75 mm houwitser, werden deze wijzigingen nu ook op het museum-kanon aangebracht.
Tijdens het onderhoud zijn ook van de verschillende figuren in het diorama de uniformen uitgetrokken. Daarbij zijn twee opmerkelijke vondsten gedaan. Een van de parachutistenhelmen bleek na schoonmaken op de zijkant een embleem te hebben in de kleuren rood-groen. Dit duidt erop dat de helm afkomstig is van een militair die bij het Pioneer Corps ingedeeld is geweest. Er was echter geen eenheid van het Pioneer Corps bij de le Britse Airborne Divisie ingedeeld. Hoe en wanneer deze helm in het bezit van het museum is gekomen, bleek helaas niet meer na te gaan. Verder bleek een van de gasmaskertassen voorzien te zijn van een herkenningsplaatje, terwijl ook in de tas dezelfde naam staat, De gasmaskertas behoorde aan soldaat Frederick William Ment Peacock, nr 4805802, 17 Platoon, C Company, T’ Battalion The Border Regiment. Peacock raakte op 25 september 1944 in Duitse krijgsgevangenschap. In het boek “When Dragons Flew”, over de geschiedenis van het Border bataljon, staat hij op de foto op pagina 99. De tas is al meer dan 30 jaar in het bezit van het museum, maar er was nooit op de naam gelet. Pas nu door behoudsme- dewerker Roland Boekhorst al het materiaal grondig wordt beschreven, blijkt de identiteit van de oorspronkelijke eigenaar.

Schenking
Frank Steer, auteur van het twee jaar geleden verschenen boek ‘Arnhem, The fight to sustain’, heeft een deel van de opbrengst van de verkoop van deze publicatie afgestaan aan het Airborne Museum. In totaal gaat het hierbij om een bedrag van € 1590. Het spreekt vanzelf dat de Stichting Airborne Museum buitengewoon blij is met deze vorstelijke gift.

Tegels in de koffiekamer
In de voormalige opslagkast van de Vereniging Vrienden op de eerste verdieping van het Airborne Museum, waren tegen de muur een aantal oude Delftsblauwe tegels gemetseld. In overleg met de gemeente, eigenaar van Huize ‘Hartenstein’, en met het Tegelmuseum in Otterlo, zijn deze tegels onlangs voorzichtig losgemaakt door Henk van de Brand en Chris van Roekel. Nadat ze waren schoongemaakt, zijn ze aangebracht achter de haard in de koffiekamer van het museum. Dit gebeurde door Bas Sanders van het Tegelzetbedrijf Zegers uit Arnhem. De kosten voor deze werkzaamheden zijn betaald door de Vereniging Vrienden.

Richard Bingley overleden
Op 26 april jl. bereikte ons het bericht dat Richard Bingley, voormalig pelotonscommandant in de S-Compagnie van het 1° Parachutistenbataljon, is overleden. Met het heengaan van Captain Dick verdwijnt een van de kleurrijkste Airbornes uit ons
gezichtsveld. Over zijn belevenissen schreef hij in Ministory IX. Dick kreeg al in oktober 1940 zijn para-chutistenopleiding, en kwam via No. 2 Commando en llth. SAS in het lc Parabataljon. Hij maakte alle acties van deze eenheid mee, waarbij hij in totaal vier keer gewond raakte. Bij Arnhem verloor hij maar liefst 14 soldaten van zijn peloton, een gebeurtenis die hem nooit meer losliet. Nadat hij tijdens de Korea-oorlog nogmaals zeer ernstig gewond raakte, waarbij hij zijn linkeroog verloor, heeft hij zich steeds ingezet voor militaire oorlogsslachtoffers, o.a. in de Stichting BLESMA (British Limbless Ex Service Men Association.). Hij was steeds een gewaardeerde gast van onze leden Jan en Marian Fogtelo uit Wageningen, schonk als een van de eersten zijn indrukwekkende medaillesel aan het museum, en was ons eerste buitenlandse lid voor het leven. Wij herdenken hem in vriendschap en met eerbied. (Claris van Roekel)

Steel Masters No. 11
Van het Franstalige tijdschrift ‘Steel Masters’, dat handelt over tanks en militaire modellen, wordt een z.g ‘Hors-serie’ uitgegeven. Nummer 6 hiervan had als titel ‘Operation Market Garden’ deel 1. Onlangs kwam als nummer 11 in Hors-serie ‘Operation Market Garden’ deel 2 uit.
Plet blad geeft eerst een aantal goede foto’s van Arnhem (met bronvermelding). Daarna wordt uitgelegd hoe de verschillende voertuigen als model te maken zijn. De tekst is in het Frans, alleen bij de foto’s zijn de teksten ook in het Engels. Overigens zitten in de beschrijvingen bij de foto’s nogal wat fouten. Nieuwe foto’s of gezichtspunten moet men niet verwachten. Toch wel een aardig blad voor de liefhebber, en om de prijs hoeft men het niet te laten.
Steel Masters, Hors-serie No. 6 ‘Operation Market Garden’, tome 1, en Horse-serie No. 11 ‘Operation Market Garden’, tome 2, zijn te bestellen bij: Histoire & Collections, 5 Avenue de la Republique, 75541 Paris Cedex 11, France. Tel : 00 31 140 21 18 20, e-mail : vpc@histcoll.com . De prijs per stuk is € 10,52 + porto € 3,98. Betaling kan per creditcard.
(Wybo Boersma)

Vraagbaak over de Slag om Arnhem op het internet
Iedereen die vragen heeft met betrekking tot ‘Operatie Market Garden’ en in het bijzonder over de Slag om Arnhem, kan zijn of haar vragen plaatsen op het ‘Arnhem, The Online Forum’. Mogelijk dat andere geïnteresseerden op gestelde vragen kunnen antwoorden.
Om een zo groot mogelijke groep te bereiken, is Engels zoveel mogelijk de voertaal in het forum, maar vragen in het Nederlands of Duits zijn eveneens welkom. Het forum is op internet te vinden op http://1I6.parsimony.net/forum28518/ of via de webpagina van de Arnhem Battle Research Group http://back.to/arnhem of www.arnhembattle.com.

Download

Vrienden van het AIRBORNE MUSEUM

Utrechtseweg 232
6862 AZ Oosterbeek
Tel. museum (026) 333 77 10
Tel. penningm. (026) 333 64 76
ISSN 1383-3413
Nieuwsbrief No. 87, augustus 2002

Redactie:
Drs. R.P.G.A. Voskuil
C. van Roekel
G.H. Maassen jr. (026) 334 01 42

Excursie naar Nijmegen en Driel
Zoals wij reeds in Nieuwsbrief No. 85 aankondigden, organiseert de Vereniging Vrienden op zaterdag 12 oktober a.s. een bus-excursie met als onderwerp: ‘De geallieerde opmars van Nijmegen tot Driel en de strijd van de Poolse Para Brigade’. De tocht zal worden geleid door Marcel Anker, Geert Maassen, Peter Vrolijk en Luuk Buist.

Het programma ziet er als volgt uit:
09.00 uur: Vertrek van de bus vanaf de parkeerplaats bij de Goede Herderkerk in Oosterbeek, op de hoek J.J. Talsmalaan/Utrechtseweg.
09.30 uur: Bezoek aan de begraafplaats ‘Jonkerbos’ bij Groesbeek. Daarna volgen bezoeken aan de posities van het 64e Medium Regiment, Royal Artillery, en de oversteekplaats van het 3e Bataljon van het 504e Regiment van de Amerikaanse 82e Airborne Divisie bij de electriciteitscentrale, beide te Nijmegen. Vervolgens wordt aandacht besteed aan de verovering van de spoorbrug en de verkeersbrug bij die stad, en de opmars van de 43e Wessex Divisie door de Betuwe.
12.00-13.00 uur: LUNCH in Valburg.
13.00 uur: Vervolg van de opmars naar Driel. Bezoek aan het landingsterrein van de Poolse Parachu-tistenbrigade, en uitleg over de gevechten in en rond het dorp Driel.
17.00 uur: Terugkomst in Oosterbeek.
De kosten voor deelname bedragen € 35 per persoon. Hiervoor krijgt u de bustocht, de lunch en de excur- siegids. Dit bedrag kan worden overgemaakt op post- gironummer 4403641 van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum, onder vermelding van ‘Nijmegen-Driel’. Het geld moet uiterlijk 28 september a.s. binnen zijn. Inschrijvingen worden behandeld in volgorde van binnenkomst. Er zijn maximaal 45 plaatsen beschikbaar. Bij overtekening krijgt u bericht als u NIET mee kunt.
Voor vragen over deze excursie kunt u contact opnemen met Eugène Wijnhoud, telefoon 026 3513100, e-mail e.wijnhoud@ 12move.nl

Dennis Munford overleden
Op 27 februari 2002 overleed op 89-jarige leeftijd Dennis Munford. In september 1944 was majoor D.S. Munford ‘Battery Commander’ van No. 3 Battery, Airlanding Light Battery, Royal Artillery. In de avond van de 17e wist hij de Rijnbrug in Arnhem te bereiken. Van daar uit leidde hij de volgende dagen via de radio het vuur van de kanonnen (houwitsers) van zijn afde-ling, die bij de Oude Kerk in Oosterbeek stonden opgesteld.
Op 31 maart jl. droeg Peter Wilkinson, in september 1944 ‘Command Post Officer’ van No. 3 Battery, een aantal persoonlijke bescheiden van Dennis Munford over aan het Airborne Museum.

37 maart 2002. Peter Wilkinson (links) draagt een aantal persoonlijke bezittingen van de op 27 februari jl. overleden Dennis Munford over aan de directeur van het Airborne Museum, de heer W. Boersma.
(foto Berry de Keus)

Video ‘Theirs is the Glory’
Na enige jaren uitverkocht te zijn geweest, is sinds kort de Britse film ‘Theirs is the Glory’ weer op video verkrijgbaar in het Airborne Museum. De film, die in 1945 voor een belangrijk deel in de ruïnes van Arnhem en Oosterbeek werd opgenomen, is een ‘reconstructie’ van de Slag om Arnhem.
Van deze uitgave, waarvan de doos is voorzien van een zeer fraai omslag, zijn 750 exemplaren vervaardigd, en die worden alleen verkocht in het Airborne Museum in Oosterbeek De video duurt 82 minuten. De prijs bedraagt € 27.

Medaillevitrine
Al spoedig na de opening van het Airborne Museum in Hartenstein op 11 mei 1978 hebben veel veteranen de wens te kennen gegeven dat hun medailles daar geëxposeerd zouden kunnen worden. Deze wens werd door generaal Urquhart ondersteund tijdens de herdenking in 1984 met een oproep aan de oudstrijders om hun onderscheidingen bij legaat te doneren aan het museum. In de loop der jaren heeft ‘Hartenstein’ meer dan zestig medaillesets gekregen. Afgelopen winter zijn door Roland Boekhorst, behoudsmedewerker, en Dick Knoop, vrijwilliger, alle bekende gegevens van deze sets en hun eigenaren in een computerbestand opgeslagen. Bezoekers kunnen in de toekomst deze informatie zelf via de computer opvragen. In de grote zaal staat deze zomer bij de medaillevitrines een proefopstelling, waarin een deel van de gegevens is opgeslagen. Een en ander zal in de toekomende tijd verder uitgewerkt worden. Voor het uitzoeken van de gegevens, de invoer, en het redigeren van de teksten wordt hulp gezocht. Vrijwilligers die aan dit project willen meewerken, kunnen voor meer informatie contact opnemen met W. Boersma, per e-mail w.boersma@wxs.nl of via het Airborne Museum (026 3337710).

Lezingen op 8 september
Op 8 september a.s. zal onze vertegenwoordiger in Groot-Brittannië, Niall Cherry, drie korte lezingen geven in restaurant Schoonoord in Oosterbeek. De onderwerpen die worden behandeld zijn 1) ‘De ver-dediging van de Van Limburg Stirumschool aan de oostzijde van de Rijnbrug in Arnhem’, 2) ‘Leo Hall, artillerist bij de brug’, 3) ‘Dr. Lipmann Kessel en zijn ontsnapping uit Apeldoorn’.
De serie causerieën, die in het Engels zullen worden gegeven, begint om 14.00 uur, en duurt ca. twee uur. Na afloop is er gelegenheid tot het stellen van vragen. Wanneer u van plan bent om aan deze middag deel te nemen, dan wordt u vriendelijk verzocht contact op te nemen met Eugène Wijnhoud, telefoon 026 3513100, e-mail: e.wijnhoud@12move.nl

Vrijwilligers gevraagd
Het Airborne Museum en de Vereniging Vrienden werken bij verschillende activiteiten nauw samen bij de organisatie van de verkoopstands. Voor de bemensing hiervan worden vrijwilligers gevraagd. Het eerstvolgende evenement waaraan wordt deelgenomen is de Airborne Wandeltocht op 7 september aanstaande. Heeft u belangstelling om mee te helpen, dan wordt u vriendelijk verzocht contact op te nemen met W. Boersma in het Airborne Museum (026 3337710) of via e-mail: w.boersma@wxs.nl

Oproep
In de vorige Nieuwsbrief plaatsten wij een foto van de ondervraging van Dave Morris, vóór een villa waarvan de locatie nog niet bekend is. Helaas is bij de drukker de bovenzijde van de afbeelding, waarop het halfronde raam boven de deur zichtbaar is, weggevallen. Omdat het een essentieel element betreft, en de

Linker foto: Dave Morris wordt bij de ingang van een villa door een Duitser ondervraagd.
Rechter foto: De Poolse luitenant-kolonel Martin Roller, die bij Oosterbeek gevangen werd genomen, in gesprek met een aantal Duitse militairen. Is dit voor hetzelfde pand als waar Dave Morris werd gefotografeerd?
(foto’s september 1944; collectie R. Voskuil)

reacties op de oproep nog geen licht hebben geworpen op de locatie, plaatsen we de foto nu opnieuw, samen met een andere afbeelding waarvan we eveneens graag topografische informatie willen hebben. Het zou zelfs mogelijk kunnen zijn dat de beide foto’s bij dezelfde villa zijn gemaakt. Iedereen die kan helpen met het oplossen van dit raadsel, kan contact opnemen met Geert Maassen, Gemeentearchief Renkum, Postbus 9100, 6860 HA Oosterbeek, tel. 026 3348303, e-mail gmaassen@renkum.nl

Website Airborne Museum
Voor de website van het Airborne Museum www.airbornemuseum.com is veel belangstelling. Gemiddeld wordt de site 3500 keer per maand geraadpleegd. Zij wordt regelmatig uitgebreid en onderhouden door de heren B. de Reus en P. Klaassen. Veel zorg wordt besteed aan het actualiseren, waarbij ook foto’s van activiteiten en bezoeken op korte termijn worden geplaatst.
De verkoop van artikelen, met name van boeken, via de website blijkt een groot succes. Uitbreiding van het assortiment wordt voorbereid.

Een andere kijk op de Slag om Arnhem
Enige tijd geleden is van ons lid Peter Berends een boek verschenen dat de Slag om Arnhem van de Duitse kant laat zien. In diverse eerdere publicaties vinden we korte of lange verslagen van Duitse of Nederlandse militairen die aan deze slag hebben deelgenomen. Die vormen de voornaamste bron die de schrijver heeft gebruikt. De gegevens in die rapporten worden in het boek zonder enige kritiek en commentaar als waarheidsgetrouw aangehaald. Overigens is gebruik gemaakt van verslagen die vrij algemeen bekend zijn. Het merendeel is door Duitsers in de oorlog of kort daarna geschreven. Ook de interpretatie van veelal Duitse foto’s wordt als bron gebruikt.
Echt veel nieuwe feiten komen niet aan het licht. Wel wordt de strijd, van de Duitse zijde gezien, duidelijk beschreven. Uit het hele boek blijkt dat ook door onze oosterburen hard gevochten is, iets wat in veel andere publicaties onderbelicht wordt. Met name de beschrijving van de gevechten rond het St. Elisabeths Gasthuis op 18 en 19 september 1944 geeft meer duidelijkheid over een aantal gebeurtenissen.
Helaas treffen we in het boek enkele historische fouten aan die gemakkelijk vermeden hadden kunnen worden, en waarvan er hier een aantal wordt genoemd. De aanduiding van de droppings- en landingszones op de kaarten is niet geheel correct, en ook in de tekst worden die deels fout vermeld: pagina’s 80 en 126. Een Airlanding Anti-tank Battalion, Royal Engineers, heeft nooit bestaan: bladzijde 151. Zo zijn nog meer fouten te vinden die eenvoudig voorkomen hadden kunnen worden. Het veelvuldig gebruik van Duitse termen of vertalingen die een gei manisme zijn, moet een Duitse sfeer scheppen maar doet afbreuk aan de tekst. Wat moeten we ons voorstellen bij een
‘zelfrijdend platform’? Een aantal passages komt meerdere malen in bijna gelijkluidende bewoording terug. Dat Duitsers veelal sneuvelden door Britse sluipschutters, dat de Britten Duitse rodekruissolda- ten beschoten, en dat de Duitse krijgsgevangenen met lepels dekkingsgaten achter Hartenstein moesten graven – zoals de schrijver beweert – wordt nergens met documenten onderbouwd. De Duitse, Britse en Nederlandse rangen worden op een merkwaardige wijze door elkaar gehutseld. ‘Overste’ wordt vertaald als ‘Oberstleutnant’ en ‘luitenant-kolonel’ als ‘Generalleutnant’, en dat doet merkwaardig aan. Het was het boek ten goede gekomen als een militair geschoolde meelezer deze fouten eruit gehaald had. Hopelijk zal bij een eventuele herdruk nog eens kritisch naar de tekst gekeken kunnen worden.
Ondanks deze missers is het een interessant boek, dat na ruim 57 jaar ook de andere, vaak onderbelichte, zijde van de Slag toont. Het is zeker de moeite waard om aan te schaffen en met interesse te lezen.
Peter Berends, ‘Een andere kijk op de slag om Arnhem: De snelle Duitse reactie’, Uitgeverij Aspect (Soesterberg) 2002, (ISBN 90-5911-008-0), telt 382 pagina’s, en is geïllustreerd met foto’s en kaarten. De prijs bedraagt € 26,98.
(W. Boersma)

Burma of Arnhem?
Ons lid Philip Reinders van de ‘Arnhem Battle Research Group’ stuurde ons het onderstaande verhaal over het opmerkelijke resultaat van archiefonderzoek. ‘Speurend in het archief van de gemeente Arnhem kwam ik enige tijd geleden een brief tegen die was gedateerd 21 november 1945. Hij was gericht aan de burgemeester, en werd geschreven door mevrouw E. Robinson uit Birkenhead in het Verenigd Koninkrijk. In de brief vraagt ze om informatie over haar vermiste zoon Richard Lawrence Robinson (legernummer R/81094), ‘Driver’ bij No. 1 Parachute Platoon, 250 Airborne Light Company. Mevrouw Robinson wist dat haar zoon bij Arnhem gedropt was op 17 september 1944, en sinds de 25e was vermist. Ik kon de naam in eerste instantie niet thuisbrengen, en ook in de Roll of Honour kwam hij niet voor. Dat kon twee dingen betekenen: of hij was niet bij Arnhem geweest of hij stond niet geboekt als vermist bij de Slag. Bij raadpleging van de website van de Commonwealth War Graves Commission bleek dat hij vermist was sinds 26 september 1944 en wel in Burma! Zijn naam stond vermeld op het Rangoon Memorial in Myanmar, de huidige naam van Burma. Myanmar ligt in Zuidoost-Azië, dus het was duidelijk dat er ergens een fout was gemaakt.
De gemeente Arnhem had mevrouw Robinson op 10 januari 1946 geantwoord dat haar zoon niet was begraven op de Airborne Begraafplaats in Oosterbeek, maar waarschijnlijk in Groesbeek. Waarom men dit laatste meldde is niet duidelijk. Na overleg met Geert Maassen heb ik de bovenstaande gegevens doorgestuurd naar Jan Hey in Hengelo met de vraag of hij er iets mee kon doen. Ook hij vermoedde dat ergens een vergissing was gemaakt, en hij nam contact op met de Britse autoriteiten. Inmiddels had ik in mijn eigen archief een kopie gevonden van een officieel document van vlak na de Slag om Arnhem, waarop Driver Robinson vermeld stond als vermist tijdens de gevechten.
Op 19 januari 2002 kreeg ik bericht van Jan Hey dat de Britse autoriteiten hadden gemeld dat er een fout was gemaakt, en dat Robinson tijdens de Slag om Arnhem was omgekomen.
Hij zal dan ook in de volgende editie van de Roll of Honour worden opgenomen, met de vermelding ‘No known grave.’

Expositie in het gemeentehuis
Twee leden van de Vereniging Vrienden, Luuk Buist en Philip Reinders, zijn in samenwerking met de gemeentearchivaris Geert Maassen bezig met de voorbereiding van een expositie in het gemeentehuis in Oosterbeek De werktitel van deze tentoonstelling luidt ‘Wings, by air to Arnhem’, en gaat over de glider- en bevoorradingsvluchten en vliegtuigcrashes gedurende de Slag om Arnhem. Over dit onderwerp hebben de samenstellers veel materiaal verzameld, zoals documenten, foto’s, maar ook bodemvondsten. De expositie zal worden gehouden van 5 september tot en met 10 oktober 2002.

De Tafelberg
Het pand Pietersbergseweg 46 te Oosterbeek, beter bekend als Huize de Tafelberg, is de afgelopen weken in het Renkumse regelmatig in het nieuws geweest. Het deel van het hoofdgebouw dat als gemeentelijk monument is aangewezen (het meest noordelijke stuk, met de karakteristieke voorgevel) staat er nog, de rest is inmiddels gesloopt (zie de foto).
In de diverse krantenberichten werd uiteraard regel-matig melding gemaakt van het feit dat Hotel de Tafelberg in september 1944 als noodhospitaal in gebruik was. En dat die rol in de historie van de gemeente Renkum eigenlijk de belangrijkste reden is geweest voor het college van burgemeester en wet-houders om een kenmerkend deel van het pand, mede op voorspraak van de Vrienden, te beschermen en op de gemeentelijke monumentenlijst te plaatsen. De media herinnerden ons er ook aan dat vele gewonden tijdens de Slag om Arnhem een plek kregen in het gebouw. En dat talrijke hulpvaardige handen, van zowel (eerst) burgers als (later) militairen, toen nuttig en dankbaar werk verrichtten.
Daarbij wordt wel eens vergeten dat niet alleen soldaten er het leven lieten, maar ook Oosterbeekse ingezetenen. Zo stierf op 21 september 1944 Agnese Elisabeth (Bijtje) van der Veen aan haar verwondingen; ze werd slechts 16 jaar. En Cornelia Maria Aleida (Corrie) Roessingh, die meehielp met het verzorgen van gewonde militairen, kwam vier dagen later om het leven (28 jaar oud) bij een granaatinslag.
Tot slot mag ook nog wel vermeld worden dat De Tafelberg niet als Brits noodhospitaal fungeerde, maar, al vóór de slag, door het gemeentebestuur aan
gewezen was als ziekenhuislocatie voor de burgers van Oosterbeek in tijden van nood. In die laatste hoe-danigheid werd het gebouw op de eerste dag van ope-ratie Markot Garden in gebruik genomen door een team onder leiding van huisarts G.H.O. van Maanen. Later (maandagavond) kwam de Britse arts Colonel Graeme Warrack (Royal Army Medical Corps) vragen of hij en zijn mannen ook van het gebouw gebruik mocht maken. En dat werd toegestaan. Aldus kreeg het Oosterbeekse noodziekenhuis geallieerde gasten.
Met dank aan mw. Annie Pelster (geboren Caspers) voor door haar geleverde historische gegevens, gebaseerd op haar eigen ervaringen als hulpverleenster in De Tafelberg.
(Geert Maassen)

5 juni 2002. Slopers zijn bezig met de afbraak van Huize de Tafelberg. Alleen hel voorste deel, dat de status van monument heeft gekregen, zal worden behouden.
(foto Berry de Reus)

Medewerking gevraagd
Van ons lid Arie-Jan van Hees ontvingen wij de volgende oproep.
‘In 2004 hoop ik een boek te publiceren waarin de ‘luchtaspecten’ van de RAF bevoorradings-droppings bij Arnhem zullen worden beschreven. Van de ruim 600 gevlogen ‘sorties’ keerden 91 toestellen niet terug op hun basis in Engeland. In het boek zullen per dag alle sorties per vliegveld en squadron beschreven worden. Tevens zal ruime aandacht besteed worden aan de crashes, voortijdige landingen en voorzorgs- landingen van de betrokken vliegtuigen. Ook zullen aan de orde komen de lotgevallen van de bemanningsleden, zowel het vliegend personeel als de Royal Army Service Corps ‘despatchers’.
Vanuit verschillende ‘Brabantse bronnen’ is de toevloed van informatie groot. Vanuit ‘het Gelderse’ kan ik nog wel wat extra hulp gebruiken.
Iedereen die over relevante informatie beschikt en die wil meewerken aan deze publicatie, kan contact opnemen met Arie-Jan van Hees, Courtpendu 7, 6245 FE Eijsden, telefoon 043 4092279, e-mail: aivhces@worldonline.nl.
Alvast bedankt!’

Download

Vrienden van het AIRBORNE Museum|
Utrechtseweg 232
6862 AZ Oosterbeek Tel. museum (026) 333 77 10 Tel. penningm. (026) 333 64 76
ISSN 1383-3413
Nieuwsbrief No. 88, oktober 2002
Redactie:
Drs. R.P.G.A. Voskuil
C. van Roekel
G.H. Maassen jr. (026) 334 01 42

Airborne Begraafplaats, 22 september 2002. Tijdens de herdenkingsdienst leggen kinderen bloemen op de graven, (foto Berry de Reus)

Van de redactie
De afgelopen periode, waarin ook de 58e herdenking van de Slag om Arnhem plaatsvond, is er weer veel gebeurd dat het vermelden waard is. Maar omdat we geen ruimte hebben om alle ontvangen kopij in dit nummer te plaatsen, zal een deel van de artikelen in de volgende nieuwsbrief worden gepubliceerd.

Themamiddag op 2 november a.s.
Op zaterdag 2 november a.s. organiseert onze vereniging een themamiddag in Zalencentrum ‘Lebret’ aan de Lebretweg in Oosterbeek.
Het programma ziet er als volgt uit:
13.30 – 14.00 uur: Ontvangst van de leden.
14.00 – 15.00 uur: Lezing door Marcel Zwarts over de inzet van Duitse pantservoertuigen tijdens de Slag om Arnhem. Marcel doet al jaren onderzoek naar dit onderwerp en publiceerde onlangs het boek ‘German Armored Units at Arnhem, September 1944′. Met behulp van een groot aantal dia’s zal hij het onderwerp illustreren.
15.00 – 15.45 uur: PAUZE.
15.45 – 16.30 uur: Tweede deel van de lezing van Marcel Zwarts.
16.30 – 17.00 uur: Gelegenheid tot het stellen van vragen, discussie en napraten.
Ca. 17.15 uur: Einde themamiddag

Oproep
Patrick Pronk, auteur van het boek ‘Airborne Engineers, The Shiny 9th’, is bezig met het verzamelen van gegevens over de geschiedenis van het lst Parachute Squadron, Royal Engineers. Hij zoekt documenten, persoonlijke verslagen, foto’s, etc. Mensen die hem willen helpen, in het bijzonder veteranen van deze eenheid, wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen met Patrick Pronk, Doornstraat 279, 2584 AM Scheveningen, Holland, telefoon 070 3545581, e-mail: PJPronk@hotmail.com.

Battlefield guide Henry McAnelly overleden
In zijn woonplaats Kortenhoef overleed op 11 juli jl. op 79-jarige leeftijd de Arnhem-veteraan Henry McAnelly. Gedurende bijna dertig jaar leidde de oud- militair mensen rond over het gebied van de Slag om Arnhem.
In september 1944 maakte hij als Private deel uit van een mortier-eenheid van het 1S1 Parachute Battalion. Tijdens de opmars naar Arnhem raakte hij zwaar gewond bij Mariëndaal, tussen Oosterbeek en Arnhem. Hij verloor zijn linkerarm, en kreeg tientallen schot- en scherfwonden in zijn hoofd en in de rest van zijn lichaam. Hij werd vervoerd naar het St. Elisabeths Gasthuis, en vandaar naar de Koning Willem III kazerne in Apeldoorn, waar hij aan zijn verwondingen werd geopereerd. Eind oktober werd hij overgebracht naar krijgsgevangenkamp Stalag 7 bij de plaats Freising. Daar werd hij opnieuw behandeld, nu door Duitse artsen. Vlak voor de Duitse capitulatie werd hij via Zwitserland en Frankrijk naar Marseille vervoerd, vanwaar hij met een hospitaalschip naar Liverpool werd gebracht. Na de oorlog bracht hij lange perioden door in ziekenhuizen. Wanneer hij kon, reisde hij in die tijd ieder jaar naar Oosterbeek om het voormalige slagveld te bezoeken. In 1954 verhuisde hij naar Nederland, waar hij een baan kon krijgen. Na zijn vervroegde pensionering ging hij belangstellenden rondleiden in het gebied rond Arnhem. Hij heeft dat bijna dertig jaar volgehouden.
Zijn belevenissen werden door de auteur Edward Monroe-Jones gebruikt voor zijn in 1990 verschenen boek ‘Before 1 Sleep, A novel about Arnhem’.

Herdenkingsenveloppe 2002
Op 17 september 2002 heeft het Airborne Museum in Oosterbeek haar jaarlijkse herdenkingsenveloppe uit-gegeven. Deze uitgave is de zevende in de serie met als onderwerp: ‘Monumenten van de Slag om Arnhem’. De enveloppe toont het monument voor de 101c US Airbornedivisie op de Drielse Rijndijk bij Heteren.
Op 4 oktober 1944 nam de 101° US Airbornedivisie de posities tussen Opheusden en Eist over van de 43c Britse (Wessex) Divisie. Bij Opheusden moesten de Amerikanen felle strijd leveren met de Duitse 363e Volksgrenadierdivisie. De Duitsers waren de Rijn overgestoken, en gesteund door tanks, vanuit Resteren, een opmars begonnen richting Opheusden- Dodewaard. Deze ‘Slag bij Opheusden’ duurde tot 15 oktober. Hierbij werd ook de Easy Company, 506° Parachute Infantry Regiment, de ‘Band of Brothers’ ingezet.
In de nacht van 22 op 23 oktober staken 138 Britten, 10 Nederlanders en twee Russen met hulp van het Nederlandse verzet en de Easy Company vanuit Renkum de Rijn over, en bereikten de Amerikaanse linies. Deze actie had als codenaam ‘Operatie Pegasus’.
Zes dagen later voerden zes Amerikaanse parachutisten een verkenningspatrouille uit naar Ede, en keerden de volgende dag met 32 Duitse gevangenen terug, een wapenfeit dat bekend werd als de ‘Incredible Patrol’.
Op 29 november werden de Amerikanen afgelost. De verdediging van de Betuwe, ook wel ‘Het Eiland’ genoemd, kostte de 101th Airbornedivisie meer dan 300 doden.
Het monument op de Rijndijk bij Heteren herinnert aan hun inzet. Het is opgericht door leden van het ‘101c Airborne Comité Betuwe’, en werd onthuld op 15 september 1982.
De oplage van de herdenkingsenveloppe is 300 genummerde exemplaren. Ze zijn op 17 september 2002 gestempeld met het filatelistenstempel van het postkantoor te Oosterbeek.
Het eerste exemplaar werd aangeboden aan de ‘Leader of the Pilgrimage’, 2002, Sir James Cleminson. Hij was in september 1944 commandant van het 5C Peloton, B Compagnie, 3e Parachutistenbataljon. De herdenkingsenveloppe is voor € 3,00 te koop in het Airborne Museum in Oosterbeek. Na overmaking van € 4,00 op giro 4184300 t.n.v. Airborne Museum, Oosterbeek, onder vermelding van ‘Enveloppe 2002’ wordt deze toegestuurd.
Enveloppen van de voorgaande jaren zijn in beperkte mate nog verkrijgbaar in het museum. Zie ook de website: www.airbornemuseum.com.

16 september 2002. De vorige voorzitter van de Vereniging Vrienden, Chris van Roekel, ontvangt uit handen van auteur Karel Margry een exemplaar van het boek ‘Operation Market- Garden, Then and Now’. Chris kreeg dit boek als dank voor al het werk dat hij de afgelopen twintig jaar heeft gedaan voor onze vereniging. Dit cadeau was hem toegezegd bij zijn afscheid op 6 april van dit jaar, toen hij, vooruitlopend op het verschijnen van deze publikatie, een ‘symbolische boekenbon’ ontving.
(foto: Berry de Reus)

‘Operation Market-Garden, Then and Now’
Op maandagmiddag 16 september jl. is in ‘Hartenstein’ het monumentale boekwerk ‘Operation Market-Garden, Then and Now’ gepresenteerd. Nadat Z.K.H. Prins Bernhard eerder die dag van de auteur een boek had gekregen, werd het officiële eerste exemplaar aan het bestuur van de Stichting Airborne Museum aangeboden ten behoeve van de museumbibliotheek. Na meer dan twaalf jaar was hiermee een zeer omvangrijk werk van de schrijver Karel Margry afgesloten. Karel, in de kring van de Vrienden geen onbekende, is al jaren redacteur van het tijdschrift ‘After the Battle’, dat in Nederland verschijnt onder de naam ‘Toen en Nu’. Het nu uitgekomen boek volgt dan ook geheel de stijl die we van dat periodiek gewend zijn. Dit gecombineerd met de bijna encyclopedische kennis van Karel van de operatie Market Garden, heeft geleid tot een uitstekende publicatie. Hierbij heeft de schrijver niet geschroomd bij tientallen experts op deelgebieden advies in te winnen. In twee delen is met 2340 foto’s de gehele operatie, zowel de Britse, de Poolse en de Amerikaanse luchtlandingen als de opmars van het grondleger, inclusief de legerkorpsen die zorgden voor de flankdekking, van dag tot dag en soms van uur tot uur in beeld gebracht. De bijschriften zijn zeer gedetailleerd en informatief. Het concept van oorlogsfoto’s en foto’s van de huidige situatie levert een ‘battlefield tour Market-Garden’ op, die zowel thuis, vanuit de stoel, als met de boeken in de hand in het veld gevolgd kan worden. Als we ons beperken tot het gedeelte over ‘Arnhem’ kunnen we constateren dat ook hierin toch weer onbekende foto’s staan, die Karel dankzij intensief speurwerk in archieven, musea, persbureaus en particuliere collecties heeft gevonden. De bekende foto’s van de Britse oorlogsfotografen zijn door Karel (allemaal) in de volgorde opgenomen zoals ze gemaakt zijn. Dit levert soms verrassende vondsten op. Verschillende foto’s blijken op een andere locatie gemaakt te zijn dan algemeen werd aangenomen. Ook de veelal bekende foto’s uit het Duitse Bundesarchiv zijn allemaal afgedrukt in de volgorde zoals de fotografen ze maakten. Verder laat Karel o.a. zien welke operatieplannen de Duitsers in een neergestort Geallieerd zweefvliegtuig buitmaakten, en uit welk toestel ze afkomstig waren. Hoewel de verkenningsfoto’s die de aanwezigheid van Duitse tanks aantoonden, uiteindelijk niet gevonden zijn, geeft de schrijver hierover veel nieuwe gegevens. Het zijn twee delen om in één adem uit te lezen, hoewel dat de nodige nachtrust kost, en daarna regelmatig door te bladeren. Het boek is alleen in het Engels uitgebracht, en wordt geleverd in een stevige cassette. Ondanks de forse prijs is het een boek dat in geen enkele boekenkast van geïnteresseerden in de opera- tie Market Garden mag ontbreken. Hel is te koop in de museumwinkel.
Karel Margry, ‘Operation Market-G arden, Then and Now’. ISBN 1 870067 39 8. Uitgegeven door Battle of Britain International Ltd, Church House, Church Street, Londen, E15 3JA, United Kingdom. Het boek telt 720 pagina’s, en is geïllustreerd met foto’s, kaarten en tabellen. De prijs: € 130. (Wybo Boersma)

Lezing Niall Cherry
Op zondagmiddag 8 september 2002 hadden ca. dertig leden zich verzameld in de zijzaal van restaurant Schoonoord in Oosterbeek om te luisteren naar drie korte lezingen door onze vertegenwoordiger in het Verenigd Koninkrijk, Niall Cherry. Het eerste onderwerp dat voor het voetlicht werd gebracht, was de strijd om de Van Limburg Stirumschool bij de Rijnbrug in Arnhem. Volgens de spreker was de dagenlange verdediging van dit gebouw tegen een grote Duitse overmacht met een zeer beperkt aantal mannen, een daad van grote moed en dapperheid. Zijn volgende verhaal speelde zich eveneens af bij de brug, en handelde over Leo Hall, ‘Bombardier’ bij het lsl Airlanding Light Regiment, Royal Artilllery. In zijn derde bijdrage ging Niall in op de belevenissen van dokter Lipmann Kessel en zijn ontsnapping uit Apeldoorn.
Na deze drie in heldere en duidelijke taal gebrachte verhalen, was er gelegenheid tot het stellen van vragen, die Niall (bijna) allemaal kon beantwoorden. Één vraag moest onbeantwoord blijven: ‘Waarom werd de commandant van het ls’ Airlanding Light Regiment, Royal Artillery (Lieutenant Colonel W.F.K. Thompson), ‘Sherrif’ Thompson genoemd?’ Reacties graag naar de redactie!
Na afloop van de presentaties bleven de meeste toe-hoorders nog lang napraten. Niall heeft toegezegd om in september 2004 opnieuw een aantal onderwerpen te bespreken. We kijken er naar uit!

Op 8 september jl. hield Niall Cherry een lezing in restaurant Schoonoord in Oosterbeek.
(foto: Bcrry de Reus)

‘Luchtalarm op de Veluwe’
Het boek ‘Luchtalarm op de Veluwe’ (door Wol ter Noordman) vertelt de belevenissen van de bemanning van de Amerikaanse bommenwerper 42-52506 (een Liberator) die op 29 april 1944 bij Hierden op de Noord-Veluwe neerstort. Een deel van de bemanningsleden komt in contact met het verzet, en weet onder te duiken. Het zijn voornamelijk hun belevenissen die door Noordman minutieus uitgesponnen worden. Hij maakt hiervoor gebruik van diverse publicaties, vele archieven en verklaringen van ooggetuigen. Enkele vliegers nemen in november 1944 deel aan operatie Pegasus II, waarbij geprobeerd wordt ruim honderd Britse parachutisten en andere geallieerde militairen over de Rijn naar bevrijd Zuid- Nederland te laten ontsnappen. Zoals bekend mislukt deze operatie. Noordman geeft een uitgebreid verslag van Pegasus II en een lijst van deelnemers. De schrijver schetst een goed beeld van het verzet op de Noordelijke Veluwe. Hij laat zien met welk moeilijkheden zowel de helpers als de geallieerde militairen te kampen hadden om uit handen van de Duitsers te blijven. Dat geluk hierbij ook vaak een grote rol speelde, zal niemand verbazen.
In het algemeen geeft het boek een ietwat brokkelig verhaal. De schrijver had de keus of per persoon een beschrijving te geven waarbij herhalingen niet te ver-mijden zijn, of om zoveel mogelijk een chronologische volgorde aan te houden, wat de leesbaarheid niet altijd ten goede komt. Het boek is ruim voorzien van noten, een bronvermelding en een goede fotoverantwoording, die in veel andere boeken nogal eens ontbreken. Voor mensen die niet zo bekend zijn op de Veluwe zou een eenvoudig kaartje misschien wel handig zijn geweest.
Het boek is van harte aan te bevelen. Zowel geïnteres-seerden in de luchtoorlog als in het Verzet en in operatie Market-Garden, vinden in deze publicatie voldoende van hun gading. ‘Luchtalarm op de Veluwe’, door Wolter Noorman, verscheen in 2002 bij Kok in Kampen (ISBN 90 435 0523 4), telt 172 pagina’s, en is geïllustreerd met foto’s. Het boek is via de reguliere boekhandel te bestellen. Het is ook te koop in het Airborne Museum. Prijs € 14,95 (W. Boersma)

Nieuwe foto ontdekt
Een van onze leden, die om hem moverende redenen graag anoniem wil blijven, kwam onlangs met een wel heel bijzondere foto op de proppen. Het betreft een kiekje dat in september 1944 in de regio Arnhem werd gemaakt. Op de afdruk is een Duits rupsvoertuig te zien van een type waarvan wel bekend was dat het bij de Slag om Arnhem was ingezet, maar waarvan tot op heden geen fotografisch bewijs was geleverd. De foto werd gemaakt door Ruud van der Sijde, die destijds woonachtig was op de hoek Utrechtseweg/ Rosandelaan, in een westelijke buitenwijk van de Gelderse hoofdstad. Ruud legde een Jagdpanzer IV op de gevoelige plaat vast, die ter hoogte van zijn huis over de Utrechtseweg in de richting van Oosterbeek reed, op de morgen van maandag 18 september 1944. Onze deskundigen zijn nu bezig om alle gegevens over (de inzet van) deze tankjager en de eenheid waartoe hij behoorde,, en over zijn Britse tegenstanders, op een rijtje te zetten. In een volgende Nieuwsbrief hopen we op dit interessante onderwerp nader en uitgebreid terug te komen.

Een Jagdpanzer IV op de Utrechtseweg in Arnhem, ter hoogte van de Rosandelaan, rijdend in de richting Oosterbeek, 18 september 1944.
(foto R. van der Sijde)

Aanvulling op de Roll of Honour
Ten behoeve van de onlangs in hel gemeentehuis te Oosterbeek gehouden expositie ‘Wings – by air to Arnhem’ werden uiteraard de nodige naspeuringen verricht. Dit gebeurde met name door Philip Reinders, en wel naar de geschiedenis van in september 1944 neergestorte vliegtuigen. Zo bleek in de Roll of Honour (de erelijst van gevallenen) een toestel vermeld te staan waarvan de crashlo- catie niet bekend was. Volgens het standaardwerk van Jan Hey betreft het een Dakota van 512 Squadron, de KG-418, van piloot Flight Lieutenant R.S.F. Matthews. Bij het neerstorten, op 20 september 1944, waren geen dodelijke slachtoffers gevallen, en dat maakte het mede moeilijk, zo niet onmogelijk, de juiste plek te bepalen. In Band 2 van de bekende boekenserie Blik Omhoog, van auteur Cor Janse, staat op blz. 733 een luchtfoto van het gebied de Buunderkamp, nabij de Ginkelse Heide, waarop een genoodlande Dakota is te zien. Het toestel wordt daar nog als een Stirling aangeduid, maar in hel supplement is de fout hersteld, op blz. 1345. Zou dit het toestel van Matthews geweest kunnen zijn?
Via Internet werd contact gekregen met een Canadees, Floyd Willston, die bereid was te helpen met het onderzoek naar het wedervaren van de bemanning van de KG-418, nu 58 jaar geleden. Het bleek dat die destijds na een noodlanding door de Duitsers krijgsgevangen was gemaakt, en de oorlog had overleefd. Een van hen was redelijk snel daarna overleden, namelijk op 17 oktober 1945. Het ging om Warrant Officer Peter B. Tonner (uit Canada), die na terugkeer uit Duitsland was bevorderd tot Flying Officer.
Via Tonners familie, opgespoord door Floyd, kwam de informatie dat Peter op 26-jarige leeftijd was overleden als gevolg van acute tuberculose en hersenvlies-ontsteking, die opgelopen waren tijdens de Duitse krijgsgevangenschap. De conclusie is gerechtvaardigd dat Peter Tonner als een oorlogsslachtoffer van de Slag om Arnhem beschouwd moet worden, en Jan Hey is het daar volledig mee eens. In de volgende druk van de Roll of Honour worden Peters gegevens (evenals die van het toestel en de andere bemanningsleden) opgenomen.
De Dakota kende op woensdag 20 september 1944 tij-dens een bevoorradingsvlucht de volgende bemanning: Flight Lieutenant R.S.F. Matthews (piloot), Flight Sergeant W.C. Thompson (2C piloot), Warrant Officer D.W. Bromige (navigator) en Warrant Officer P.B. Tonner (radio-telegrafist). Er waren ook vier Air Despa tchers aan boord (verantwoordelijk voor het uitwerpen van de voorraden), maar hun namen zijn helaas niet bekend.
Rest nog de vraag: is de Dakota op de foto in Blik Omhoog dezelfde als die van Matthews en Tonner? In een Canadees rapport dat na Peters terugkeer werd opgemaakt, vertelt hij dat zijn toestel zo’n tien mijl van Ede neerkwam. Onderzoek op de plek waar het toestel in Cor Janses boek zijn laatste rustplaats vond, leverde wel een aantal bodemvondsten op, maar geen bewijs dat het de KG-148 betreft.
Wie weet het antwoord?
(Geert Maassen)

Download

Vrienden van het AIRBORNE Museum

Utrechtseweg 232
6862 AZ Oosterbeek
Tel. museum (026) 333 77 10
Tel. penningm. (026) 333 64 76
ISSN 1383-3413
Nieuwsbrief No. 89, februari 2003
Redactie:
Drs. R.P.G.A. Voskuil
C. van Roekel
G.H. Maassen jr. (026) 334 01 42

Van de redactie
Zoals we in de vorige Nieuwsbrief aankondigden, is dit een dubbel nummer. Hierdoor kunnen we een groot deel van de kopij die door ruimtegebrek in het vorige nummer was blijven liggen, alsnog plaatsen.

Miniatuur Hartenstein. (foto Bery de Reus)

Hartenstein in Miniatuur
Van het gebouw Hartenstein is onlangs een miniatuur model gemaakt. Hiervoor is gebruik gemaakt van originele bouwtekeningen en foto’s. De afmetingen zijn 8x7x4 cm. Het model is gemaakt van een kunststof die aanvoelt als steen, maar onbreekbaar is. ‘Miniatuur Hartenstein’ is in de museumwinkel te koop. De prijs bedraagt € 8,50.

Evenementen-agenda 2003
Hieronder volgt een voorlopige opgave van evene-menten in 2003, georganiseerd door onze vereniging (WAM) of evenementen waaraan de WAM deelneemt (wijzigingen voorbehouden):
Vrijdag 7 maart: ‘Inloopavond’ in het Airbome Museum;
Zaterdag 29 maart: Jaarvergadering & Thema-middag WAM;
Zaterdag 10 mei: Herhaling Betuwe excursie;
Zaterdag 24 mei: Boekenbeurs;
28 mei t/m 1 juni: Excursie naar Normandië;
20, 21 en 22 juni: Weekend in Oosterbeek voor Britse leden. Op vrijdagavond 20 juni is er een ‘Social Evening’ in het Airborne Museum, waarvoor Nederlandse leden van de WAM van harte worden uitgenodigd;
Oktober/november (de exacte datum wordt later vastgesteld): Excursie naar het gevechtsgebied van de 6e Britse Airborne Divisie bij Hamminkeln in Duitsland;
22 november: Lezing over de rol van het Royal Corps of Signals tijdens de Slag om Arnhem.

Jaarvergadering & Themamiddag
Het bestuur nodigt u uit tot het bijwonen van de 23ste Algemene Ledenvergadering, tevens Jaarvergadering, van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum op zaterdag 29 maart 2003. De bijeenkomst zal worden gehouden in de Concertzaal, Rozensteeg 3 te Oosterbeek, aanvang 10.30 uur.
De agenda ziet er als volgt uit:
1. Opening
2. Notulen Algemene Ledenvergadering van 6 april 2002
3. Algemeen Verslag 2002
4. Financieel Verslag 2002
5. Begroting 2003
6. Verslag Kascommissie
7. Bestuursverkiezing
8. Benoeming reservelid Kascommissie
9. Rondvraag
10. Sluiting.
Ad. 3 en 4: Het Algemeen Verslag en het Financieel Verslag krijgt u bij binnenkomst, en het Verslag van de Kascommissie ligt een half uur voor de aanvang van de vergadering ter inzage bij de ingang van de zaal. U kunt het Algemeen Verslag en het Financieel Verslag ook aanvragen bij de Penningmeester door een aan uzelf gerichte envelop met postzegel van 90 Euro-cent in een andere envelop te doen en die op te sturen naar de heer F. Miedema, Woudstralaan 24, 6862 XE Oosterbeek.
Ad. 7: Aan de beurt van aftreden is de heer C.C. van den Bosch. Hij stelt zich niet herkiesbaar. Het bestuur draagt de heer E. van der Meiden uit Oosterbeek voor als nieuw bestuurslid.
Volgens artikel 8 van de Statuten kunnen leden tegen-kandidaten stellen. Een voordracht hiertoe dient uiterlijk tien dagen voor de vergadering schriftelijk bij de secretaris (Nachtegaallaan 28,6713 BZ Ede) te worden ingediend, ondertekend door minstens tien leden, en vergezeld van een bereidverklaring van de kandidaat, die lid moet zijn van de vereniging en meerderjarig.
Na afloop van de vergadering begint het middagpro-gramma, dat bestaat uit een lunch in de Concertzaal en een wandelexcursie in het gebied rond de Oude Kerk, waar in september 1944 de posities waren van het lsl Light Regiment, Royal Artillery. Deze eenheid bestond uit drie ‘Batteries’ met elk twee ‘Troops’, die ieder beschikten over vier 75mm Pack Houwitsers. Het is de bedoeling dat gedurende de middag van de excursie een van die originele stukken krombaange- schut zal staan op een oorspronkelijke locatie van september 1944.
Indien u deel wilt nemen aan de lunch en de excursie, dient u € 25,- over te maken op postgirorekening 4403641 t.n.v. de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum, onder vermelding van ‘lunch + excursie 29 maart’. Dit bedrag dient uiterlijk 20 maart bij de penningmeester binnen te zijn, en dekt de kosten van de lunch en de excursiegids. Bovendien wordt een klein deel van dit bedrag gebruikt als bijdrage voor de kosten die moeten worden gemaakt om de originele houwitser naar Oosterbeek te halen. Het maximale aantal leden dat aan de themamiddag kan deelnemen bedraagt vijftig.
Als voorbereiding voor deze middag wordt lezing van het boek ‘Gunners at Arnhem’ door Peter Wilkinson aanbevolen. Het boek is verkrijgbaar in het Airborne Museum ‘Hartenstein’.

Excursie naar het gevechtsterrein in de Betuwe
Als vervolg op de excursies naar de operatiegebieden van de 82e en 101e LIS Airborne Divisies in zuid Nederland, organiseerde de Vereniging Vrienden op 2 november jl. een bustocht naar het voormalige gevechtsterrein bij Nijmegen en in de Betuwe. De gidsen waren Eugène Wijnhoud, Geert Maassen en Marcel Anker. Het eerste bezoek gold de begraafplaats Jonkerbosch bij Nijmegen. Opvallend was hoe weinig deelnemers dit ereveld eerder bezocht hadden, terwijl hier toch verschillende militairen van de le Britse Airborne Divisie begraven zijn. Vervolgens werd na een rit door Nijmegen het gebied rond de elektriciteits-centrale aan de zuidelijke Waaloever bezocht. De locatie van de stellingen van de artillerie die steun verleende aan de troepen bij Oosterbeek, is ondanks de nieuwe bebouwing nog goed te herken
nen. Een bezoek aan het NUON-gebouw, en vooral het uitzicht vanaf het dak over de plaats waar op 20 september 1944 het 3e Bataljon van het 504e Regiment van de 82e Amerikaanse Airborne Divisie de Waal overstak, is altijd weer spectaculair. Vervolgens was het gebied rond de zuidelijke oprit van de Waalbrug het onderwerp. Ook hier zijn de sporen van de strijd door de na-oorlogse bebouwing bijna geheel verdwenen. Een goede gids is een must om je in te kunnen leven in de gebeurtenissen van 1944. Hoevelen weten trouwens dat bij de zuidelijke oprit van de brug nog steeds een Duits kanon te zien is?
Na de lunch werd de excursie vervolgd met een overzicht van de strijd rond Driel. Hoewel dit gebied na de verwoestingen in de oorlog is heringericht, en er veel nieuwe huizen zijn bijgebouwd, was het toch mogelijk, dankzij de voortreffelijke leiding van Geert Maassen, veel historische locaties terug te vinden. De middag werd besloten met een bezoek aan het Poolse monument in Driel.
Voor degenen die deze dag gemist hebben, is er een herkansing op zaterdag 10 mei, wanneer de excursie, in samenwerking met de Documentatiegroep ’40-’45, herhaald wordt. Men kan zich daarvoor opgeven door overmaking van € 30,- op giro 122310 t.n.v. Documentatiegroep ’40-’45 te Etten-Leur, onder ver-melding van ‘Excursie 10 mei’. De inschrijving sluit 7 april.
Als voorbereiding voor deze excursie is het boek ‘Operation Market Garden, Then and Now’ van Karel Margry aan te bevelen.
(W. Boersma)

Tijdens de excursie naar de Betuwe op 2 november van het vorig jaar geeft Geert Maassen (tweede van links) uitleg, (foto W. Boersina)
‘Inloopavond’

Op vrijdagavond 7 maart a.s. is er weer een ‘inloop-avond’ in het Airborne Museum voor leden van de Vereniging Vrienden. ‘Hartenstein’ is die avond open vanaf 19.00 uur. Het archief, de bibliotheek en het depot kunnen dan worden bezocht. Een uitgelezen gelegenheid om eens een kijkje te nemen achter de schermen! Verder is de avond bedoeld om onder het genot van een kopje koffie met elkaar van gedachten te wisselen.
Leden die documenten of materiaal uit hun eigen collectie willen meenemen om te laten zien, wordt verzocht van te voren contact op te nemen met W. Boersma, zodat voldoende tafels of vitrines beschikbaar zijn. We rekenen op een groot aantal deelnemers! (Wybo Boersma)
Expositie 2003
Dit jaar zal de wisselexpositie in het Airborne Museum worden gewijd aan de inzet van de Royal Artillery bij de Slag om Arnhem. De werktitel van de tentoonstelling luidt ‘Vuursteun voor de Airbornes’. Er zal aandacht worden besteed aan de rol van de 75 mm Pack Houwitsers, de 6-ponder en de 17-pon- der kanonnen, de 2 cm Polsten Gun, en mogelijk aan de vuursteun die vanaf 21 september 1944 werd gegeven vanuit Nijmegen en later vanuit de Betuwe. Leden van de Vereniging die in het bezit zijn van documenten of materiaal over dit onderwerp, en die aan deze expositie willen meewerken, kunnen contact opnemen met W. Boersma. Dit kan telefonisch via het museum (026 3337710) of privé (0318 639633), of via e-mail: w.boersma@wxs.nl.
De tentoonstelling wordt op 25 april a.s. geopend en duurt tot 2 november 2003.

Battlefields Trust Conference
In 1991 werd in Engeland ‘The Battlefields Trust’ opgericht. Deze heeft tot doel het bekendheid geven aan en het bewaren van historische slagvelden, zowel in Groot-Britlannië als op het Europese vasteland. In de eerste jaren van haar bestaan heeft de Trust de bestaande slagvelden in het thuisland in kaart gebracht. Daarna is men begonnen de lokale autoriteiten te overtuigen van het belang van die terreinen in hun gebied. Niet alleen uit historisch oogpunt, maar ook als onderdeel van toeristisch beleid. Men houdt nauwlettend bestemmingplannen in de gaten, en kijkt kritisch bij de aanleg van nieuwe wegen. Ook wordt bekendheid gegeven aan slagvelden door het houden van battlefield tours, lezingen, publicaties, bewegwijzering, het ondersteunen van voorlichtingscentra, etc..
De Trust is inmiddels uitgegroeid tot een vereniging met enkele honderden leden. Zij heeft sinds kort, dank zij de nationale loterij, een fulltime medewerker in dienst. Het Airborne Museum is vanaf de oprichting lid van de Battlefields Trust.
Ieder jaar organiseert deze instelling een conferentie, afwisselend in Groot-Brittannië of op het Europese vasteland. Afgelopen jaar was die bijeenkomst van 24 tot 27 oktober in Nederland, op het sportpark Papendal. Het onderwerp was: ‘Battlefields on the Rhine, Battlefields and Tourism’. Er was een aantal lezingen, onder meer door luitenant-kolonel Kinkert van de KMA over: ‘Battlefield tours als onderdeel van de militaire opleiding’, luitenant-kolonel Brongers b.d. over ‘De Slag om de Grebbeberg’, en Captain Peter Starling van het Royal Army Medical Corps Museum over ‘Schoonoord, een hospitaal in de Slag’. Verder werden uitgebreide bezoeken gebracht aan de Grebbeberg, het slagveld rond Arnhem, en het Airborne Museum. Op de Airborne begraafplaats werd door de deelnemers een krans gelegd.
Op vrijdagmiddag was het gezelschap te gast bij het gemeentebestuur van Renkum. De loco-burgemeester van Renkum, de heer Joop Verheij, gaf in zijn wel-komstwoord aan hoe de gemeente invulling geeft aan het speerpunt van haar toeristisch beleid, en aan de betekenis van het Airborne Museum voor de gemeente. De afsluiting van de conferentie vond plaats op zaterdagavond met een diner in een van de gerestau-reerde middeleeuwse kelders van Arnhem.
Een groot aantal sponsors heeft deze conferentie mogelijk gemaakt. De organisatie was in handen van het Airborne Museum. Verschillende leden van de Vereniging Vrienden hebben medewerking verleend aan de battlefield tours.
De conferentie was een succes en leverde extra promotie op voor het slagveldtoerisme in Nederland, en voor het Airborne Museum.
(W. Boersma)

Bezoekersaantal gegroeid
Het Airborne Museum ‘Hartenstein’ ontving het afgelopen jaar 2002 meer dan 60.000 bezoekers. Dat is ca. 7000 meer dan in het jaar daarvoor.

Arend Langenberg en Joop Bal bespreken de tekst voor de nieuwe audiovisuele presentatie in het Airborne Museum, (foto Berry de Reus)
Nieuwe audiovisuele presentatie
De audiovisuele presentatie bij de maquette in de grote zaal van het Airborne Museum is onlangs geheel vernieuwd. De oude diaprojectoren waren totaal ver-sleten, en daarom is alles nu op DVD gezet. Het gehele programma, dat bestaat uit foto’s, filmfragmenten en geluid, duurt 17 minuten, en wordt met behulp van een ‘beamer’ geprojecteerd op het grote scherm boven de maquette.
Het team dat dit project heeft uitgevoerd, bestond uit Berry de Reus, Joop Bal van Bal Bedrijfsvideo (gevestigd te Oosterbeek) en Gerrit Bulten van Burst Video uit Veenendaal. De tekst werd ingesproken door Arend Langenberg.
Het is de bedoeling dat ook de drie kleine videopresentaties elders in het museum zullen worden vernieuwd.

Baretspeld van Sgt Robinson geschonken
Het Airborne Museum is enige tijd geleden in het bezit gekomen van de baretspeld van Sgt. Robinson van de Grenadier Guards. Hij had het bevel over de eerste tank die op woensdag 21 september 1944 over de Waalbrug in Nijmegen reed. Hij werd hiervoor onderscheiden met de Distinguished Conduct Medal.

Battlefield Guide ‘ARNHEM, The Landing Grounds and Oosterbeek’
Onlangs verscheen dit jongste deeltje in de serie ‘Battleground Europe’, door de schrijver Frank Steer aangeduid als ‘a small guide to one part of operation Market Garden’. Het behandelt de beide uiteinden van het Oosterbeekse ‘midden’ van de Slag om Arnhem, en wel door een wandeling en drie autoritten. De schrijver wil (misschien wel: moet) zijn gegre- penheid door het Arnhem-verhaal delen. Hij maakt het zijn lezers vrijwel onmogelijk thuis te blijven. Reisadviezen vergemakkelijken het besluit tot de tocht naar Oosterbeek, en eenmaal daar wachten allerlei aanwijzinkjes om het bezoek soepel en aangenaam te laten verlopen. Bij de autoritten gaat hij naast zijn ‘gehoor’ zitten, en wijst nauwkeurig hoe te rijden en waar te parkeren. De gebruikte plattegronden zijn, voor het gemak van de bezoeker, die van de huidige situatie, waarop ’toen’ is ingetekend. De route-aanwij- zingen zijn (ook) typografisch gescheiden van het eigenlijke verhaal, al lopen de twee wel eens in elkaar over.
Het is een meeslepende vertelling, die hier en daar het voetlicht laat schijnen op enkele van de zeer vele acteurs op het strijdtoneel. De keuze is een persoonlijke, zoals de hele weergave van het gebeurde geschiedt aan de hand van een eigen selectie van uitgelichte voorvallen. Daarin en in de keus van de geportretteerden vindt men misschien iets terug van de eigen, logistieke achtergrond van de verteller. De nauwkeurige verantwoording van de besproken militaire onderdelen zal aan de nieuwe bezoeker wellicht niet geheel besteed zijn, maar maakt het verhaal voor hem wel echt. De uitleg van militaire uitdrukkingen en vooral de afkortingen schiet enigszins te kort. Daar staat tegenover dat schrijffouten met grote zorg en vrijwel totaal succes vermeden zijn.
Het is niet het boekje waarop de grondige bestudeerders van ‘Arnhem’ (de ‘slagwerkers’?) hebben zitten wachten. Wie weet hebben ze hier en daar op de inhoud wel wat af te dingen. Het gidsje heeft niet die hoge aspiraties, het is bedoeld als een eerste stap naar verdere belangstelling. Die eerste stap kan nu worden gedaan aan de warme hand van een gedreven verteller.
Te hopen is dat het boekje ruimschoots zijn weg mag vinden tussen andere boekjes voor hetzelfde publiek. Het is te koop in de Airborne Museumwinkel voor € 16,50.
(J. W. van Slooten)

In huize Ommershof te Oosterbeek in oktober/november 1944 gevonden geallieerd bezettingsgeld. (collectie Castend ijk, Gelders Archief – Arnhem)

Duits geld uit Engeland?!
In september 1944 woonde de familie Castendijk op het landgoed Ommershof, in de noordwesthoek van Oosterbeek. Het gebied, liggend tussen ruwweg de huidige Ommershoflaan en de Graaf van Rechterenweg, wordt tegenwoordig grotendeels gebruikt door het Vegetarische Verzorgingstehuis (het enige in Nederland) Felixoord.
De 15-jarige Bob Castendijk vindt in oktober of november 1944 in de kelder van het huis Ommershof, waar tijdens de Slag om Arnhem op matrassen gewonden werden verpleegd, veel persoonlijke bezit-tingen van Britse soldaten: foto’s, brieven en ook geld. Zo treft hij biljetten van 1 Mark en 5 Mark aan. Inderdaad: Duits geld, maar wèl gedrukt in het Verenigd Koninkrijk!
Zoals de hier bijgaande afbeelding van de voorzijde van een van de biljetten laat zien, werd het geld uitgegeven door de ‘Alliierte Militarbehörde’, de geallieerde bezettingsmacht. Het was dus blijkbaar de bedoeling dat de luchtlandingstroepen dit later konden gebruiken in het dan door de Geallieerden verslagen Duitsland.
Het is echter merkwaardig dat de mannen van de Ist British Airborne Division deze biljetten al in september 1944 bij zich hadden. Ze hadden toch niet de opdracht door te stoten naar het land van onze oosterburen? Het verhaal rond dit bezettingsgeld is dan ook nog niet verteld. Veel is onduidelijk. Wie brengt licht in de duisternis? De redactie houdt zich aanbevolen: Jan van Riebeeckweg 39, 6861 BD Oosterbeek.
(Geert Maassen)

Roll of Honour
‘Arnhem 1944’ door William F. Buckingham Onlangs is in de serie ‘Battles & Campaigns’ het zevende deel verschenen: ‘Arnhem 1944, a reappraisal geschreven door William F. Buckingham. Zoals de titel al aangeeft, wil de auteur een herwaardering van de Slag om Arnhem geven. Hij analyseert de opleiding van de Britse parachutisteneenheden en de 1L Airbornedivisie in het bijzonder, en de bevelvoe- ring voor en tijdens de slag van de verschillende com- mandanten op alle niveaus. Na een overzicht van de overgang van losse parachuisteneenheden naar een volwaardig ‘Wapen’, en de inzet in Noord-Afrika, Italië en Sicilië, worden de lei- ding en de training van de divisie in 1944 besproken. Hierbij betrekt de schrijver ook de le Poolse Onafhankelijke Parachutisten Brigade. Vervolgens wordt het plan Market bekeken, om daarna de gevechtshandelingen in Arnhem en Oosterbeek te volgen. Hierbij wordt af en toe uitgeweken naar de gebeurtenissen in de Amerikaanse sectoren en de opmars van het 30′ Korps. Er komen geen nieuwe gezichtspunten in het boek naar voren. Allerhande kritiek op de gebeurtenissen hebben we vroeger ook elders kunnen lezen. Toch is het hier weer eens bij elkaar gezel met enkele opmer- kelijke uitspraken van de Britse schrijver. De analyse is helder, zonder dat achteraf met modder gegooid word t. De afgedrukte foto’s zijn van een matige kwaliteit. De gebruikte lay-out geeft lange pagina’s tekst die niet uitnodigen tot lezen. Jammer, want het boek is zeker de moeite waard. De Engelse tekst is eenvoudig gehouden zodat hij ook voor niet-Engelstalige lezers goed te volgen is. Een ieder die een serieuze studie van de Slag om Arnhem maakt, kan niet om dit boek heen. ‘Arnhem 1944, a reappraisal’ by William F. Buckingham, verscheen bij Tempus Publishing Ltd. in 2002, ISBN 0 7524 1999 4, 223 pagina’s, geïllustreerd. Prijs € 23,99. Het boek is te koop in de museumwinkel van ‘Hartenstein’. (W. Boersma)

Excursie Normandië 2003
Het Airborne Museum organiseert van 28 mei t/m 1 juni a.s. een Battlefield Tour naar Normandië. Tijdens deze vijfdaagse busexcursie worden bezoeken gebracht aan een groot aantal plaatsen die een belangrijke rol hebben gespeeld op D-day (6 juni 1944) en in de weken daarna. De kosten bedragen € 445. Informatie en opgave via het Airborne Museum.
Jaarverslag 2002 op internet
Het Jaarverslag van het Airborne Museum is in januari jl. verschenen. De Nederlandse versie is te lezen op de website van het museum: www.airbornemuseum.com, onder het hoofdstuk: ‘Jaarverslag .
Tijdens zijn jaren geleden begonnen speurtocht naar gegevens over Ist Battalion, The Parachute Regiment, kwam ons lid Peter Vrolijk uit Rotterdam de naam tegen van een officier van wie het niet helemaal duidelijk was of hij bij Arnhem vocht.
Het betrof Lieutenant John T.M. MacFadden, die oor-spronkelijk diende bij de Royal Ulster Rifles. Hij was dan ook een Ier, en kwam uit Belfast. Hij stierf aan polio in een Duits krijgsgevangenkamp op 4 oktober 1944. Hij werd, 28 jaar oud, begraven op het oorlogs- kerkhof van Hannover.
Zijn naam komt niet voor in de door Jan Hey samen-gestelde Roll of Honour, de erelijst van de geallieerde gevallenen van de Slag om Arnhem.
Thans is het, mede dankzij door David Truesdale ver-strekte informatie, zeker dat de Ierse officier tijdens de gevechten in de regio Oosterbeek in september 1944 actief is geweest, en wel als Platoon Officer (9 Platoon) van T-Company. Hij raakte vermoedelijk gewond in de nacht van de 17e op de 18e, werd krijgsgevangen gemaakt door de Duitsers, en kwam uiteindelijk terecht in Kamp XIB, Fallingsbostel.
De relevante gegevens van Lieutenant MacFadden zullen worden opgenomen in de eerstvolgende druk van de Roll of Honour.

Radiozendonlvanger van het type WS 38, die onlangs bij Driel werd opgegraven.
(foto Roland Boekhorst)
Radio ontvanger WS 38 Set Mk. II
Afgelopen jaar werd bij graafwerkzaamheden bij het dorp Driel een radio-ontvanger van het type WS 38, MK. II gevonden. Bij aflevering in het Airborne Museum was de ontvanger, die geheel was bedekt met klei en roest, nog goed te herkennen. Op het eerste gezicht leek hij vrijwel compleet, maar wat los materiaal miste. De conditie bleek nog opmerkelijk goed, als we in aanmerking nemen dat het apparaat bijna 60 jaar in de grond had gelegen. Nadat de radio-set was gedroogd, werd de klei ver- wijderd en het apparaat geïnspecteerd. Voorzichtig, om schade te voorkomen, is hij millimeter voor milli- meter met een klein kwastje schoongemaakt. Daarbij kwam ook de oorspronkelijke kleur groen weer tevoorschijn. De draaiknoppen waren met water gemakkelijk schoon te maken waardoor de teksten weer zichtbaar werden. De schroefjes konden we voorzichtig losmaken, zodat de knoppen eraf konden. Hierdoor was het mogelijk om de asjes van de draai- knoppen te smeren zodat deze weer gangbaar waren. In het toestel zelf konden we niets conserveren aange- zien het huis van de set dusdanig was beschadigd dat we het inwendige niet uit zijn omhulsel konden halen. Het was wel mogelijk om de binnenkant te behande- len met een speciale spray, waardoor verder verval wordt tegengegaan. Het gevonden toestel moet zijn gebruikt door de Polen die vochten bij Driel, tijdens o.f net na de Slag om Arnhem. Bij dit type MK. 11 was het snoer van de keelmicrofoon en de koptelefoon op de rand van het draagstel gemonteerd. Hierdoor ontstond op dit punt vaak een kabelbreuk. Latere types zijn aangepast, en daarbij kwam de kabel rechtstreeks uit het toestel, waardoor breuken minder voorkwamen. Ten tijde van de Slag om Arnhem was dit type radio- zendontvanger eigenlijk al verouderd. De meeste WS 38 sets MK. II waren toen al vervangen door een ver- beterd type. De WS 38 set was ontworpen voor korte-afstand-com- municatie tussen infanterie. Hij is ook gebruikt voor communicatie tussen infanterie en tankbemanningen.
De set was waterdicht, en bestond uit: de set zelf in een draagstel, antennes, batterijen in een tas, een
hoofdtelefoon, en een keelmicrofoon. Het geheel werd gedragen en bediend door één persoon.
Technische specificaties:

Systeem : AM R/T
Frequency : 7.3 – 9 Mhz
Bereik : 800 meter – 3200 meter
Batterijen : HT/LT 150/3V
Gewicht: MK. II set in draagstel: 7 1b (bijna 3,5 kilo).
De gerestaureerde set is voorlopig tentoongesteld in de aanwinstenvitrine in de grote zaal van het Airborne Museum.
(Roland Boekhorst, behoudsmedewerker)

‘Nieuws van Niall’
Onze vertegenwoordiger in Groot-Brittannië, Niall Cherry, vraagt onze aandacht voor het volgende. In het boek ‘Remember Arnhem’ door John Fairley staat in het hoofdstuk over woensdag 20 september 1944 dat een van de laatste acties van Majoor Freddy Gough bij de Arnhemse Rijnbrug was het organiseren van een bericht overbrengen naar het divisiehoofd- kwartier in Hotel Hartenstein in Oosterbeek. Corporal Saul van het 2e Bataljon slaagde erin om lopend Oosterbeek te bereiken, en het bericht af te geven. Over dit voorval is niets bekend, en het is vreemd dat een koerier werd uitgestuurd terwijl de mannen bij de brug op ongeveer dezelfde tijd via de radio met generaal Urquhart hadden gesproken. Bob Peatling, schrijver van het boek ‘Without Tradition, 2 Para 1941- 1945’, verdiepte zich in dit geval en vond de gegevens. Niall zou graag meer te weten willen komen over dit voorval, en iedereen die hierover iets kan bijdragen, wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen met Niall Cherry, e-mail: niall.cherry@baesystems.com.

Frans Ammerlaan bezig met het fotograferen van alle graf-stenen op de Airborne Begraafplaats in Oosterbeek, voor de nieuwe website over gesneuvelde Britse en Poolse militairen, (foto via Frans Ammerlaan)

Website over oorlogsgraven
Bijna iedereen die geïnteresseerd is in de Slag om Arnhem, en die beschikt over internet, kent de website www.marketgarden.com. Deze site, die in 1995 werd opgezet door Andries Hoekstra uit Arnhem, is inmiddels uitgegroeid tot een van de belangrijkste digitale bronnen van informatie over operatie Market Garden. De afgelopen jaren is er meer dan een miljoen maal naar gekeken, en in diezelfde periode ontving Andries meer dan 20.000 (!) reacties.
Het nieuwste project waaraan hij en zijn collega Frans Ammerlaan nu werken, is een website met daarop de gegevens van alle bij Arnhem gesneuvelde Britse en Poolse militairen.
Het is de bedoeling dat op de site van iedere gesneuvelde een foto van zijn grafsteen wordt getoond en, indien die beschikbaar is, een portretfoto. Op die manier, zo verklaren de initiatiefnemers, krijgen de gesneuvelden ‘een gezicht’, en worden ze minder anoniem. Daarnaast worden zoveel mogelijk gegevens over de personen opgenomen. Frans Ammerlaan heeft inmiddels een groot deel van de grafstenen op de Airborne Begraafplaats vastgelegd met een digitale camera. Meer hierover in de volgende Nieuwsbrief.

Paul Vroemen overleden
Wij ontvingen het bericht dat op 13 november jl. is ovei eden ons lid Paul Vroemen. Paul was een bekend Arnhem-historicus’. Hij maakte als jongen de Slag om inhem van nabij mee, en die gebeurtenissen maakten diepe indruk op hem. Na de oorlog begon hij met^ het verzamelen van boeken, documenten en foto s over dit onderwerp. Een groot deel van de door hem bijeengebrachte persoonlijke dagboeken werd gepubliceerd in het boek dat hij samen met de journalist C.A. Dekkers schreef onder de titel ‘De Zwarte Herfst’ (De Gooise Uitgeverij, Weesp, 1984).
Zijn uitgebreide en belangwekkende documentatie- en fotocollectie werd op uitdrukkelijk verzoek van Paul beschikbaar gesteld aan het Gemeentearchief Renkum. Dit archief maakt inmiddels onderdeel uit van het Gelders Archief te Arnhem. Aldaar, op het adres Markt 1, is de Collectie Paul Vroemen te raadplegen.

Philip Reinders toont een Duitse helm, die hij in 2002 vond bij het opgraven van een Duitse luchtafiveerstelling in de Rosandepolder te Oosterbeek.
(foto Berry de Reus)

WO2 en de Rosandepolder
De Rosandepolder in Oosterbeek, het uiterwaarden- gebied tussen de Rijn en de Benedendorpsweg, heeft enige maanden geleden enkele opzienbare vondsten aan de openbaarheid prijsgegeven, die een tipje van de sluier oplichten van gebeurtenissen uit de periode 1940-1945.
Bij het afgraven door het Waterschap Vallei & Eem van een dijkje in de buurt van de rivier, kwamen de restanten tevoorschijn van een Duitse luchtafweer- stelling. Het betrof in ieder geval twee Flakposities, die goed herkenbaar zijn op geallieerde luchtfoto’s van vóór 17 september 1944. Op een van de twee plekken werd onder andere een vloertje gevonden dat blijkbaar werd gelegd met behulp van klinkers die afkomstig waren van de nabijgelegen, overigens toen niet meer in werking zijnde, steenfabriek. Het fundament is niet verwijderd, maar wordt door het waterschap ter plekke gehandhaafd als een soort monumentje.
Korte tijd na de bovengenoemde vondst werden bij andere reguliere graafwerkzaamheden overblijfselen van een Duits jachtvliegtuig uit de grond gehaald. Het betrof een locatie relatief dicht bij huizen aan de zuidkant van de Benedendorpsweg. Waar eerst werd gedacht aan een Focke Wulf FW-190, waarvan bekend was dat een dergelijk toestel in de polder was neergestort, bleek het later een Messerschmitt Me-109 te zijn. Onder meer werden delen van de cockpit, de propeller en het staartwiel bloot gelegd. Uiteindelijk werden deze voorwerpen dankzij een prima samenwerking tussen het Airborne Museum en het Museum Vliegbasis Deelen, overgebracht naar het pand Hoenderloseweg 10 te Arnhem. Daarin, op de Kop van Deelen, huist het laatstgenoemde museum.
Over de beide bovengenoemde onderwerpen zijn wel wat historische gegevens bekend, maar het naadje van de kous bepaald nog niet. Een ieder die meent ook maar iets te weten over Flakstellingen en een neergestort Duits jachtvliegtuig in de Rosandepolder, wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen met Philip Reinders, Margrietstraat 4, 6991 XH Rheden; tel. 026 4954563 (idem fax) of via email abrg.rein- ders@12move.nl
(Geert Maassen)

Nieuwe studiegroep
Van ons lid Frank van Lunteren ontvingen wij het volgende bericht.
‘Op 22 augustus 2001 werd door Fred Baldino, James McNamara en mijzelf de ‘American Dutch Airborne Research Group’ (ADARG) opgericht. De vice-voor- zitter is Fred Baldino. Hij was korporaal in de A Compagnie, 504e Parachutisten Regiment. De voorzitter is James McNamara. Zowel de voorzitter als de vice-voorzitter woont in de Verenigde Staten.
Het doel van deze nog jonge studiegroep is het uitvoeren van onderzoek naar de geschiedenis van de 82e en 101e Amerikaanse Airborne Divisies, de 1ste Britse Airborne Divisie en de 1ste Poolse Parachutisten Brigade.
De groep telt 11 leden, zeven in de VS en vier in Nederland. Wie meer wil weten over deze studiegroep kan contact opnemen met Frank van Lunteren, macfrank82@hotmail.com (email).

‘De Slag om de Ginkelse Heide’
Onder bovenstaande titel verscheen onlangs een boek, geschreven door de in Ede woonachtige historicus Carel Verhoef.
De strijd van de Britse en Poolse ‘Airbornes’ bij de Arnhemse verkeersbrug en in de Oosterbeekse ‘perimeter’ is genoegzaam bekend. Dat geldt veel minder voor hetgeen zich gedurende de eerste dagen van Operatie Market Garden afspeelde op de Ginkelse Heide ten oosten van Ede. Daar landden op 18 sep-tember 1944 de parachutisten van de 4e Parachutisten Brigade onder commando van brigade-generaal John Hackett. Deze dropping duurde welgeteld niet veel langer dan negen minuten, en was slechts een onderdeel van alle militaire activiteiten die op en rond deze Edese heide hebben plaatsgevonden.
Het een dag eerder bij Renkum gelande 7e Bataljon, The King’s Own Scottish Borderers, dat tot taak had het droppings terrein bij Ede te beschermen, was daar in de middag van 17 september al gearriveerd, en in de vooravond slaags geraakt met enkele afdelingen Duitse militairen en een bataljon Nederlandse SS-ers.
In de meeste boeken over operatie Market Garden wordt aan deze episode hoogstens een enkele alinea gewijd. Aan de hand van officiële geallieerde, Duitse en Nederlandse documenten, verslagen van deelnemers, literatuur en situatieschetsen, geeft Verhoef in zijn boek een gedetailleerd beeld van de bijdrage die het 7e Bataljon, The King’s Own Scottish Borderers en de 4e Para Brigade aan de Slag om Arnhem hebben geleverd, vóór zij bij de gevechten in Arnhem en Oosterbeek werden betrokken. Tevens worden in kort bestek de achtergronden van de strijd belicht. Het boek is gebaseerd op het gelijknamige artikel dat in 2001 werd gepubliceerd in het 3e ‘Bulletin van de Tweede Wereldoorlog’. Met behulp van de meest recente literatuur, documentatie en persoonlijke rapporten, is het onderwerp verder uitgediept.
In zijn dankbetuiging spreekt de auteur zijn grote waardering uit voor de hulp die hij heeft gekregen van drs. A. Groeneweg OBE en andere medewerkers van de Airborne Museum, onder wie met name de heer R.N. Sigmond, van wiens persoonlijk archief een zeer dankbaar gebruik is gemaakt.
‘De Slag om de Ginkelse Heide, 17 en 18 september 1944′ door C.E.H.J. Verhoef, verscheen in 2002 bij Uitgeverij Aspekt in Soeslerberg. Het boek telt 124 pagina’s, is geïllustreerd met foto’s en kaarten, en kost € 12,98.

Oproep
Van ons lid John Sliz ontving wij de volgende oproep. ‘Op dit moment ben ik bezig met een onderzoeksproject naar de rol van de 20e en 23e Royal Canadian Engineers gedurende operatie ‘Berlin’. Dit was de operatie waarbij in de nacht van 25 op 26 september 1944 het restant van de le Britse Airborne Divisie vanuit de ‘Perimeter’ in Oosterbeek over de Rijn werd geëvacueerd. Graag zou ik in contact willen komen met veteranen van deze eenheden en met veteranen van de le Britse Airborne Divisie, die deze terugtocht meemaakten. Hun verhalen wil ik graag vastleggen. Ook ben ik op zoek naar rapporten en verslagen over deze operatie. Het is de bedoeling dat het resultaat van dit onderzoek wordt gepubliceerd.’
Het adres van John Sliz is: 24 Brauburn Avenue, Etobicoke, MGP 273, Ontario, Canada. Zijn e-mail adres is: thesliz@hotmail.com.

Ons lid Peter Steenhuis viel op zaterdag 21 september van het vorig jaar, als lid van de Luchtmobiele Brigade, de eer te beurt om deel te nemen aan de dropping op de Ginkelse Heide.
De foto werd gemaakt bij het vertrek op de vliegbasis Soesterberg.
(foto via Peter Steenhuis)

Themadag Museum Vliegbasis Deelen
Van ons lid Philip Reinders ontvingen wij het volgende bericht over zijn particulier initiatief:
‘Voor leden van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum wil ik op 14 juni a.s. een themadag organiseren in het museum op Deelen. In verband hiermee wil ik een oproep doen aan Vrienden die onderzoek doen naar een bepaald aspect van de Slag om Arnhem. Dit kan zijn naar een specifieke eenheid van Engelse, Poolse of Duitse zijde, of naar een ander onderwerp met betrekking tot deze militaire operatie.
Een aantal mensen heb ik al benaderd, en deze hebben hun medewerking toegezegd. Maar het is natuurlijk leuker als er nog meer zouden willen meewerken. Het is een mooie kans om andere geïnteresseerden te laten zien wat voor onderzoek je doet, en wie weet kun je met andere speurneuzen gegevens uitwisselen. Voor niet-onderzoekers onder ons is het een kans om eens te zien wat deze mensen doen, daarover met elkaar te praten, en misschien eikaars vragen te beantwoorden.
Op vertoon van hun lidmaatschapskaart betalen leden van de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum vier euro toegang. Hierbij is inbegrepen de toegang tot het museum, een rondleiding, en een kop koffie met een plakje cake. In het museum op Deelen is o.a. een grote tentoonstelling over de in de septemberdagen van 1944 bij Arnhem gebruikte zweefvliegtuigen te zien.
Belangstellenden kunnen zich aanmelden bij Philip Reinders, Margrietstraat 4, 6991 XH Rheden, of op de site van de Arnhem Battle Research Group, http: //www.arnhembattle.com.’

Download